Peter Mertens: “De geestbeving die kan komen is belangrijker dan het virus zelf”
“Ze zijn ons vergeten: de werkende klasse, de zorg en de crisis die komt”. Zo heet het nieuwe boek van Peter Mertens, zijn vierde boek al sinds hij in 2008 voorzitter werd van de PVDA. “Het is geen boek over het virus maar over de maatschappij”, zegt hij aan het begin van het interview.
Michaël Verbauwhede en Seppe De Meulder
Terwijl de andere partijvoorzitters eindeloos onderhandelden, schreef u deze zomer een boek. Waarom was een boek nodig?
Peter Mertens. Ik denk dat je soms een beetje afstand moet nemen. Als je kijkt naar het schouwspel in ons land, lijkt het soms op een scène uit het stripverhaal Asterix. Iemand heeft het over rotte vis en even later zit het hele dorp met vis op elkaar te meppen. De slinger is helemaal doorgeslagen, de verantwoordelijkheid voor de verspreiding van het virus wordt nu helemaal bij het individu gelegd, terwijl er overal structurele problemen zijn. Niet alleen bij ons, maar overal.
“Ik vond het nodig om me even terug te trekken uit de digitale riool die Twitter is, uit heel die hap-slik-weg cultuur van snelle oppervlakkigheid, en diepgang te brengen”
Covid-19 confronteert ons vandaag met iets nieuw. Als je een aantal maanden geleden had gezegd dat je in de supermarkt zou worden aangemaand om op last van de Veiligheidsraad een apart karretje te nemen, dan zou iedereen gedacht hebben dat je het over een slechte film had. Dus is er grote verwarring, mensen zoeken hun weg binnen een chaos van meningen. Daarom is het goed een aantal zaken op een rijtje te zetten en te kijken of het virus de samenleving ziek heeft gemaakt of dat de samenleving voordien wellicht ook al behoorlijk koortsig was.
Dat dit weinig gebeurt, heeft volgens mij te maken met de verarming van het maatschappelijk debat en het kamikazetempo van het kapitalisme. Ik heb het geluk dat de PVDA collectief geleid wordt en dat ik me dus even kan terugtrekken uit de digitale riool die Twitter is, heel die hap-slik-weg cultuur van snelle oppervlakkigheid. Ik denk dat het nodig is om daar soms uit te stappen en diepgang te brengen.
De werkende klasse
De titel van het boek is “Ze zijn ons vergeten”. Wat bedoelt u daarmee?
Peter Mertens. Toen Covid-19 aankwam in ons land, voelde iedereen dat er iets nieuw gebeurde. Er was een schok maar meteen ook veel solidariteit in de buurten. Ook veel oprecht respect voor de werkende klasse, die men terecht “de helden” is gaan noemen. Gewone mensen die in het heetst van de pandemie het land hebben rechtgehouden. Europa becijferde dat één op vijf van de mensen die in essentiële sectoren werkt, van andere origine is. Vooral in de zorg, de schoonmaak en de voedselsector. Nadien heeft extreemrechts getracht al die mensen tegen elkaar op te zetten, maar feit is: elke avond dat er één minuut voor de helden werd geapplaudisseerd, waren er twaalf seconden voor hen bij.
“Als we een minuut samen applaudisseren, zijn er twaalf seconden bij voor werkende mensen van een andere origine”
Terwijl de werkende klasse het land recht hield, kwetterde de kletsende klasse maar voort. En zodra de curve naar beneden ging, eiste men dat het we hét allemaal zo snel mogelijk zouden vergeten. Hét, dat zijn dan de besparingen in de zorg, de commercialisering van de rusthuizen, het falen van de markt en de confederale ramp van negen ministers van gezondheid en zeven ministers van mondkapjes. Maar ook wie de helden zijn. Ik citeer Monica, verpleegster op intensive care in het zwaar getroffen Italiaanse Cremona: “Toen ze schrik hadden om dood te gaan, werden wij opeens allemaal helden. Vandaag zijn ze ons alweer vergeten. Binnenkort zullen we weer gezien worden als mensen die het achterste afvegen, lui zijn en duur.” Het gevoel alweer “vergeten” te zijn leeft heel breed, niet alleen in de zorg.
