Wat is de Arizona-regering van plan met ons pensioen?
De Arizona-regering wil tegen 2029 maar liefst 2,4 miljard euro per jaar besparen op onze pensioenen. En dat is nog maar het begin. Tegen 2040 zal die besparing een pak groter zijn, omdat de geplande maatregelen dan pas volledig uitvoering krijgen. De Arizona-regering wil zo veel mogelijk mensen langer laten werken en tegelijkertijd een stuk van hun pensioen afpakken.

Werken tot 67
De pensioenmalus
De regering wil zo veel mogelijk mensen verplichten om door te werken tot hun 67e. Om dat af te dwingen, voert ze een 'pensioenmalus' in. Een moeilijk woord dat moet verbergen waar het écht over gaat: een fikse financiële straf voor werknemers die niet kunnen blijven werken tot 66 en binnenkort 67 jaar.
Met deze pensioenmalus zal je pensioen met 5 procent per jaar worden verlaagd. Niet één keer 5 procent, maar 5 procent per jaar dat je vroeger stopt. Stop je bijvoorbeeld vijf jaar “te vroeg”, op je 62e, dan verlies je 25 procent van je pensioen (vijf keer 5 procent). Dat is pure pensioendiefstal.
De pensioenmalus is een extra straf, naast het feit dat je sowieso al een lager pensioen krijgt als je vroeger stopt met werken. In België bouw je pensioen op in verhouding tot het aantal gewerkte jaren en het verdiende loon. Je hebt een volledig pensioen na 45 jaar werken. Wie eerder stopt, krijgt een lager pensioen.
Daarbovenop komt nu ook nog de pensioenmalus: een financiële straf waarmee de regering aan het einde van je carrière een deel van je opgebouwde pensioenrechten terug afpakt.
Rita begon op haar 21e als zorgkundige in een ziekenhuis. Ze werkte dertig jaar voltijds, tot ze borstkanker kreeg. Twee jaar lang was ze buiten strijd. Nadien nam ze haar werk weer op, maar voltijds werken was niet langer haalbaar. Het tempo lag te hoog. Ze werkte nog tien jaar halftijds, met regelmatige periodes van afwezigheid door ziekte.
Op haar 63e is Rita helemaal opgewerkt. Ze heeft op dat moment 42 loopbaanjaren en dus recht op vervroegd pensioen. Maar als ze dat recht opneemt, verliest ze 20 procent van haar pensioen. Dat betekent elke maand 320 euro minder op haar al kleine pensioentje van 1.600 euro.
Wie zal een pensioenmalus krijgen?
Momenteel voorziet de Arizona-regering nog enkele uitzonderingen om aan de pensioenmalus te ontsnappen, maar de kans is groot dat die in de toekomst verdwijnen. We hebben al eerder gezien hoe de regering haar beloftes brak. Waarom zou het deze keer anders zijn? Bij de volgende besparingsronde – of wanneer er opnieuw extra geld naar militaire uitgaven moet – kan deze uitzondering zomaar geschrapt worden.
Bovendien zijn de uitzonderingen beperkt - je moet aan drie voorwaarden voldoen:
- Je moet minstens 42 jaar gewerkt hebben op je 63e verjaardag;
- Je moet in die 42 jaren minstens 35 jaren hebben met elk 156 effectief gewerkte dagen. Dagen van ziekte, loopbaanonderbreking of -vermindering zonder zorgmotief, landingsbanen of werkloosheid tellen hierbij niet als gewerkte dagen. Ook de tijdelijke werkloosheid om economische of technische redenen telt niet mee.
- Je moet minstens 7.020 effectief gewerkte dagen hebben in die 42 gewerkte jaren. Dat wil zeggen, gemiddeld 175 gewerkte dagen over 40 jaar.
In de praktijk zullen maar weinig mensen aan deze voorwaarden kunnen voldoen. Zware beroepen? Mensen die ernstig ziek zijn geweest of een arbeidsongeval hebben gehad? Mensen die onvrijwillig werkloos zijn geweest? Vrouwen met onregelmatige carrières, die deeltijds werkten om voor hun kinderen of ouders te zorgen? Voor elk van hen dreigt de malus.
