PVDA berekent budget voor duurzame oplossing huisartsentekort. “Met de 40 miljoen van Vandenbroucke gaan we er niet komen”
De New Deal van minister Vandenbroucke is ruim ontoereikend om het schrijnende huisartsentekort op te lossen. Wij berekenden dat de eerste lijn een extra budget van minstens 560 miljoen euro nodig heeft.
“Minister Vandenbroucke (Vooruit) komt vandaag met het budget voor zijn New Deal voor de huisartsen: 40 miljoen. Maar dat is eerder een ‘Little Deal’”, reageert Sofie Merckx, huisarts en fractieleidster voor de PVDA. “Dat is veel te weinig voor een echte oplossing voor het schrijnende huisartsentekort. Wij berekenden dat de eerste lijn een extra budget van minstens 560 miljoen euro nodig heeft.”
“De eerstelijnszorg is de basis van een goed werkend gezondheidssysteem. Daarin speelt de huisarts een cruciale rol. Maar vandaag loopt het helemaal mank”, stelt Sofie Merckx. “De huisartsen zijn met te weinig en ze zijn onvoldoende ondersteund. We hebben een echte shift nodig in het gezondheidsbudget, er moet dringend voldoende budget naar de huisartsenpraktijken stromen.”
“Minister van Volksgezondheid Frank Vandenbroucke komt vandaag met het budget voor zijn nieuw financieringsmodel, een mix van vergoeding per prestatie, forfaitaire vergoeding en premies (o.a. voor verpleegkundigen in de praktijk). Voor die premies is 23 miljoen voorzien. De 16,5 miljoen euro ‘extra ondersteuning’ voor de huisarts heeft nog geen concrete invulling. Zijn mooie beloftes zullen dode letter blijven als de nodige budgetten niet volgen”, aldus de PVDA-fractieleidster. “Onze studiedienst deed de berekening: er is een budget van minstens 560 miljoen euro nodig om een duurzame toekomst te bieden aan de huisartsen en alle patiënten.”
“Een huisarts besteedt vandaag een kwart van zijn of haar tijd aan administratie”, licht Sofie Merckx toe. “Maar artsen moeten zich bezighouden met patiënten, niet met paperassen. Door elke huisarts een extra forfaitaire vergoeding te geven, kunnen zij een halftijdse verpleegkundige of praktijkondersteuner aanwerven. Dat maakt het werk aantrekkelijker en efficiënter.”
“Maar we moeten niet enkel kijken naar de huisartsenpraktijk. Vandaag belandt er veel op het bord van de huisartsen, terwijl zij niet steeds de meest gepaste hulpverleners zijn. Zo zorgen de wachttijden in de geestelijke gezondheidszorg er bijvoorbeeld voor dat huisartsen steeds vaker moeten depanneren. Door ook te investeren in de eerstelijnspsychologen en de huisartsenwachtposten halen we bij de huisartsen druk van de ketel”, besluit Sofie Merckx.