Het virus treft de werkende klasse ook harder?
Peter Mertens. Inderdaad. In ons land worden er geen statistieken bijgehouden van coronabesmettingen per beroepsgroep. In Groot-Brittannië gebeurt dat bijvoorbeeld wel. Uit die cijfers blijkt dat heel veel laagloners bijzonder hard getroffen zijn: zorgpersoneel, taxichauffeurs, buschauffeurs, bouwvakkers. Dat is ook logisch, want zij komen tijdens hun werk veel meer in contact met andere mensen. De laagst betaalden hebben vaak de grootste risico's genomen. Bovendien wonen die mensen in dichtbevolkte volkswijken. Quarantaine is niet hetzelfde in een klein appartementje als in een villa met een grote tuin. We waren al ongelijk voor de pandemie uitbrak, en de pandemie heeft die ongelijkheid alleen maar vergroot.
Dat is niet nieuw. Dat was ook zo met de pest, de cholera en de Spaanse griep. 175 jaar geleden schreef Friedrich Engels “De toestand van de arbeidersklasse in Engeland”. Eigenlijk was hij één van de eerste epidemiologen die het verband legde tussen leef- en werkomstandigheden en gezondheid. Tot dan toe zag men die relatie slechts in één richting: ziek zijn maakt arm. Hij heeft dat ook omgekeerd. Je sociale situatie maakt je ook vatbaarder voor ziektes. Hij beschrijft ook hoe de bourgeoisie het helemaal niet erg vond als er een ziekte raasde door de volkswijken. Behalve wanneer het oversloeg naar de rijkere delen van de stad. Dan kwamen er plots sanitaire maatregelen. De parallel met vandaag springt in het oog. Als de pandemie enkel zou razen in de favellas van Rio de Janeiro zou men er wellicht veel minder aandacht voor hebben.
U schrijft: "Een slapende reus is wakker geworden." Wat betekent dat?
Peter Mertens. Het is indrukwekkend hoeveel geld er deze zomer, overal in Europa, is vrijgemaakt voor de zorgsector. Achter dat geld schuilt angst. De zorgsector is de afgelopen decennia geëvolueerd van een onderdanige sector naar een strijdbare sector. Het beeld van de brave, altijd ja-knikkende verpleegsters is iets uit het verleden. Ze hebben getoond dat ze ook met de vuist op tafel kunnen kloppen, eisen stellen en zaken afdwingen. Deze zomer waren er wereldwijd, van Mexico tot Zuid Afrika, betogingen van zorgwerkers.
Op dat moment moest de kletsende klasse van politici en opiniemakers even zwijgen, want diegenen die door hun daden aan de frontlinie stonden, waren in actie. Dus was er schrik. Schrik dat ze de inspirator zouden zijn van een bredere beweging die zegt: “Applaus leg ik niet tussen mijn boterham.” Schrik dat het debat overal zou worden gevoerd over loon en arbeidsvoorwaarden, over meer personeel, over de winstlogica die in vraag zou worden gesteld, enzovoort. In Groot-Brittannië hebben de vakbonden 100.000 nieuwe leden, niet toevallig vooral vrouwen. Daarom zeg ik dat er potentieel een reus is wakker geworden. Als men de zorg een zak geld heeft gegeven, is dat ook omdat men hoopt de geest zo opnieuw in de fles te krijgen. Maar op wereldschaal is dat onmogelijk.
De zorg
U hebt in uw boek scherpe kritiek op het drama dat zich afspeelde in de woonzorgcentra. Is het niet te gemakkelijk om achteraf te zeggen wat er allemaal anders had gemoeten?
Peter Mertens. Dat grote multinationals zoals Korian en Colysée vijftien procent winst willen sleuren uit bejaardenzorg, is een schande en leidt tot mensonterende situaties. Dat schreef ik al in mijn vorige boek, Graailand. Covid-19 heeft alle maatschappelijk tegenstellingen uitvergroot. Hoe wij als samenleving omgaan met onze senioren. Hoe ze letterlijk worden afgeschreven als dor hout dat gekapt moet worden. De zesduizend doden in de woonzorgcentra zijn ons eigen Lombardije. De centrale vraag is welke lessen we daar uit trekken. De mensen van Artsen Zonder Grenzen, die normaal gezien worden ingezet in conflictgebieden, moesten nu komen helpen in de woonzorgcentra. Zij schreven een vernietigend rapport, waarin ze zeggen: het allerergste is dat we niet klaar zijn voor een tweede golf.
