Overstromingen: de medische nood blijft hoog
Midden juli 2021 trof een ongeziene overstroming ons land. Ondertussen is de omvang van de ramp duidelijk: tientallen doden, duizenden huizen verwoest, hele gemeenschappen ontwricht. De gezondheidsrisico’s – fysiek, psychisch en sociaal – stapelen zich op. En dat zal nog lange tijd aanhouden: nog maanden en jaren zullen we de impact op de volksgezondheid zien. En net zoals bij alle hulp zien we dat de aanpak vanuit de overheid deels tekortschiet, terwijl vrijwilligers de boel recht proberen houden.
Vrijwilligers schieten te hulp
Door de overstromingen valt veel van de gewoonlijke zorg in de getroffen streek stil. Huisartsenpraktijken en apotheken zijn ondergelopen. Medicatie en materiaal zijn vernietigd. Op sommige plaatsen is het al weekend wanneer het water wegtrekt, en veel diensten zijn niet bereikbaar. Een huisarts bij Geneeskunde voor het Volk start als een van de eersten medische noodhulp op in het zwaar getroffen gebied. Ze vertrekt met een hoop verbandmateriaal en medicatie naar de sporthal in het dorp Esneux. Gedurende enkele dagen is ze daar zo goed als de enige arts. Ze verzorgt samen met enkele vrijwillige verpleegkundigen uit de streek wonden, ze delen medicatie uit aan mensen die alles kwijt zijn, ze luisteren naar de verhalen.
Naarmate de dorpen in de streek in de dagen die volgen weer bereikbaar zijn, neemt het aantal vrijwilligers fors toe. Heel veel lokale artsen en verpleegkundigen, maar ook collega’s van Geneeskunde voor het Volk vanuit heel België, gaan ter plaatse om medisch hulp aan te bieden. Ze gaan van deur tot deur om te laten weten dat ze er zijn. En dat is nodig. Één patiënt is zijn insuline kwijt en heeft al dagen niets meer genomen. Ook zijn suikerwaarde is al dagen niet meer gecontroleerd. Een ouder koppel bivakkeert op de eerste verdieping van hun huis. De vrouw heeft chronische wonden aan haar been die al dagen niet meer verzorgd zijn. Ze kan niet weg, want de traplift die ze normaal heeft, doet het niet meer.
Er wordt gezocht naar vrijwilligers om te rijden naar apothekers die open zijn. De solidariteit en samenwerking die zich ontplooien, staan in schril contrast met de afwezigheid van enige medische coördinatie. De hele hulpverlening draait op vrijwilligers die het beste van zichzelf geven. Zij geven aan dat het zo niet langer kan en trekken aan de alarmbel.
In de dagen nadien komen, op vraag van de provincie en verschillende gemeenten, organisaties zoals IGL (Intergroupe Liègeois, de Luikse tak van de Franstalige federatie van groepspraktijken), Rode Kruis en Artsen zonder Grenzen ter plaatse in de verschillende dorpen. De groep vrijwilligers, vzw’s en ngo’s groeit aan. Er komt een prille coördinatie op gang, maar het blijft moeizaam. Ze roeien met de riemen die ze hebben.
De noden actief opsporen
Vanuit alle verhalen op het terrein blijkt dat ook de medische noden bij deze ramp hoog zijn. Daarnaast blijkt ook hoe belangrijk het is om die noden proactief op de sporen. De bewoners van de getroffen streken zijn in overlevingsmodus, de adrenaline stroomt door hun lijf. Wanneer je huis onder de modder staat, denk je niet aan je epilepsiemedicatie, of aan je hoge bloeddruk. Daarom is het belangrijk om niet enkel vanuit medische posten hulp te bieden, maar ook van deur tot deur te gaan, naar de mensen te luisteren. Dat is de manier waarop hulpvragen stilaan naar boven komen.
Naast het verlies van de chronische medicatie en de wonden die ontstaan tijdens het opruimen, beginnen we meer en meer tekenen van uitputting te zien. Een vrouw komt met spierpijn, hoofdpijn en gezwollen benen naar de medische wachtpost. Ze is 63 en al dagen aan het opruimen in haar huis. Ze slaapt niet. Haar lichaam is op. In normale omstandigheden zou je rust voorschrijven, maar hoe doe je dat nu? Er is niet eens een zetel om in te liggen.
We zien ook brandwonden door de chemische verontreiniging van het water met stookolie. Overal ligt een blinkend laagje mazout op het water en de modder. Een gekend fenomeen na overstromingen. De straten en huizen moeten herhaaldelijk grondig schoon gespoten worden, staat in richtlijnen van de overheid.(1) In de praktijk wordt weinig concreet advies gegeven aan de getroffen inwoners. Verder is het ook onduidelijk of het water geen andere verontreiniging met gezondheidsrisico’s heeft achtergelaten. Er zijn nog geen plannen om stalen te nemen.(2) Het blijft onduidelijk wat het gevaar is om kinderen buiten te laten spelen, en of de mensen in de toekomst nog groenten kunnen kweken in hun moestuin.
Wanneer het water wegtrekt, duiken er nieuwe problemen op. We zien huizen vol vlooien, patiënten met niet te houden jeuk. De eerste schimmels op de vochtige muren duiken op. Ratten verschijnen in de straten. Dat houdt allemaal een risico in voor verspreiding van ziektes.(3) De richtlijnen van de overheid bevelen aan om muren in huizen met bleekwater te reinigen tegen schimmels, ook om proactief rattenverdelging op te starten. In de praktijk lijkt niets van dat alles ten gronde uitgevoerd te worden. In Verviers zijn sinds enkele dagen twee rattenverdelgers aan het werk.(4) Een ander aandachtspunt zijn nieuwe uitbraken van Covid-19 in de nasleep van deze overstromingen. Geregeld de handen wassen, afstand houden … het is lang niet evident in de huidige omstandigheden.
