Rudi Kennes: “In het Europees parlement zal ik de taal spreken van de werkende klasse”
Rudi Kennes is onze Vlaamse lijsttrekker voor de Europese verkiezingen van volgend jaar. Een uitdaging waarvoor hij helemaal warmloopt. “Omdat de partij volledig achter de vakbonden staat en vecht voor de werkende klasse.”
“Ik ben fier dat de partij mij deze kans geeft”, zegt Rudi. “Het is de eerste keer dat een Belgische partij een arbeider naar het Europees parlement kan sturen.” Dat is belangrijk, want in de parlementen wordt de taal van de werkende klasse nauwelijks gesproken. “We horen daar vandaag vooral een taal die mensen afstoot. Dat wordt bewust gedaan, opdat de mensen het niet zouden begrijpen. Wij moeten de taal van de werkende klasse binnenbrengen. Ik ken die taal en wil ze ook spreken in het Europees parlement.”
Gestaald vakbondsman
Rudi (1959) is een kind van de Rupelstreek en werd zoals dat heet uit een arbeidersbroek geschud. Zijn moeder werkte in een fabriek van schoenen en pantoffels, zijn vader in een draadtrekkerij. Als mensen vandaag vragen waarom hij zo’n overtuigde rooie is, antwoordt hij: "Kom maar eens kijken naar waar ik vandaan kom. De pastoor hield ons dom en de baas hield ons arm." Rudi kent de werkende klasse van kindsbeen en het nest waarin hij opgroeide was rood, donkerrood.
In 1975, op 15-jarige leeftijd, ging Rudi werken in een kleine machinefabriek. Drie jaar later begon hij bij General Motors (GM) in Antwerpen, waar zijn vader intussen ook aan de slag was. “Veertien dagen op proef en dan bij de meestergast een vast contract tekenen. Toen kon dat nog. Bij GM kregen we na vijf jaar dienst een eerste medaille, vandaag krijgen mensen na vijf jaar misschien een vast contract. We zijn er niet op vooruit gegaan.”
Bij de sociale verkiezingen stond Rudi op de lijst bij de jongeren en werd prompt verkozen, het begin van een lange carrière als vakbondsman.
Begin jaren 1990 werd hij gevraagd om naar de Europese Ondernemingsraad te gaan. “Daar heb ik geleerd om samen te werken met mensen uit andere landen en culturen. In de verschillende Europese landen en regio’s werken vakbonden soms heel anders. Je moet luisteren, netwerken uitbouwen en zo een tegenmacht vormen. Het was een bijzondere leerschool. We hebben Europese cao's kunnen sluiten, Europese acties en stakingen georganiseerd. Ik heb heel wat herstructureringen in binnen- en buitenland van nabij kunnen volgen en mee de onderhandelingen gevoerd, niet alleen met de directies maar ook met de regeringen.”
De strijd bij Opel
Als hoofddelegee voor het ABVV leverde Rudi strijd met en voor de werknemers van Opel Antwerpen. “Weinig mensen weten nog dat er in Antwerpen twee fabrieken waren. De eerste werd gesloten in 1988. Plant 1 heette die, in Antwerpen beter bekend als ‘de Chevrolet’, waar vandaag de cinema’s staan.” Die sluiting maakte een grote indruk op de jonge delegee. “Een fabriek waar ik toen toch al een paar jaar werkte, en plots ging die dicht. De laatste dagen dat ik daar rondliep, dat was als een begrafenis. Dat wilde ik nooit meer meemaken.”
Het draaide anders uit. In 2010 ging ook de tweede fabriek dicht. Maar niet zonder strijd. “Het is pas bij de derde poging dat het hen gelukt is. We hebben het twee keer kunnen afwenden.”
Een Europa met en voor de mensen
In 2021 sloot Rudi aan bij de PVDA en ging hij aan de slag in het federaal parlement, als medewerker van PVDA-volksvertegenwoordigers Nadia Moscufo en Gaby Colebunders. Niet toevallig allebei ook arbeiders en vakbonders: hun stem en hun kracht wil de PVDA bewust méér in de parlementen. Twee jaar later vraagt de partij Rudi om lijsttrekker te worden bij de Europese verkiezingen van 2024.
“Europa kost de werkende mensen vandaag vooral veel geld en neemt hen sociale rechten af”
Europees lijsttrekker voor de PVDA
Voor Rudi is het de logische verderzetting van zijn vakbondswerk op Europees niveau. “Wij willen een ander Europa, een Europa met en voor de mensen. We moeten de besparingswoede tegengaan. Waarom moet de werkende klasse vandaag zoveel betalen? Simpel, omdat er anderen zijn die niet betalen. Europa kost de werkende mensen vandaag vooral veel geld en neemt hen sociale rechten af.”
Er heerst vandaag veel wantrouwen tegenover de Europese Unie, wat Rudi maar al te goed begrijpt. “Als je kijkt wat de EU de voorbije jaren heeft gedaan, dan is het normaal dat mensen zich daar niet vertegenwoordigd voelen. Denk aan het flexibiliseren van de arbeidsmarkt, de afbraak van de pensioenen, het aanzetten van landen tot minder investeren in openbare diensten, het besparingsbeleid, …”
Maar Rudi gelooft ook in een ander Europa, dat je nu al ziet opkomen. “Een Europa van sociale strijd, zeker bij de werkende klasse. Die ziet dat ze tegenover de multinationals Europees georganiseerd moet zijn. Kijk naar de energiecrisis. In heel Europa kunnen mensen de energiefacturen niet meer betalen. De Europese instellingen slagen er niet in om de nodige maatregelen te nemen. Dan verliezen mensen natuurlijk elk geloof. Waarvoor dient deze EU als ze niet kan helpen wanneer het nodig is?”