Volgens de Federale Pensioendienst komt één op de twee vrouwen niet aan deze voorwaarden, omdat zij nog steeds het grootste deel van de zorgtaken op zich nemen – voor het huishouden, jonge kinderen en hoogbejaarde ouders.
Pensioenmalus: onrechtvaardigheid troef
De pensioenmalus is bijzonder onrechtvaardig. Neem twee werknemers. De eerste begint op zijn 21e te werken in een zwaar beroep, bijvoorbeeld in de bouw of de zorg. Na 42 jaar hard werken wil hij op zijn 63e met pensioen. Maar in plaats van recht op rust te krijgen, riskeert hij een fikse pensioenmalus. Waarom? Omdat hij door de zwaarte van zijn job verschillende periodes van ziekte of tijdelijke werkloosheid kende.
Vergelijk dat met iemand die pas op zijn 25e begint te werken, na jaren studeren. Hij of zij heeft een lichter beroep en een betere werkomgeving, waardoor hij zijn job makkelijker volhoudt. Werkt hij even lang, dus ook 42 jaar, dan komt hij netjes op zijn 67e aan. Dat is de wettelijke pensioenleeftijd. Hij krijgt géén pensioenmalus, ook al heeft hij exact evenveel jaren gewerkt als de eerste werknemer. Integendeel, hij of zij krijgt zelfs een bonus als hij of zij langer werkt (plus 5 procent per jaar boven de 67).
De maatregel maakte deel uit van één van de historische onrechtvaardigheden uit onze pensioenwetgeving. Zij werd afgeschaft op 20 juli 1990. De wet die deze afschaffing doorvoerde, benadrukte dat er verschillende categorieën van mensen zijn: mensen met een zwaar beroep, die minder lang leven en minder lang in goede gezondheid verkeren, mensen die pech hebben en ernstig ziek worden aan het einde van hun loopbaan en mensen die langer leven en langer in goede gezondheid verkeren. Een gelijkwaardig recht op rust en vrijheid aan het einde van het leven vereist dan ook een fatsoenlijk recht op vervroegd pensioen, zonder sancties. Anders worden mensen met een zwaar beroep of mensen die ernstig ziek zijn dubbel gestraft: zij leven minder lang én krijgen tijdens hun kortere periode van rust een lager pensioen.
Fake news? Het kan verkeren
Jan Jambon verweet Kim De Witte leugens en fake news te verspreiden, want “alle periodes van ziekte blijven volledig gelijkgesteld. U weet dat, want u kan lezen”, zo schreeuwde hij. Wat was er aan de hand? Kim had net onthuld dat zieke werknemers pensioen dreigen te verliezen door de malus van de Arizona-regering. Daags nadien moest Jambon met de staart tussen zijn benen zijn fout toegeven. Wie ziek of arbeidsongeschikt is geweest, riskeert inderdaad een kwart van zijn opgebouwde pensioentje te verliezen.
De regering duwt de vroegste pensioendatum achteruit
Om vervroegd met pensioen te kunnen gaan, kijkt men naar het aantal verzamelde loopbaanjaren. Er wordt een loopbaanjaar aan jouw teller toegevoegd van zodra je in een kalenderjaar 104 gewerkte of gelijkgestelde dagen hebt gepresteerd. Dat komt overeen met vier maanden voltijds werk, zodat mensen die eind juni afstuderen en die op 1 september beginnen werken geen héél loopbaanjaar verliezen. Ook mensen die bijvoorbeeld twee vijfde werken – denk aan huishoudhulpen of andere zware beroepen aan het einde van hun loopbaan – zouden daardoor geen jaren verliezen.
De Arizona-regering wil die regels nu een stuk strenger maken. Voortaan zou een jaar pas meetellen voor vervroegd pensioen na 156 gewerkte of gelijkgestelde dagen, het equivalent van zes maanden voltijds werk. Wie minder dan halftijds werkt, is de dupe: die jaren tellen niet meer mee.