Kunnen we leren van de Aziatische aanpak?
Peter Mertens. Het is niet enkel een kwestie van Azië of Europa. Ik denk dat Covid-19 ons moet doen nadenken over hoe wij ons gezondheidssysteem organiseren. India wordt zwaar getroffen door het virus, maar de staat Kerala doet het erg goed. Het grote geheim van Kerala is niet geld maar preventie. Kerala is een arme staat maar elke wijk heeft er een gezondheidscentrum. Er zijn 26.000 preventiewerkers aan de slag die van deur tot deur gaan. Dat zijn mensen die écht zorgen voor hun wijk en die iedereen kennen. Het is een beetje Geneeskunde voor het Volk maar dan in het groot. Met zo’n systeem kan je mensen die vroegtijdig symptomen hebben onmiddellijk begeleiden, opsporen en even isoleren als dat nodig is. Dat heeft resultaten opgeleverd.
“Het grote geheim van Kerala is niet geld, maar preventie”
Beter voorkomen dan genezen, zo luidt de volkswijsheid. Dat is waar. Onze maatschappij is heel curatief georiënteerd: er wordt pas actie ondernomen als mensen al ziek zijn. We moeten opnieuw naar het preventieve model, met een uitgebouwde eerste lijn van polyvalente wijkgezondheidscentra en buurthuizen. Met preventiewerkers die kinderen helpen bij huistaken, boodschappen helpen doen voor mensen die slecht te been zijn, die verbinding brengen in de buurt: dat is een ander concept. En dat wérkt.
Na Wereldoorlog II en het collectieve verzet tegen het fascisme kwam er publieke huisvesting en een publiek gezondheidssysteem. Vanuit die visie werd ook de Wereldgezondheidsorganisatie opgericht. In 1978 zegt die dat een laagdrempelige, toegankelijke eerstelijnsgezondheidszorg de beste preventie is. Maar de neoliberalen moesten daar niets van weten. Iemand die niet ziek is, brengt geen geld op voor de farma-industrie. In het boek citeer ik Ronald Reagan die ooit zei: “eerstelijnsgezondheidszorg is de kortste weg naar het socialisme.” Het resultaat van die visie zien we vandaag nergens scherper dan in de VS zelf: 170.000 lijkkisten.
Is dat ook de reden waarom Donald Trump vandaag de Werelgezondheidsorganisatie aanvalt?
Peter Mertens. Inderdaad. Ondertussen wordt het steeds duidelijker dat de filosofie van extreemrechts failliet is. Het is bespottelijk om “eigen volk eerst” te roepen tegen een virus dat taal noch grenspaal kent.
In december haalde Tom Van Grieken Matteo Salvini (oprichter van de extreemrechtse partij Lega Nord) naar de Handelsbeurs in Antwerpen. Hij heeft heel veel geld betaald voor het privévliegtuig van Salvini, om hem als een rockster te ontvangen. De partij van Salvini zit zelf in de regering in Lombardije en vandaag likken de Lombarden hun wonden. De aanpak van de crisis was slecht en er loopt een gerechtelijk onderzoek naar de extreemrechtse gouverneur van Lombardije over smeergeld bij de aankoop van medisch materiaal.
Nog catastrofaler is natuurlijk wat Bolsonaro doet. Bevrijdingstheoloog Frei Betto zegt dat er in Brazilië een genocide aan de gang is. Men laat het virus woekeren om een deel van de favelas in de arme wijken medisch af te branden. Dan blijkt dus dat extreemrechts ook een heel elitair maatschappijconcept heeft. Rijk volk eerst. Laat alle canaille en stumpers en al die helden die ons door de crisis hebben geholpen maar allemaal creperen.
De crisis die komt
Is de crisis die we nu meemaken niet tijdelijk? Eens er een vaccin is, zijn de problemen toch van de baan?
