Multinationals zullen de klimaatcrisis niet oplossen
Power to the people. Met die slogan stapt de PVDA op 23 oktober mee in de grote klimaatbetoging in Brussel. De exploderende energieprijzen en de klimaatcrisis tonen aan dat een grootschalig publiek en democratisch investeringsplan meer dan ooit nodig is.
Walk for your future, klimaatmars op 23 oktober in Brussel. Meer info
De energiecrisis woedt al meer dan een jaar en kent niet alleen verliezers. De energiemultinationals, die profiteerden van de liberalisering van de Europese energiemarkt, zijn vandaag de hoofdschuldigen van de huidige sociale, economische en klimaatpatstelling, maar het zijn ook die er het meeste voordeel uit halen. En wat is hun antwoord op de crisis? TotalEnergies, EDF en Engie vragen u om minder te verbruiken, zeggen hun CEO’s gezamenlijk. En die andere oliereus, Esso, vraagt u om trager te rijden. Alsof het energie- en brandstofverbruik van de mensen het grootste probleem is...
Schaliegas, het zwaar vervuilende alternatief
Sinds het begin van de Russische inval in Oekraïne is het Europese beleid er vooral op gericht om zo snel mogelijk af te stappen van Russische energie, en in et bijzonder het Russische gas. Alle middelen zijn daarvoor goed. Dus worden zwaar vervuilende kolencentrales opnieuw opgestart en zoeken landen naar manieren om elders gas te kopen.
Voor de Amerikaanse multinationals is dit een gouden kans. Zij schuiven hun schaliegas naar voren als dé oplossing voor Europa. Ze doopten het zelfs om tot “freedom gas”. Stel je voor. Dat was enkele maanden geleden nog ondenkbaar. De Amerikaanse gasproductie is veel duurder dan de Russische en was daardoor weinig interessant voor kopers. Bovendien had schaliegas een slechte reputatie. Niet zonder reden. De ontginning van het gas is extreem vervuilend. Er is veel energie, water en chemicaliën nodig om het gesteente te breken en het gas vrij te maken. Met onomkeerbare gevolgen voor het grondwater, de bodem en de bewoners.
Maar nu is de Europese markt opengesteld en zijn de gasprijzen vertienvoudigd. De Amerikaanse multinationals kunnen dus gouden winsten boeken (ExxonMobil maakte op drie maanden tijd 17,9 miljard dollar winst). De Europese energiemultinationals blijven niet achter. Engie sloot onlangs een contract met een Amerikaanse producent van schaliegas voor de aankoop van 1,75 miljoen ton over een periode van vijftien jaar. Met de zegen van onze overheden. Federaal minister van Energie Tinne Van der Straeten (Groen) verklaarde onlangs dat Russisch gas gemakkelijk kan worden vervangen door (schalie)gas uit de Verenigde Staten.
António Guterres, secretaris-generaal van de Verenigde Naties, legt de vinger op de wonde: “Terwijl de grootste economieën er alles aan doen om Russische fossiele brandstoffen te bannen, riskeren ze op korte termijn beslissingen te nemen die ons op lange termijn afhankelijk maken van fossiele brandstoffen. Het is op moreel en economisch vlak een dwaze strategie.”
Volgens de ngo Natural Resources Defense Council zou een toename van de Amerikaanse gasproductie en -export op zich al elke kans om de opwarming van de aarde te beperken tot 1,5°C tenietdoen.
De klimaatbeweging moet oppassen niet in de val te lopen van dit geopolitieke schaakspel. Zoals Joeri Thijs van Greenpeace stelt: “Onze afhankelijkheid van fossiele brandstoffen wakkert oorlogen en de klimaatcrisis aan en zadelt ons op met steeds hogere energieprijzen. Het zou onverantwoord zijn om onze import van Russische fossiele brandstoffen enkel te verschuiven naar meer olie uit Saudi-Arabië of vervuilend schaliegas uit de VS. Als onze regeringen in tijden van oorlog, klimaat- en energiecrisis nog geen drastische energiebesparende maatregelen kunnen nemen, wanneer dan wel?”
Power to the people
Vandaag heeft Engie meer macht dan welke minister van Energie dan ook. Als we de energieprijzen drastisch willen doen dalen, als we weer stabiele prijzen en een stabiele bevoorrading willen, dan zit er maar één ding op: de energiesector uit de handen van de multinationals halen en er een publiek goed van maken. De klimaatcrisis maakt een snelle overgang naar hernieuwbare energie meer dan ooit noodzakelijk. Er zal een zorgvuldige planning nodig zijn om deze uitdaging aan te gaan. Ook hier is publieke en democratische controle van fundamenteel belang.
