Zaak-Borealis: PVDA wil met wetsvoorstel de aansprakelijkheid uitbreiden van bedrijven die werken met onderaannemingen
Onlangs werd een geval van extreme uitbuiting en mensenhandel ontdekt op een bouwwerf van het bedrijf Borealis in Antwerpen. De PVDA gaat een wetsvoorstel indienen om de aansprakelijkheid van bedrijven die werken met onderaannemingen, uit te breiden. Doel is dat de hoofdaannemer altijd verantwoordelijk is voor de volledige betaling van de lonen van de werknemers, ongeacht hoeveel onderaannemers er zijn en ongeacht de sector.
“De bedrijven die de opdracht geven, moeten verantwoordelijk zijn voor de hele keten van onderaannemers die op hun terreinen werken. We moeten een einde maken aan de huidige situatie waarbij sommige grote bedrijven zich verschuilen achter de veelheid van onderaannemingen om hun verantwoordelijkheid op het vlak van lonen en arbeidsvoorwaarden te ontlopen”, zegt Sofie Merckx, PVDA-fractieleidster in de Kamer. “De zaak-Borealis speelde zich niet af ergens op een weg in Qatar. Het is in Antwerpen, in de tweede grootste haven van Europa, dat we deze week vaststelden hoe gemakkelijk sommige bedrijven aan mensenhandel doen op hun bouwwerven.”
Een Europese richtlijn van 15 mei 2014 (“detacheringsrichtlijn”) bood de lidstaten de mogelijkheid om bedrijven die een beroep doen op onderaannemers, hoofdelijk aansprakelijk te stellen voor de betaling van het loon en voor de eerbiediging van de rechten van de werknemers die door de onderaannemer worden ingehuurd. De richtlijn liet de lidstaten veel ruimte om zelf het toepassingsgebied te definiëren. Zo konden de lidstaten zelf bepalen of de bepaling geldt voor de hele onderaannemingsketen en voor andere sectoren.
“Helaas maakte ons land geen gebruik gemaakt van die mogelijkheid”, zegt Sofie Merckx. “Ons land koos voor een minimale omzetting van de richtlijn, door bij wet van 2016 een speciale regeling in te voeren voor één enkel niveau van onderaanneming (directe onderaannemers) en voor één enkele sector, namelijk de bouwsector. Dat is volstrekt onvoldoende. Al in 2016, toen we in het parlement debatteerden over de omzetting van de Europese richtlijn, wezen we er al op dat de wet te beperkt was.”
Het wetsvoorstel van de PVDA bestaat erin alle manoeuvreerruimte die de Europese richtlijn biedt, te benutten om het systeem te versterken.
“Ons voorstel zal vooral gaan over drie hoofdpunten”, legt Sofie Merckx uit.
“In de eerste plaats moeten we maken dat de aansprakelijkheid niet enkel de relatie tussen aannemer en directe onderaannemer dekt, maar ze uitbreiden tot de hele onderaannemingsketen. Het fenomeen dat er een hele waterval van onderaannemingen is, is complex. Vaak gaat het om structuren met meerdere niveaus, die volgens de huidige wetgeving niet gericht kunnen worden aangepakt. Dat is iets waar de vakbonden destijds kritiek op hadden. Ze vonden de aansprakelijkheid op één niveau veel te licht om de strijd tegen sociale dumping goed te kunnen voeren.”
“Tweede punt: het systeem van hoofdelijke aansprakelijkheid moet worden uitgebreid tot alle sectoren (metaal, transport, schoonmaak...), zoals de richtlijn toestaat en zoals de vakbonden destijds ook hebben gevraagd.”
“Derde punt: de hoofdaannemer moet verantwoordelijk zijn voor de betaling van alle lonen en niet alleen voor toekomstige lonen nadat is vastgesteld dat er geen loon is betaald, zoals nu het geval is.”
De linkse volksvertegenwoordigster hoopt dat hierover snel een debat kan plaatsvinden als het parlement na het zomerreces weer samenkomt. “Wij aanvaarden niet dat onze fabrieken worden gebouwd door moderne slaven. Wij hopen dat alle progressieve partijen zich bij ons zullen aansluiten om eindelijk radicale actie te ondernemen tegen sociale dumping”, besluit Sofie Merckx.