Peter Mertens. Er is op dit moment een zekere onderschatting van wat er gebeurt. Het Internationaal Muntfonds spreekt over The Great Lockdown, naar analogie met The Great Depression van de jaren '30. Het kapitalisme is helemaal gericht op de creatie van meerwaarde en winst. Als er iets is dat niet mag gebeuren, dan is het wel de productie stilleggen. Dat hebben de overheden nu zélf moeten doen. Dat is ongezien. Dit jaar zullen ongeveer 170 van de 195 landen op planeet aarde erop achteruit gaan. Dat is zelfs na de crash in Wall Street in 1929 niet gebeurd.
De traditionele economen zeggen dat we een soort bungeesprong terug naar boven zullen maken. Dat noemen ze een V-curve, of als er een tweede golf komt een W-curve. Natuurlijk zullen we terug groeien. Als je op de bodem valt, is de enige weg terug opwaarts. Dat is logisch. Maar het kapitalisme was al ziek vóór de komst van Covid-19. Het virus heeft zich geënt op een lichaam dat al ziek was.
Sinds de bankencrisis van 2008 is de economie eigenlijk nooit meer op dreef geraakt. Duitsland, de motor van de Europese economie, stevende vorige zomer al af op een negatieve groei. Toen was er nog geen sprake van een vleermuisvirus. De Tijd kopte in augustus 2019: “De onvermijdelijkheid van een recessie”. Men denkt dat de aanbodzijde vrij snel zal herstellen. De productie gaat terug hernemen. Maar de vraagzijde is een probleem, omdat de gezinnen natuurlijk heel hard getroffen zijn. Mensen zullen niet snel terug consumeren, want er is angst voor wat de toekomst gaat bieden. Wereldwijd schat men dat er 340 miljoen jobs verloren gaan.
“Ook Covid-19 kan een geestbeving in gang zetten. Het blind geloof in de almachtige markt die alles voor ons zou oplossen kan sneuvelen”
De Europese Unie kondigde een investeringsplan van 750 miljard euro aan. Daar moet u toch blij mee zijn?
Peter Mertens. Met elke stap die de Europese Unie vooruit zet, worden de scheuren in het Europese huis groter. De vier vrekken – zo heeft men tijdens deze crisis Nederland, Oostenrijk, Denemarken en Zweden genoemd – wilden geen enkele vorm van solidariteit met het zwaar getroffen Italië en Spanje. Het is goed dat het nationalisme en het chauvinisme op de Europese top niet hebben gewonnen. Tegelijkertijd is het niet meer dan normaal dat er minimale solidariteitsmechanismen en transfers zijn. Daarmee is de Europese Unie echter niet gered.
Vandaag zijn er drie brandblusoperaties die samengaan. Je hebt de Europese Centrale Bank die zoals een watervliegtuig 1350 miljard euro naar beneden kapt. Je hebt de Europese Unie die 750 miljard investeert in noodhulp. En dan heb je nog elk land, en dat gaat ook over vele miljarden, dat zijn eigen noodplan heeft. Dat zijn waanzinnige bedragen. De grote vragen zijn: naar wie gaat dat geld, en wat doet men ermee? Hoe komt het dat de Europese Centrale Bank ook schuldpapieren van vervuilende en belastingontwijkende bedrijven zoals Louis Vuitton, Shell en Total opkoopt? Hoe komt het dat BMW dit jaar 1,6 miljard euro aan dividenden uitbetaalt en dat het bedrijf tegelijkertijd toch beroep doet op de Duitse staat door 20.000 arbeiders op Kurzarbeit, de Duitse variant van economische werkloosheid, te zetten? Hoe komt het dat Lufthansa wordt gered met 9 miljard euro staatssteun en dat de overheid vervolgens zo goed als niets te zeggen heeft?
Dat is gewoon schaamteloos. De gelijkenissen met de rampzalige reddingsplannen van 2008 zijn groot. Het idee blijft dat we gewoon geld moeten smijten naar het grootbedrijf en dat zij dan de problemen van de wereld gaan oplossen. Niet dus! De terugkeer van het openbaar initiatief is op korte termijn de enige structurele uitweg.
U citeert Philipp Blom die de vergelijking maakt tussen Covid-19 en de aardbeving van Lissabon. Wat heeft een virus in godsnaam met een aardbeving te maken?