Wat Rudi in het Europees parlement zeker wil doen, is het internationaal vakbondsnetwerk versterken. Iets wat hij ook nu al volop doet. Zo trok hij in 2022 bijvoorbeeld naar Bremen en Hamburg om er het personeel van de Amazon-vestigingen te steunen in hun acties op Black Friday. “Een paar maanden eerder had ik al een delegatie van de Duitse vakbond Verdi ontvangen op ManiFiesta. Die mensen waren heel enthousiast over ons festival en wilden zeker nog met meer mensen terugkomen.”
“De werkende klasse in Europa heeft andere belangen dan wat extreemrechts naar voren schuift”
Europees lijsttrekker voor de PVDA
Dit jaar bracht Rudi een solidariteitsbezoek bij de Amazon-vestiging in Rheinberg, waar hij opnieuw hartelijk ontvangen werd. “Op die manier bouwen we ons internationaal vakbondsdorp op ManiFiesta verder uit.”
Dam tegen extreemrechts
Als antifascist ziet Rudi ook een grote Europese uitdaging in de strijd tegen extreemrechts. In verschillende Europese landen wint extreemrechts terrein. “Mensen zijn het beu dat traditionele partijen hen beliegen en bedriegen. Overal zien ze de totale sociale afbraakpolitiek. Aan de andere kant maken grote bedrijven steeds meer winst. Dat willen mensen niet meer. Maar mensen als Wilders in Nederland of Meloni in Italië bieden geen alternatief. Zij komen niet met een sociaal beleid. Extreemrechts gaat echt niets doen aan de overwinsten van bedrijven en banken. De werkende klasse in Europa heeft andere belangen dan het establishment, maar ook fundamenteel andere belangen dan wat extreemrechts naar voren schuift. Als we dat duidelijk maken, dan kunnen we ervoor zorgen dat extreemrechts niet vooruit gaat.”
Het antifascisme kreeg Rudi als het ware met de paplepel mee. “Mijn grootmoeder zei nooit dat ‘de Duitsers’ ons land bezet hadden, wel ‘de fascisten’. Ze maakte dat onderscheid. Met sommige kinderen in de buurt mochten we niet spelen, omdat het "zwarten" waren. Maar mijn moeder legde dat ook uit. Een van de eerste betogingen die ik meemaakte, hoorde ik het lied Avanti popolo (Voorwaarts, volk). Thuis zat ik het te fluiten en mijn moeder vroeg waar ik dat vandaan had. Zij heeft me dan de betekenis ervan verteld.”
De verhalen over mensen die in de oorlog opgepakt werden en gevangen zaten in Breendonk, fascineren Rudi. Het zijn geschiedenissen die niet verloren mogen gaan. Daarom werd hij ook een geëngageerd lid van het Onafhankelijkheidsfront, een van de grootste verzetsbewegingen. En hij zet ook zijn schouders mee onder de 8 meicoalitie. “De helden van het verzet moeten de aandacht krijgen die ze verdienen. Die mensen hebben hun leven, het hoogste goed dat ze hadden, op het spel gezet voor onze vrijheid. Als we de jongeren van vandaag die geschiedenis niet bijbrengen, dan kan het mogen opnieuw gebeuren. Daar zetten we sterk op in met de 8 meicoalitie.”
Ook voor de vakbonden ziet Rudi een belangrijke rol in de strijd tegen extreemrechts. “Als we de verrechtsing binnen Europa enigszins kunnen afremmen, dan is dat dankzij de kracht van de vakbonden. Zolang die niet gebroken worden, kan er geen autoritair regime geïnstalleerd worden. De sociale organisaties vormen de laatste dam tegen extreemrechts.”
Er is veel mogelijk
“De PVDA heeft zeker haar plek in het Europees parlement”, zegt Rudi. “Dat heeft onze afgevaardigde Marc Botenga in de voorbije legislatuur al bewezen. Het is de enige partij die echt kiest voor de werkende mensen, de vakbonden en het middenveld.“
“Als mensen en volkeren zich solidair verenigen, is er veel mogelijk”
Europees lijsttrekker voor de PVDA
Die keuze voor de werkende klasse heeft Rudi sterk ervaren bij de overstromingen in Wallonië in de zomer van 2021. Ook hij trok toen met de SolidariTeams van de PVDA naar de Vesdervallei. Als hij er vandaag over spreekt, krijgt hij nog steeds een krop in de keel. “Het maakt me nog altijd razend. Hoe in een rijk land als het onze mensen in de steek gelaten worden en de verantwoordelijken niet tot de orde worden geroepen. Vandaag zitten mensen daar nog altijd in de miserie. In de Vesdervallei heb ik gezien wat een partij als de onze allemaal kan verwezenlijken. Ik heb daar enorm veel respect gekregen voor de organisatiekracht en de sterkte van de partij.”
De kracht van organisatie, daar gelooft Rudi rotsvast in. “Ik zeg niet: stem voor mij en ik zal alle problemen oplossen. Ik ga wel werken aan het bewustzijn van mensen, het bewustzijn dat ze over een grote kracht beschikken. Als mensen en volkeren zich solidair verenigen, is er veel mogelijk.”