Parlement bespreekt wetsvoorstel PVDA afschaffing parlementaire uittredingsvergoedingen
Dinsdag 26 november bespreekt het federaal parlement een wetsvoorstel van de PVDA om de uittredingsvergoedingen van parlementsleden af te schaffen. Als voormalige volksvertegenwoordigers geen nieuwe job vinden, kunnen ze volgens het PVDA-voorstel terugvallen op een werkloosheidsuitkering.
De linkse partij diende het voorstel begin oktober in. Vandaag wordt het besproken in de commissie Grondwet en Institutionele vernieuwing. “Het systeem van uittredingsvergoedingen zoals we het vandaag kennen, heeft niets te maken met een bescherming tegen werkloosheid. Het uittredingsvergoeding-systeem is eerder een gouden-parachute-systeem, vaak voor diegenen die het het minste nodig hebben”, stelt PVDA-voorzitter Peter Mertens. “Wij stellen een normalisering voor. Dat parlementsleden bijdragen aan de sociale zekerheid, en dat ze dan ook aanspraak kunnen maken op een werkloosheidsuitkering, tenminste wanneer ze effectief werkloos zijn. Vandaag kunnen de uittredingsvergoedingen zo goed als onbeperkt gecumuleerd worden”.
Volgens de PVDA is het systeem van uittredingsvergoedingen niet langer verdedigbaar als vangnet tegen werkloosheid. “Het stemt gewoon niet overeen met de realiteit”, aldus Mertens. “De meeste parlementsleden hebben een netwerk van contacten, expertise en ervaringen waar vele anderen enkel van kunnen dromen. Dat is de realiteit van vandaag. Het is ook niet verwonderlijk dat ze na hun parlementair mandaat vaak heel snel opnieuw aan de slag zijn. Slechts een kleine minderheid van de uittredende parlementsleden heeft vandaag nog geen nieuwe job gevonden”.
De cijfers lijken Mertens alvast gelijk te geven. Slechts 11 van de 74 federale parlementsleden die in mei niet herverkozen raakten, zouden in aanmerking komen voor een werkloosheidsuitkering. Twee daarvan (Olivier Chastel van de MR en Nawal Ben Hamou van de PS) werden na een paar maand al opgevist in andere functies. Een derde, Veli Yüksel (Open VLD), weet nu al dat hij in 2022 gecoöpteerd senator wordt. “Een werkloosheidsuitkering voor de overige acht zou alvast veel goedkoper zijn dan de huidige uittredingsvergoedingen die worden uitbetaald” zegt Mertens. “Volgens onze berekeningen zouden de acht allemaal samen zo’n 14 jaar werkloos moeten zijn, voor ze aan het bedrag van hun gezamenlijke uittredingsvergoedingen komen.”
De cijfers spreken voor zich. Tegenover de 8 uittredende volksvertegenwoordigers die nog geen job vonden, staan er 20 die vandaag hun uittredingsvergoedingen cumuleren met een mandaat als burgemeester. 13 anderen combineren de vergoeding met een mandaat als schepen of OCMW-voorzitter. Nog eens 15 personen kunnen aanspraak maken op hun parlementair pensioen. De overige 15 hadden al een andere job, of vonden intussen een nieuwe.
In tegenstelling tot het parlementair loon is de uittredingsvergoeding ook onbeperkt cumuleerbaar. Dat zorgt ervoor dat sommige burgemeesters na hun parlementair mandaat plots meer gaan verdienen. Kamervoorzitter Patrick Dewael diende recent ook een wetsvoorstel in om een plafond op te leggen aan deze financiële cumul. De uittredingsvergoeding wordt in het voorstel van Dewael echter niet afgeschaft voor zij die burgemeester of schepen blijven. Het gecumuleerde bedrag wordt enkel afgetopt tot 150 procent van het parlementaire loon. Dat komt neer op ongeveer 15.000 euro bruto per maand. “Het is voor niets nodig om aan burgemeesters of schepenen nog eens extra een uittredingsvergoeding uit te keren. Dat heeft toch niets meer met bescherming tegen werkloosheid te maken?”, meent Mertens.
Op sommige momenten wordt het zelfs grotesk. Zo berekende de studiedienst van de linkse partij dat Kapels burgemeester Dirk Van Mechelen (Open Vld) in de komende vier jaar bijna 1 miljoen euro zal “verdienen”, door zijn uittredingsvergoeding te cumuleren met zijn vergoeding als burgemeester. Olivier Maingain (Défi), burgemeester van Sint Lambrechts Woluwe, komt in dezelfde periode aan bijna 900.000 euro. “Zulke uittredingsvergoedingen zijn niet meer van deze tijd en niet te verantwoorden op een ogenblik dat men lonen bevriest en sociale voorzieningen afbouwt”, aldus Mertens. “Bij de verkiezingen van 26 mei werden de traditionele partijen onder meer afgestraft, omdat er te veel privileges gaan naar professionele politici. In plaats van dat te ontkennen, zou men moeten beseffen dat er onder de bevolking een groot draagvlak bestaat om de parlementaire uittredingsvergoedingen af te schaffen”.
Lees oook: PVDA-volksvertegenwoordigers schenken uittredingsvergoeding aan sociale organisaties
De wetsvoorstellen van de PVDA:
- https://www.dekamer.be/FLWB/PDF/55/0456/55K0456001.pdf
- https://www.dekamer.be/FLWB/PDF/55/0457/55K0457001.pdf
- https://www.dekamer.be/FLWB/PDF/55/0457/55K0484001.pdf