Peter Mertens. Dat het een kantelmoment kan zijn. Op 1 november 1755 zitten meer dan 500 gelovigen in de kathedraal van Lissabon. Ze zijn samengekomen om te bidden. Net op dat moment beeft de aarde. Al die zeer trouwe gelovigen sterven. Er komt een vloedgolf die de onderste delen van de stad overspoelt en een brand die het bovenste deel van de stad treft. Het blind geloof in een almachtige heer die alles oplost, komt op losse schroeven te staan. Het is natuurlijk een symbool, een boutade. Want het is op dat moment dat de eerste ideeën van modernisering en Verlichting opkomen. Maar die aardbeving is wel een kantelpunt. Philipp Blom schrijft: "Veel belangrijker dan die aardbeving van Lissabon was de geestbeving die daarop volgde."
Ook Covid-19 kan een geestbeving in gang zetten. Het blind geloof in de almachtige markt die alles voor ons zou oplossen, kan sneuvelen. Maar dat gaat niet automatisch gebeuren. Daarvoor moeten dingen in beweging gezet worden en moet het debat gestart worden. En wel over het feit dat de markt niet heeft gewerkt, over het feit dat er geen preventie is, over het feit dat de tegenstellingen tussen arm en rijk wereldwijd opnieuw onwaarschijnlijk toenemen. Over het feit dat het aantal mensen dat sterft van de honger verwacht wordt te zullen stijgen naar zes- tot twaalfduizend mensen per dag in december, meer dan aan Covid-19 zelf. The Hunger Virus noemt Oxfam het. En dan tegelijkertijd de beurzen die door het dak gaan en de rijkdom die aan de top obscene proporties aanneemt. Over het feit dat de commercialisering van de gezondheidszorg tot drama’s leidt, dat we de private reuzen weg moeten houden uit de zorg en onze woonzorgcentra bijvoorbeeld veel beter lokaler en kleinschaliger organiseren, ingebed in de wijk en in het leven.
Ziet u vandaag al de kiemen van een ander model ontstaan?
Peter Mertens. Niets komt vanzelf. De toekomst is een strijdtoneel. Er zijn twee bewegingen. Je hebt een beweging van onderuit die veel mogelijkheden biedt,. Dat heb je in alle steden gezien, over heel de planeet. Mensen die briefjes binnen steken bij de buren om boodschappen te doen. Jongeren die helpen vakantiekampen organiseren voor mensen die anders in woonblokken opgesloten zitten. Net op de diepste momenten van de crisis heb je veel lokale solidariteit gezien. Dat is een beweging, daaruit kan veel meer ontstaan.
Maar het is niet genoeg. Je hebt ook een visie nodig. Naar schatting wordt wereldwijd in totaal 4.000 miljard euro geïnvesteerd om de economie terug te doen draaien. Dat zegt wel iets over de zogenaamde superioriteit van de zelfregulerende markt, dat die om de tien jaar 4.000 miljard euro van ons allemaal moet krijgen. Dan is de vraag: gaan wij al dat geld nog eens aan het grootbedrijf geven? Aan de fossiele giganten die onze planeet verwoesten? Aan de Tech giganten die onze privacy hebben opgegeten? Of gaan we dat geld gebruiken om een echte omslag te maken op het gebied van vervoer, energie, het digitale en de zorg? Een publieke visie op energie, op vervoer, op de digitale revolutie en op de zorg in de brede betekenis van dat woord; dat zijn de vier pijlers van ons Prometheusplan. Een plan om het publieke initiatief opnieuw centraal te zetten en tegelijkertijd de economische en de ecologische crisis aan te pakken. Het is geïnspireerd op de Green New Deal die het rebelse Amerikaanse parlementslid Alexandria Ocasio-Cortez voorstelt.
Ik denk dat die twee bewegingen elkaar moeten raken. Enerzijds de beweging die van onderuit de solidariteit organiseert en de werkende klasse centraal zet als organisator van de samenleving en de solidariteit. Anderzijds de beweging die perspectief biedt rond een ambitieus publiek initiatief. Dit is geen Belgisch of Europees debat. Het is een debat dat in de komende maanden overal zal gevoerd worden. In die geestbeving kunnen nieuwe kiemen van socialisme ontstaan.