Psychologische risico’s
We ontmoeten een vrouw die tijdens de ramp op de eerste verdieping van haar woning schuilde. Ze lag de hele nacht wakker, te luisteren naar het kolkende water en het gebonk van rondslingerende meubelstukken en elektrische toestellen. Angstig, hopend dat het water niet hoger zou komen. Sindsdien heeft ze geen oog dicht gedaan. Ze blijft het kolken en bonken horen. Het zijn tekenen van posttraumatische stressstoornis. En ze is niet de enige.
Uit wetenschappelijke literatuur(5) weten we dat psychologische problemen na overstromingen bij zeer veel mensen voorkomen en langer aanslepen dan verwacht. Niet alleen posttraumatische stress steekt de kop op. Er is een toename van depressies, angststoornissen, middelenmisbruik. Ook de bestaande mentale problemen kunnen toenemen. De Nederlandse professor in veiligheid en gezondheid Michel Dückers stelt dat de problemen in België nog acuter zullen zijn, omdat de mensen minder voorbereid waren op overstromingen dan in Nederland.(6)
Overstromingen bedreigen gedurende langere periodes de psychosociale gezondheid en de veerkracht van de slachtoffers. Een gebrekkige infrastructuur, een ontwrichte gemeenschap en (falende) herstelwerkzaamheden kunnen ervoor zorgen dat de psychosociale problemen nog veel langer een impact hebben. In die situaties is het belangrijk om extra aandacht te hebben voor kinderen en ouderen. Ze zijn kwetsbaar en afhankelijk van anderen, wat hun onzekerheid en angst groter maakt. Ook voor alle betrokken hulpverleners is het belangrijk om preventief de psychologische problemen in kaart te brengen en aan te pakken. De confrontatie met deze ramp heeft ook op hen een zware impact.
Veel mensen zijn in staat om er met hulp van familie en vrienden bovenop te komen. Bij rampen is het belangrijk om ook steun bij de gemeenschap te vinden. Maar veel gemeenschappen zijn ontwricht. Het is nu belangrijk om als overheid de sociale cohesie te bevorderen, mensen te laten samenkomen onder professionele begeleiding. Op die manier zien de slachtoffers dat ze niet alleen zijn met hun gevoelens en dat kan mensen beschermen tegen de mentale gevolgen van overstromingen.
Er is nood aan een ‘mental health plan’ voor de slachtoffers van deze ramp: de opening van een telefoonlijn voor eerste hulp en collectieve verwerkingsmomenten. Van daaruit kan geïdentificeerd worden wie nood heeft aan verdere individuele begeleiding. Gezien ook de reguliere zorg zoals de eerste lijn (de huisartsen, thuisverpleegkundigen, psychologen) en de gespecialiseerde diensten met deze noden te maken zullen krijgen, moeten zij bijkomende opleiding en middelen krijgen om daaraan tegemoet te kunnen komen.
Wat doet de overheid?
Op vraag van de provincie Luik en verschillende gemeentes nemen organisaties uit het middenveld zoals IGL de coördinatie in handen. Per gemeente zijn er ook verantwoordelijken vanuit verschillende hoeken: vrijwilligers, Rode kruis, Artsen Zonder Grenzen ... Pas op zaterdag 24 juli komt de medische ploeg van het leger toe in Esneux, tien dagen na de ramp. In andere gemeenten is het leger dan weer niet aanwezig op medisch vlak. In de stad Verviers is het Rode Kruis actief, maar ondanks de grote inzet worden lang niet alle wijken effectief bereikt.
Het blijft onduidelijk wie centraliseert en coördineert tussen de verschillende actoren op het terrein. Vanuit verschillende bronnen op het terrein luidt dezelfde boodschap: deze ramp is ook op medisch vlak veel te groot voor de middelen die gemeenten, provincies en vrijwilligers ter beschikking hebben. Er is nood aan een overkoepelende overheid die de lijnen uitzet, die zorgt voor ondersteuning met middelen en personeel, die samenwerkt met de lokale overheid en met het middenveld dat het terrein kent.
Op 15 juli, een dag na de ramp, wordt het federaal rampenplan afgekondigd door de minister van Binnenlandse Zaken. De aankondiging komt laat. Al op 26 juli wordt de federale coördinatie van het crisiscentrum weer opgeschort. Nochtans blijft er een groot gevaar voor de volksgezondheid – fysiek, psychisch en sociaal.(7)
1. https://www.standaard.be/cnt/dmf20210722_93718599
2. https://www.health.belgium.be/sites/default/files/uploads/fields/fpshealth_theme_file/4388387/Hygi%C3%ABnische%20maatregelen%20bij%20overstroming%3A%20herziening%20van%20de%20bestaande%20adviezen%20%28oktober%202000%29%20%28HGR%204352%29.pdf
3. https://www.vrt.be/vrtnws/nl/2021/07/22/vervuiling-water-overstromingen/
4. https://www.vrt.be/vrtnws/nl/2021/07/27/na-het-water-de-ratten/
5. https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC3461973/
6. hoofdstuk_11_noodplanning_en_rampenhulpverlening.pdf (belgium.be) en psip_2017.pdf (belgium.be)/ Psychosociale hulpverlening | FOD Volksgezondheid (belgium.be)
7. https://nos.nl/collectie/13869/artikel/2389971-na-watersnood-moet-er-ook-aandacht-zijn-voor-psychische-klachten