We brengen de PVDA dichter bij jou en jou dichter bij de PVDA.!

Download onze app

PVDA dient samen met Groen en sp.a motie in tegen decreet sociaal-cultureel werk: “Dit maakt het middenveld monddood”

De linkse oppositiepartij PVDA dient vandaag samen met Groen en sp.a een motie in tegen het voorstel van decreet over het sociaal-cultureel volwassenenwerk. Ze doet dat op basis van artikel 73 van het reglement van het Vlaams Parlement, dat een procedure voorziet voor decreten die mogelijk discrimineren "om ideologische en filosofische redenen". “Dit decreet maakt het kritische middenveld monddood”, zeggen PVDA-parlementsleden Jos D’Haese en Tom De Meester. “Door zijn duim omhoog of omlaag te houden, kan Jan Jambon als een Romeinse keizer beslissen wie wel subsidies krijgt en wie niet.” Wanneer de motie is ingediend, moet Liesbeth Homans als voorzitter van het Vlaams parlement samen met de voorzitters van de Kamer, de Senaat en het Parlement van de Franse gemeenschap over de ontvankelijkheid oordelen.

dinsdag 26 november 2019

PVDA dient samen met Groen en sp.a motie in  tegen decreet sociaal-cultureel werk: “Dit maakt het middenveld monddood”

Het nieuwe decreet voor sociaal-cultureel volwassenenwerk deed al veel stof opwaaien. Niet alleen bevat het een nieuw beoordelingscriterium over het "terugplooien op etnisch-culturele afkomst", ook verschuift de eindbeslissing over het toekennen van subsidies van een onafhankelijke commissie naar de regering. Net dat grijpt de PVDA aan om samen met Groen en sp.a het decreet aan te vechten. Daarvoor haalt de PVDA een nieuw wapen uit het reglement van het Vlaams parlement uit de kast: artikel 73. Dat voorziet dat volksvertegenwoordigers een motie kunnen indienen wanneer ze discriminatie op basis van ideologische en filosofische redenen vrezen.

Deur wagenwijd open voor willekeur

“Volgens het nieuwe decreet kan de Vlaamse regering voortaan ‘gemotiveerd’ van het advies van de beoordelingscommissie afwijken bij de toekenning van subsidies aan sociaal-culturele organisaties”, zegt Jos D’Haese, fractievoorzitter van de PVDA in het Vlaams Parlement. “Maar nergens wordt duidelijk gemaakt op basis waarvan men gemotiveerd afwijkt. Een regering met een bepaalde filosofie en ideologie zou dus beslissen over dossiers van organisaties met een andere filosofie of ideologie. Dat is niet neutraal. Beoordelingscommissies zijn wel neutraal, onafhankelijk en pluralistisch, een regering niet. Zo zet men de deur wagenwijd open voor discriminatie omwille van ideologische en filosofische redenen, zoals bedoeld in artikel 73.”

Dat blijkt volgens de PVDA ook uit de verklaringen van de indieners van het decreet. “Karin Brouwers van CD&V zegt letterlijk dat 'organisaties die de CD&V een warm hart toedragen' niets te vrezen hebben”, zegt Tom De Meester, Vlaams parlementslid voor PVDA. “Van Stephanie D’Hose van Open Vld horen we dan weer dat ze wil ingaan tegen grote organisaties die 'too big to fail' zijn. Het decreet is nog niet goedgekeurd of de meerderheidspartijen beginnen al met de duimopsteking.”

Waarden

Ook andere elementen van het nieuwe decreet zijn volgens de PVDA in strijd met het non-discriminatieprincipe, dat in de Grondwet en het Cultuurpact is ingebouwd. “Bij de beoordeling van sociaal-culturele organisaties moet vanaf nu rekening gehouden worden met een aantal waarden”, zegt Tom De Meester. “Maar wat zo’n waarde juist is, wordt niet gedefinieerd. De lijst die wordt toegevoegd is niet exhaustief. Het staat de regering blijkbaar vrij om daar naar believen zaken aan toe te voegen. Terwijl dat net bij uitstek vertrekt van een ideologische en filosofische basis en dus mogelijk discriminatie inhoudt voor mensen met een andere ideologie of filosofie.” De PVDA vreest bovendien dat het niet duidelijk afbakenen van de criteria ertoe kan leiden dat elke regering grondbeginselen op een eigen manier zal interpreteren. “Zelfs als deze regering niet van plan is om te discrimineren, zet ze de deur open voor een volgende regering om dat wél te doen”, zegt Tom De Meester.

Overbodige toevoeging

De PVDA vindt verder ook dat het ontzeggen van subsidies aan organisaties die zich “terugplooien op de etnisch-culturele identiteit” een problematische passage is. “Nergens wordt duidelijk gemaakt wat men onder terugplooien begrijpt”, zegt D’Haese. “Op deze manier kan dit decreet gemakkelijk misbruikt worden om bepaalde bevolkingsgroepen of gemeenschappen te viseren bij het toekennen van subsidies”. De PVDA wijst er trouwens op dat in het huidige decreet reeds expliciet wordt vermeld dat organisaties die een werking ontplooien voor een kansengroep, ook keuzes moeten maken om hun werking te verbreden naar gemeenschappen, doelgroepen of het brede publiek. “Dat halen de indieners trouwens zelf ook aan. Dat maakt duidelijk dat het de indieners helemaal niet om gemeenschapsvorming te doen is maar om bepaalde gemeenschappen te viseren”, zegt D'Haese.

“Een decreet moet in de geest van het Cultuurpact, de wet van 1971, het Reglement van het Vlaams Parlement en de Grondwet actief discriminatie verhinderen en grendels inbouwen”, besluit D’Haese. “Dat is ook waar de Strategische Adviesraad Cultuur in haar spoedadvies naar verwijst. Dit decreet doet dat niet. Integendeel, het zet de deur open naar willekeur en discriminatie. Daarom roepen wij artikel 73 van het reglement in. We hopen dat de parlementsvoorzitters die motie ontvankelijk verklaren, zodat we een echt debat kunnen hebben over het sociaal-cultureel volwassenenwerk, in plaats van dit decreet op een ongeziene manier door het parlement te jagen.”