Wat de regering nú kan doen om geweld op vrouwen te stoppen
Op zondag 22 november organiseert het platform Mirabal overal in het land acties tegen geweld op vrouwen. Maartje De Vries, voorzitter van Marianne , de vrouwenbeweging van de PVDA, legt vier voorstellen op tafel om dit probleem aan te pakken.
In Lebbeke, in Oost-Vlaanderen, wordt een vrouw dood teruggevonden in haar woning, met bloeduitstortingen in haar nek en op haar kaak. Het is dinsdag 10 november en dit is de 18de femicide in ons land dit jaar. De 18de moord op een vrouw, gewoon omdat ze een vrouw is.
Staatssecretaris voor Gendergelijkheid Sarah Schlitz zegt in haar beleidsverklaring dat de aanpak van geweld tegen vrouwen een prioriteit zal zijn van haar beleid. Dat is nodig, zeker nu de coronacrisis de problemen nog erger heeft gemaakt. Feministische bewegingen en hulpverleningsgroepen vragen al jarenlang om aan hun eisen tegemoet te komen.
Daarom ondersteunen wij de oproep van Mirabal om op 22 november actie te voeren zodat dit engagement geen dode letter blijft. Er is veel werk aan de winkel. Wat ons betreft zijn er alvast vier zaken die snel moeten gebeuren.
1) Verlaag de drempels om geweld te melden of klacht in te dienen
Eind maart gaat het land in lockdown. Dat maakt het leven voor bijna iedereen moeilijker, maar nog meer wanneer je thuis in een gewelddadige situatie leeft. Experts waarschuwden dat er een toename zou zijn van huislijk geweld en ze krijgen helaas gelijk. De hulplijn 1712, waar je terecht kan met vragen over geweld, misbruik en kindermishandeling, laat weten dat het aantal meldingen van partnergeweld sterk is toegenomen. Eind augustus waren er al meer oproepen dan in heel 2019.
Toch zijn er nog altijd heel veel vrouwen die geen aangifte doen. Ze zijn bang, ze durven niet, ze denken dat het geen nut zal hebben, ze kennen de weg niet. Er zijn zoveel redenen. Maar altijd is het gevolg dat er geen klacht ingediend wordt. En daar kan er structureel iets aan veranderen.
De bekendheid en de bereikbaarheid van de hulplijn 1712 moet uitbreiden. Opleidingen voor politie, justitie en hulpverlening om op een betere manier om te gaan met geweld op vrouwen, zijn nodig. Dan wordt wie klacht indient of hulp zoekt, tenminste al op de juiste manier opgevangen.
2) Stop de straffeloosheid
Eens de melding of de klacht wordt ingediend, moet er daar natuurlijk iets mee gebeuren. Vaak zien we bijvoorbeeld dat daders van femicide al langer bij de politie bekend stonden voor geweld tegen vrouwen. Er zijn voorbeelden genoeg van vrouwen die vermoord zijn door een (ex)-partner die al klacht hadden neergelegd tegen hem, maar waar er niets mee werd gedaan. Die straffeloosheid is onaanvaardbaar.
Rechtszaken moeten veel beter worden opgevolgd, door gespecialiseerde magistraten en juridisch personeel. Daarnaast moet er een procedure komen om risico’s te analyseren. Zo kunnen we voorkomen dat dezelfde mannen telkens opnieuw geweld kunnen plegen, vaak op hetzelfde slachtoffer.
3) Bescherm de slachtoffers
Wanneer vrouwen eindelijk de stap hebben gezet om weg te gaan, moeten we hen ook veilig kunnen opvangen. Daarvoor hebben we meer gratis vlucht- en opvangplaatsen nodig, waar kinderen ook mee naartoe kunnen. Op dit moment zijn er veel te weinig plaatsen en is de opvang betalend waardoor veel vrouwen geen veilige haven vinden. Om de slachtoffers goed op te vangen moet er ook geïnvesteerd worden in toegankelijke hulpverlening.
4) Investeer in preventie
De drie maatregelen hierboven spelen kort op de bal. Ze willen de moeilijke situaties voor vrouwen in het hier en nu aanpakken. Maar het belangrijkste is natuurlijk om geweld tegen vrouwen te vermijden. Seksisme zit diep ingebakken in onze samenleving. En het is geen gemakkelijk gevecht. Een grootschalige sensibiliseringscampagne over het thema kan daarbij helpen.
Maar we hoeven niet te wachten op de regering. De strijd tegen seksisme begint van onderuit. Afspraak op zondag 22 november, op straat.