Deze verandering heeft ook gevolgen aan het einde van een loopbaan. Nu kunnen veel mensen in mei met pensioen gaan, na vier maanden voltijds werk. De pensioendatum zal minstens twee maanden opschuiven.
Tom studeerde af als informaticus in 1989 en begon op 1 september van dat jaar te werken. In mei 2030 zou hij, na 42 jaar werken, op zijn 63e vervroegd met pensioen kunnen gaan (omdat zowel het jaar 1989 als 2030 meetellen, komt hij in mei 2030 aan 42 gewerkte jaren).
De Arizona-regering wil Tom zijn vroegst mogelijke pensioendatum nu met 14 maanden opschuiven, naar juli 2031. De eerste vier maanden van zijn loopbaan, van september tot december 1989, zouden immers niet langer meetellen voor het recht op vervroegd pensioen. En ook zijn laatste werkjaar zou pas na zes voltijdse maanden meetellen.
Wie op 18 begint te werken, mag van de Arizona-regering toch op 60 met pensioen?
De Arizona-regering voorziet een nieuwe toegangspoort tot vervroegd pensioen: voortaan kan je vanaf 60 jaar stoppen, op voorwaarde dat je 42 jaar effectief gewerkt hebt. Maar die voorwaarde is bijzonder streng. Per jaar moet je 234 effectief gewerkte dagen kunnen aantonen, wat neerkomt op negen maanden voltijds werk of een jaar lang 75% tewerkstelling. Bovendien tellen periodes van ziekte, onvrijwillige werkloosheid, landingsbanen en alle andere onderbrekingen niet mee.
Gevolg: volgens cijfers die het ABVV opvroeg bij de Federale Pensioendienst zou amper 1 procent van de vrouwen en 3 procent van de mannen aan 42 gewerkte jaren met minstens 234 dagen per jaar geraken op hun 60e verjaardag.
Afbraak van de regeling voor de zware beroepen
Ondanks plechtige beloftes over een uitbreiding, schaft de Arizona-regering de weinige bestaande regelingen voor zware beroepen af. Ook in de publieke sector worden de regelingen stap voor stap afgebouwd.
De Arizona-regering wil het brugpensioen (vandaag ‘stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag’ of SWT) volledig laten uitdoven. Het brugpensioen is het enige systeem in de private sector dat nog rekening houdt met de zwaarte van een beroep, via het recht op SWT vanaf 60 jaar voor werknemers in de bouw en in nacht- of ploegenarbeid. Het is de laatste uitweg voor wie fysiek en mentaal moe is na een zware carrière.
Voor elke werknemer die geen beroep meer kon doen op het brugpensioen, kwam er minstens één langdurig zieke bij
De opeenvolgende regeringen-Di Rupo, Michel en De Croo hebben het recht op brugpensioen sterk afgebouwd. Sinds 2011 hebben ruim 108.000 werknemers de toegang tot brugpensioen verloren. Het officiële doel? Mensen langer aan het werk houden. Maar ondertussen werd het probleem van werkbaar werk voor oudere werknemers niet aangepakt, wel integendeel.
De cijfers spreken voor zich: in dezelfde periode steeg het aantal oudere langdurig zieke werknemers met meer dan 124.000. Met andere woorden: voor elke werknemer die geen beroep meer kon doen op brugpensioen, kwam er minstens één oudere langdurig zieke bij.
Het is een typevoorbeeld van een zogenaamd doorschuifeffect: de bruggepensioneerden, die het statuut van een werkloze hebben, zijn doorgeschoven naar de ziekteverzekering. Dat kost onze sociale zekerheid zelfs meer.
Wat hebben de voorgaande regeringen nu opgelost? Helemaal niets. Mensen die hun leven lang in de bouw hebben gewerkt, in wisselende posten of ‘s nachts, zijn vaak opgewerkt op 60 of 62 jaar. Geef hen het recht om met pensioen te gaan.
