Schimmelwoningen worden duurder. Perverse prijsstijgingen door nieuwe marktwaardes sociale woningen
De huurprijs van een sociale woning kan tot 100 euro variëren puur op basis van de locatie. Dat blijkt uit een onderzoek van de PVDA naar de nieuwe huurprijsberekening voor sociale woningen. Veel sociale huurders zullen fors meer betalen voor een sociale woning, niet omdat de woning gerenoveerd werd, maar omdat ze in een ‘dure wijk’ wonen. “Het is een pervers mechanisme”, reageert PVDA-volksvertegenwoordiger Tom De Meester. “Sociale huurders kunnen niet kiezen waar ze wonen, maar moeten wel opdraaien voor de exploderende huurprijzen in hun wijk.”
De nieuwe huurprijsberekening die de Vlaamse regering aan de sociale huurders oplegt, betekent voor driekwart van de sociale huurders een prijsstijging. Dat bleek uit een studie van de PVDA die bevestigt werd door de officiële cijfers van de Vlaamse regering. De PVDA ontdekt nu dat de prijsstijging voor een groot deel kan verklaard worden door de nieuwe “marktwaardeberekening”. “Minister Diependaele zei in het parlement dat het probleem bij de inwonende kinderen met een beperking zat, maar dat blijkt slechts het topje van de ijsberg”, zegt De Meester.
Bij de marktwaardeberekening wordt niet alleen met objectieve factoren zoals de staat en het bouwjaar van de woning rekening gehouden maar ook met de ligging. “Hierover zei minister Diependaele dat het over de staat van de woning ging, maar dat verklaart niet waarom de ligging zo’n impact heeft op de prijs”. Het gevolg van de nieuwe huurprijsberekening is dat een sociale woning in Leuven of Antwerpen een veel hogere marktwaarde krijgt dan een woning in Ieper of Beringen.
De prijsstijging van een sociale woning kan tot 100 euro verschillen, puur op basis van de locatie. Een identieke woning wordt zo tot 100 euro in de maand duurder in Leuven dan in een stad als Ieper. Ook binnen steden kunnen de verschillen snel oplopen. Voor een identieke woning in Zurenborg betaalt een sociale huurder tot 58 euro meer dan een sociale huurder in Antwerpen-Noord, zo blijkt uit de studie van de PVDA. “In het parlement stelde minister Diependaele dat de marktwaarde ging over de staat van de woning, maar de locatie zorgt ook voor grote prijsverschillen, dat is niet eerlijk en niet correct”, zegt De Meester.
De impact van de locatie op de huurprijs is zo groot dat zelfs schimmelwoningen met prijsstijgingen te maken krijgen omdat de “marktwaarde” gestegen is. “Aan het Kiel in Antwerpen en in Klein Rusland in Zelzate betalen sociale huurders nu extra voor woningen die moeten afgebroken worden”, aldus De Meester. “Andere mensen wachten al jaren op een renovatie van hun schimmelwoning maar moeten nu meer betalen omdat de woning zogezegd meer waard is”, stelt De Meester. “Wat daar eerlijk en correct aan is, moet minister Diependaele maar eens aan die sociale huurders gaan uitleggen”.
Volgens de PVDA zijn de sociale huurders het slachtoffer van deze berekeningswijze. “Een sociale woning wordt toegewezen en je kan niet kiezen in welke wijk je gaat wonen. Bovendien kan een sociale huurder niet verhuizen ten gevolge van het principe van lokale binding dat de Vlaamse regering invoert in het regeerakkoord. Je zal dus meer betalen als sociale huurder als de prijzen in je wijk stijgen”, stelt De Meester. “Sociale huurders ontvluchten de stijgende prijzen op de privémarkt maar krijgen vervolgens die prijsstijgingen ook in de huurprijs voor hun sociale woning verwerkt”.
“De effecten van de gentrificatie zorgen voor een prijsstijging voor de sociale huurder, eigenlijk is dat een cynisch mechanisme”, zegt De Meester. “Vastgoedspeculatie en luxeprojecten worden naar de sociale huurder doorgerekend”.
In de pers verdedigt Mercedes Van Volcem (Open VLD) de huurprijsverhoging voor sociale huurders door te stellen dat de huurprijzen voor sociale woningen de afgelopen jaren daalden. “Cynische politiek”, noemt Tom De Meester de uitlatingen van Van Volcem. “Sociale woningen werden gemiddeld goedkoper omdat de huurders minder verdienden. Daaruit concluderen dat we dan maar de huurprijzen moeten verhogen door de marktwaardes op te trekken is een aanval op de kwetsbare huurders”.
“Sociale woningen zouden een rem moeten vormen op de prijsstijgingen op de private markt”, reageert Tom De Meester, “maar hier worden die prijsstijgingen doorgerekend naar de sociale huurmarkt”. “De sociale woningen worden zo een speelbal van de private markt”, aldus De Meester. “De stijging van de marktwaarde is het sterkst voelbaar in de steden waar de wooncrisis het grootst is”, zegt De Meester. “Betaalbare sociale woningen zijn broodnodig in steden als Gent, Antwerpen en Leuven maar deze berekeningswijze heeft een tegenovergesteld effect”, aldus De Meester. “Dat de prijsstijging voor een identieke sociale woning 100 euro meer bedraagt in Leuven dan in Ieper is onaanvaardbaar”.