PVDA vraagt abortus uit strafrecht te halen
Abortus is een fundamenteel vrouwenrecht. Daarom dienen PVDA-volksvertegenwoordigers Marco Van Hees en Raoul Hedebouw deze week een wetsvoorstel in om abortus uit het strafrecht te halen. Ze stellen voor om het recht op abortus uit te breiden tot 20 weken na de bevruchting, zoals in Nederland. Ze dragen hun initiatief op aan Lucie Van Crombrugge, die jarenlang op de barricades stond voor een volledige legalisering van abortus.
Vrouwen hebben het recht om te beslissen of en wanneer ze moeder worden. Daarom moeten ze vrij en vlot toegang hebben tot contraceptiemiddellen en het recht om een zwangerschap te onderbreken. “Het recht op abortus is een fundamenteel vrouwenrecht”, zegt Maartje De Vries, woordvoerster van Marianne, de vrouwenorganisatie van de PVDA. “Dit recht is een belangrijke indicator voor de situatie van andere vrouwenrechten. Daar waar het recht op abortus onder druk komt te staan, moeten we ook vrezen voor andere vrouwenrechten.”
Zo stopte president Donald Trump vlak na zijn aantreden de steun van de VS-regering aan ngo’s die sensibiliseren en werken aan familiale planning. Als reactie hierop waren er in het begin van het jaar de grootste protestmarsen in de geschiedenis van de VS, met maar liefst 700 vrouwenmarsen over heel het land.
Jarenlange strijd voor “baas in eigen buik”
Vroeger was zwangerschapsonderbreking illegaal en dus strafbaar. Zowel de vrouw die een abortus onderging als de uitvoerder riskeerden strenge straffen. De eerste abortuscentra werkten dus noodgedwongen in de illegaliteit. Net zoals vele andere rechten, denk maar aan het vrouwenstemrecht of de achturige werkdag, ontstond het recht op abortus pas na een woelige strijd. Jarenlang werden er betogingen en acties georganiseerd met als boodschap: “Baas is eigen buik”.
Een van de grote voorvechters was de op 16 mei overleden Lucie Van Crombrugge. Lucie werkte in het Gentse abortuscentrum Kollektief Anticonceptie en stond op de barricade voor de volledige legalisering van abortus. Die strijd verliep niet zonder slag of stoot. Pas op 3 april 1990 werd hij bekroond met de ondertekening van de abortuswet. Daarna bleef Lucie ijveren om ook abortus na meer dan twaalf weken zwangerschap uit de strafwet te halen. In 2015 werd haar inzet bekroond met een eredoctoraat van de Vrije Universiteit Brussel. De PVDA draagt haar wetsvoorstel aan haar op.
Abortus nog altijd in strafrecht in België
De wet die het abortusrecht in België regelt, bestaat al 27 jaar. Toch blijft ze op verschillende vlakken ambigu. Abortus staat bijvoorbeeld nog altijd in het strafwetboek, ze wordt nog altijd als misdrijf beschouwd als niet aan een reeks voorwaarden is voldaan. Zo moet een vrouw die abortus wil, zich in “een noodsituatie” bevinden. Ze kan ook de vrouw maar tot 12 weken na de bevruchting zelf uitmaken of ze zich in een “noodsituatie” bevindt. Daarna hebben de artsen het laatste woord. Vrouwen worden dan afhankelijk van de gynaecoloog tot wie ze zich wenden en van de ethische commissie van het ziekenhuis. Op die manier wordt het zelfbeschikkingsrecht van de vrouw ernstig ingeperkt.
500 vrouwen steken jaarlijks de grens over om abortus te laten uitvoeren
De wettelijke termijn van 12 weken, waarop abortus zonder medische redenen is toegestaan, is volkomen arbitrair. De Wereldgezondheidsorganisatie legt de grens voor de levensvatbaarheid van een kind op 22 weken na de bevruchting. Verschillende abortuscentra getuigen dat de korte termijn van 12 weken samen met de bedenktijd van 6 dagen leidt tot problemen, vooral bij laattijdige ontdekking van de zwangerschap.
Heel wat vrouwen ontdekken hun zwangerschap pas laat en kunnen volgens de Belgische wet niet meer overgaan tot een zwangerschapsonderbreking. “Dat leidt er ook toe dat jaarlijks een vijfhonderdtal vrouwen uit België naar het buitenland trekken, vooral naar Nederland, om er een tweedetermijnabortus te laten uitvoeren”, aldus Maartje De Vries. “Deze vrouwen betalen honderden euro's zonder dat een goede medische nazorg verzekerd is.” Daarom is het van cruciaal belang dat een vrouw zelf kan beslissen of ze een zwangerschapsonderbreking wil en dat dit kan gebeuren in een veilige medische omgeving.
In het voorstel van de PVDA wordt de maximale termijn van 12 weken wordt verhoogd tot 20 weken, zoals momenteel in Nederland het geval is. Voorts wordt de bedenktijd van 6 dagen ingekort tot 48 uur en wordt de vereiste dat er sprake moet zijn van een “noodsituatie” geschrapt.
De PVDA wil ook dat een dokter die weigert een abortus uit te voeren, de patiënt vanaf het eerste contact doorverwijst naar een andere arts of instelling, en daarbij een goede opvolging verzekert. Er komt ook een verbod op zogenaamde “institutionele gewetensclausules”, waarbij een lid van het medisch personeel door een contract met zijn/haar instelling een verbod krijgt om een abortus uit te voeren.
Eerder werden ook al wetsvoorstellen ingediend door oppositiepartijen sp.a, PS, Défi en Ecolo-Groen. Die vragen om abortus uit het strafrecht te halen en de abortuswet op verschillende punten te wijzigen. De PVDA wil dat deze voorstellen zo snel mogelijk behandeld worden in de parlementaire commissie Volksgezondheid, om abortus eindelijk en definitief uit het strafwetboek te schrappen.