Riante extra afscheidsvergoedingen: PVDA vraagt opheffing systeem
Oppositiepartij PVDA vraagt dat het systeem van parlementaire afscheidsvergoedingen vervangen wordt door een normaal sociaal statuut. De partij legt het voorstel opnieuw op tafel nu blijkt dat negen niet-verkozen politici in 2019 ook nog eens een extra afscheidsvergoeding hebben aangevraagd. De partij deed het voorstel al eens in 2019, maar toen beslisten bijna alle andere partijen om het voorstel niet te bespreken.
“Gewone mensen moeten bij de werkloosheidsdienst aankloppen als ze hun baan verliezen. Politici hebben voor zichzelf een systeem bedacht waardoor ze maandenlang, tot 4 jaar lang, hun volledige loon gewoon doorbetaald krijgen. Inclusief extra’s dus. En ze kunnen dat cumuleren met een job in de privé of als burgemeester. Hoog tijd een einde te stellen aan deze politieke zelfbediening,” reageert voorzitter Raoul Hedebouw.
Volksvertegenwoordigers die niet herverkozen worden, krijgen als ze er om vragen gedurende maanden hun totale loon uitbetaald. Elk jaar dat men op de parlementsbanken doorbracht, geeft recht op twee maanden afscheidsvergoeding. PVDA berekende dat de niet-verkozenen in 2019 zo samen 13 miljoen euro konden opstrijken.
Speciale functies zoals commissievoorzitter geven ook nog eens recht op een extra vergoeding. “Drie van de negen parlementsleden die de extra’s hebben aangevraagd, konden eigenlijk op pensioen,” onthult Raoul Hedebouw. “Ze konden perfect kiezen om afstand te doen van hun afscheidsvergoeding, maar vroegen expliciet om zoveel mogelijk geld.” Het gaat om Dirk Van Der Maelen (Vooruit), Dirk Van Mechelen (Open VLD) en Eric Van Rompuy (CD&V).
PVDA stelt voor dat parlementsleden in het vervolg gewoon bijdragen aan de sociale zekerheid. Aan het eind van hun mandaat leggen ze dan dezelfde weg af als gewone werknemers, met dezelfde verplichtingen. De partij diende daarvoor in 2019 een voorstel in. Dit werd van de agenda geschrapt door alle partijen, inclusief Vlaams Belang. Enkel Ecolo/Groen onthield zich.