Ook in de publieke sector afbouw zware beroepen
Het statuut van zwaar beroep voor militairen en voor het rijdend personeel van de NMBS wordt afgeschaft. Hun pensioenleeftijd zal elk jaar met één jaar stijgen, tot ze de 67 jaar hebben bereikt. Zie je het al voor je? Een 67-jarige militair die met een rugzak van twintig kilo uit een vliegtuig springt?
Ook leerkrachten, politieagenten, brandweerlui, postbodes en andere statutairen met actieve diensten zullen langer moeten werken. Tot nu toe konden zij dankzij een verhogingscoëfficiënt twee jaar vroeger met vervroegd pensioen. Maar die coëfficiënt wordt verlaagd, waardoor al deze werknemers nog maximaal één jaar vroeger kunnen gaan.
Daarnaast wordt de voordelige loopbaanbreuk – een systeem waarbij zware beroepen iets sneller een volledig pensioen opbouwen – afgeschaft. Dit systeem zorgt ervoor dat wie een fysiek of mentaal zware job uitoefent en daardoor een beetje vroeger stopt, geen pensioen verliest. De Arizona-regering breekt dat principe nu af. Zware beroepen in de publieke sector zullen voortaan pas na 45 jaar werken een volledig pensioen kunnen opbouwen.
Ayse is een vastbenoemde leerkracht. Met de huidige regels kan zij vervroegd met pensioen na 40 statutaire jaren. Door de verlaging van de verhogingscoëfficiënt van 1,05 naar 1,025 zal ze minstens één jaar langer moeten werken. Als ze op haar 23e startte in het onderwijs, zal ze moeten werken tot haar 64e levensjaar. Ze zal pas na 45 jaar een volledig pensioen opbouwen, wanneer ze 67 jaar is, voorheen was dat na 41 jaar en 3 maanden.
Afbraak van de wettelijke pensioenen
De Arizona-regering wil ons niet alleen langer doen werken, zij wil ook een deel van ons pensioen afpakken. De Belgische pensioenen liggen gemiddeld al 415 euro lager dan in de omliggende landen. Die pensioenkloof is niet te wijten aan langer of minder lang werken, wel aan een minder voordelig pensioenstelsel.
Pensioenkloof
Een werknemer die na een loopbaan van 42 jaar met een gemiddeld loon met pensioen gaat, heeft in België recht op een wettelijk pensioen van 1.663 euro bruto per maand. In de omliggende landen ligt dat pensioen voor dezelfde loopbaan en hetzelfde loon gemiddeld 415 euro hoger.
Die pensioenkloof is niet te verklaren door langer of minder lang werken, want in deze vergelijking heeft iedereen exact evenveel jaren gewerkt en precies evenveel verdiend.
Het verschil zit in het pensioenstelsel. In België krijgen werknemers slechts 60 procent van hun gemiddeld loon als ze 45 jaar gewerkt hebben. Ook de lagere lonen uit het begin van de carrière worden meegerekend. In de meeste buurlanden wordt het pensioen berekend op de laatste lonen, ligt het percentage hoger, of is een volledig pensioen al na minder dan 45 jaar werken mogelijk.
Door de Arizona-maatregelen zal de pensioenkloof met de omliggende landen verder vergroten. Naast de pensioenmalus, die we hierboven al hebben besproken, zijn er vier maatregelen die de pensioenen van heel wat mensen zullen verlagen.
Lagere pensioenen voor wie pech heeft tijdens zijn loopbaan
Gelijkgestelde periodes zorgen ervoor dat werknemers bij ziekte, werkloosheid of loopbaanonderbreking toch pensioenrechten blijven opbouwen. Zo worden mensen niet gestraft met een lager pensioen door omstandigheden buiten hun wil om. Dit principe is een fundamenteel onderdeel van onze sociale zekerheid, maar de regering-De Wever wil het afzwakken.
