PVDA verzet zich tegen plannen voor sluiting van 17 materniteiten
“In plaats van te kijken naar waar er bespaard kan worden, moet het debat vandaag gaan over extra investeringen in de materniteiten om te zorgen voor een kwaliteitsvolle, toegankelijke en nabije zorg”. Zo reageert PVDA-volksvertegenwoordigster Sofie Merckx op het nieuws van een mogelijke sluiting van 17 materniteiten in Vlaanderen en Wallonië.
“Die plannen passen perfect in de kille besparingslogica die minister De Block de laatste vijf jaar aan de ziekenhuizen opdringt. We moeten deze logica radicaal omdraaien en opnieuw investeren in zorg waar de mensen centraal staan”.
Het Federaal Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg (KCE) analyseerde op vraag van Minister De Block de kostenefficiëntie van de Belgische materniteiten en kwam tot de conclusie dat men 17 kleinere materniteiten op basis van dat criterium van rendabiliteit zou kunnen sluiten. “Het is echter een politieke keuze om onze zorg enkel vanuit een puur rendementsdenken te analyseren. Het gaat vandaag alleen nog maar over efficiëntie en rendabiliteit, en steeds minder over menselijkheid”, stelt Sofie Merckx. “Voor ons is het essentieel naar de kwaliteit en de toegankelijkheid van de zorg te kijken, en daar scoren die kleinere materniteiten die vandaag met sluiting bedreigd worden, minstens even goed. We begrijpen de verontwaardiging van het personeel en de (aanstaande) ouders ten opzichte van deze plannen dan ook volledig en steunen hen volop in hun protest.”
“Door de besparingslogica evolueren we meer en meer naar een kille zorg, waar het enkel over de cijfertjes en de centen gaat, en niet over de mensen. De druk op het personeel is hierdoor enorm, ten koste van de kwaliteit van de zorg. We moeten deze logica radicaal omdraaien. Het is tijd om opnieuw volop te investeren in de zorg. We moeten gaan naar een warme zorg, waar vroedvrouwen en verpleegkundigen opnieuw de tijd kunnen nemen om jonge ouders te begeleiden in wat een van de mooiste momenten van hun leven zou moeten zijn: de geboorte van hun kind”, besluit Sofie Merckx.