Momenteel dragen periodes van tijdelijke werkloosheid, brugpensioen of verminderde tewerkstelling bij aan de pensioenopbouw. Het pensioenbedrag wordt daarbij berekend op basis van het laatst verdiende loon. De Arizona-regering wil dat wijzigen en deze periodes niet langer aan dat loon koppelen, maar aan een lager fictief loon. Pensioenrechten blijven wel opgebouwd worden, maar op basis van een lager inkomen. Vooral in sectoren zoals de bouw, industrie, haven en handel, waar dat fictieve loon veel lager ligt dan het werkelijke inkomen, betekent dit een fors lager pensioen.
Ivan, een Straddle Carrier-chauffeur in de haven van Antwerpen, heeft een goed loon maar ook geregeld dagen van tijdelijke werkloosheid om economische redenen. Indien zijn dagen van economische werkloosheid niet langer berekend worden op zijn laatst verdiende loon, maar op een beperkt fictief loon, dan zou hij ongeveer 200 euro minder pensioen krijgen per maand.
Daarnaast wil de regering het aandeel niet-gewerkte periodes dat meetelt voor je pensioen geleidelijk beperken. Hoe groter het aandeel van zulke periodes in je loopbaan, hoe minder ze in rekening worden gebracht voor je pensioenberekening. Dit betekent dat wie langere tijd werkloos was of in brugpensioen ging, een lager pensioen zal krijgen.
Bevriezing van het minimumpensioen
De regering bespaart 2,8 miljard euro op de welvaartsenveloppe. Ongeveer 40% van dat budget werd gebruikt om de minimumpensioenen boven op de index te verhogen. Tijdens de vorige legislatuur steeg het minimumpensioen zo met 11 procent. Door deze besparing zal, volgens berekeningen van het ABVV, meer dan de helft van die verhoging weer verdwijnen. De koopkracht van werknemers met een minimumpensioen zal daardoor opnieuw dalen.
Afbraak van de pensioenen in de publieke sector
Momenteel wordt het pensioen van statutair personeel in openbare diensten berekend op basis van de tien laatste jaren waarin ze in de regel het meest verdienden. De Arizona-regering wil dit veranderen en het pensioen berekenen op de volledige loopbaan van 45 jaar, wat tot een aanzienlijk lager pensioen zal leiden.
Daarnaast zullen de pensioenen van statutair personeel in openbare diensten boven 3.100 euro bruto (ongeveer 2.300 euro netto) niet langer geïndexeerd worden. Yassin, een politieagent met een pensioen van 3.150 euro bruto, zal door deze maatregel op termijn een ernstig verlies van koopkracht lijden.
De meeste ambtenaren hebben recht op een pensioen tussen de 2.000 en 2.200 euro netto. Dat is net genoeg om de rusthuisfactuur mee te betalen. De Arizona-regering wil die pensioenen fors verlagen, zodat ze dichter bij die van de private sector liggen. Maar die pensioenen liggen te laag: gemiddeld 1.467 euro netto per maand. Probeer daar maar eens van rond te komen. In plaats van de ambtenarenpensioenen naar beneden te trekken, moeten die van de werknemers omhoog.
Verantwoordelijke organisatie en volksvertegenwoordiger in de Kamer
Uitdoving echtscheidings-, gezins- en overlevingspensioen
Terwijl het echtscheidings- en gezinspensioen (behalve voor het minimumpensioen) zouden verdwijnen, wordt het overlevingspensioen bij overlijden van de huwelijkspartner voor zijn/haar vroegst mogelijke pensioenleeftijd vervangen door een overgangsuitkering van maximaal 2 jaar.
Nelly is 54 jaar. Ze bleef jarenlang thuis om voor haar kind met een zware beperking te zorgen. Plots overlijdt haar man, voor hij de (vervroegde) pensioenleeftijd bereikte. In plaats van het overlevingspensioen (1.749,65 euro) ontvangt Nelly een tijdelijke overgangsuitkering voor maximaal 2 jaar. Ze zal op 56-jarige leeftijd op zoek moeten gaan naar werk, met een kind met een ernstige beperking thuis.