Op alle niveaus, van Europees tot lokaal, willen we een geïntegreerd publiek alternatief ontwikkelen. We eisen de oprichting van publieke en democratische bedrijven voor de productie, distributie en opslag van energie. Van het Europees niveau, om de landen rond de Noordzee samen te brengen, tot het lokale niveau. Publiek beheer en publieke controle door gebruikers en werknemers zal ervoor zorgen dat investeringen gebeuren in de technologieën en op de plaatsen waar zij collectief het meest interessant zijn en niet waar zij individueel het meest winstgevend zijn.
Maar er is meer. Hoe kunnen we ervoor zorgen dat spelers als Engie, die alles te verliezen hebben bij de ontwikkeling van een goedkoper, openbaar alternatief, hieraan meewerken? Zij hebben nu immers de macht om het hele land in het donker te zetten. Hoe naïef is het om te verwachten dat Total de olie en het gas in de grond laat zitten en alle hiermee gepaard gaande winst misloopt? Dat lukt alleen als ze geen andere keuze hebben. We kunnen onze energie niet overlaten aan de grillen van een paar CEO’s en de hebzucht van aandeelhouders, daar is onze energie te belangrijk voor. Laten we de publieke controle over de energiereuzen terugnemen, om de infrastructuur die we nodig achten voor de klimaattransitie, zoals windmolenparken of stuwdammen, te socialiseren en om democratisch te bepalen aan welk tempo we olie- of gasbronnen sluiten. Als we oude centrales moeten behouden tot we voldoende hernieuwbare energie kunnen produceren, laten we er dan zelf eigenaar van zijn, zodat we de kosten kunnen beheersen en we ze zo snel mogelijk kunnen sluiten. We moeten de particuliere aandeelhouders van de monopolies die miljarden hebben vergaard, laten betalen voor de sluiting, ontmanteling en het afvalbeheer van kern- en fossielebrandstofcentrales.
Gratis en efficiënt openbaar vervoer
De sociale en klimaatcrisis aanpakken betekent ook actie ondernemen om ons energieverbruik te verminderen en alternatieven te bieden aan mensen voor brandstof en energie onbetaalbaar zijn geworden.
De PVDA ijvert al jaren om de prijs van het openbaar vervoer te verlagen en het in de grote steden zelfs gratis te maken. De huidige crisis maakt deze eis nog dringender. In andere landen blijkt het mogelijk. Duitsland voerde vorige zomer een maandabonnement van 9 euro voor reizen in het hele land. In steden als Duinkerke, Calais of Tallinn (Estland) is het openbaar vervoer volledig gratis. Dat is de te volgen weg.
Volgens het Cologne Institute for Economic Research hebben de verlaagde tarieven in Duitsland de inflatie met 2% gedrukt. Voor het milieu betekent het 9-euroticket 1,8 miljoen ton minder CO2-uitstoot. In Duinkerke zijn na de invoering van het gratis openbaar vervoer 24% van de verplaatsingen per auto vervangen door ritten met de bus.
Goedkoper openbaar vervoer is goed voor mens en milieu. Maar daarvoor is het absoluut noodzakelijk dat er wordt geïnvesteerd in het netwerk, in materiaal en in personeel. Ondanks de beloftes weigert de federale regering dat pad in te slaan. Integendeel, uit het begrotingsakkoord blijkt dat de schamele geplande investeringen nog worden beperkt.
De strijd gaat dus voort. De spoorstaking van 5 oktober was daar een voorbeeld van. De spoorbonden blijven ijveren voor beter openbaar vervoer. Wij staan aan hun zijde. En aan de zijde van personeel en reizigers, ook die van De Lijn, die zich verweren tegen een ware sabotage van het overheidsbedrijf, en die van de TEC en de MIVB die betere arbeidsvoorwaarden en nieuwe investeringen willen. Het is een strijd die sociale kwesties verbindt met de klimaatstrijd.
Een publiek isolatieplan
Wat kunnen wij doen om ons gas- en olieverbruik en onze verwarmingsrekeningen te verminderen? De meeste maatregelen van onze regeringen komen erop neer dat de mensen worden overgeleverd aan de wet van de jungle, aan de wet van vraag en aanbod. “Isoleer zelf je huis”, “zet de verwarming minder” of “zoek zelf de beste leverancier”. Gevolg: jaarlijks wordt amper 1% van de Belgische gebouwen geïsoleerd. Pech dus voor de bewoners en het klimaat. De inzet is nochtans duidelijk: verwarming is goed voor 40-50% van ons gasverbruik en we moeten gebouwen drie keer zo snel isoleren om aan onze klimaatverplichtingen te voldoen.
Uit nieuw onderzoek blijkt dat meer steun voor zonne-energie en voor isolatie van gebouwen ons gasverbruik in de komende drie jaar met een kwart kan doen dalen. Om dat goed te kunnen doen, is een plan voor collectieve investeringen nodig. Om de werken snel uit te voeren zonder de rekening door te schuiven naar de mensen, om voldoende materialen te bestellen en de prijs onder controle te houden, om de nodige arbeiders op te leiden en duizenden banen te creëren in de renovatie en om de nodige fabrieken op te richten om de materialen te produceren. Het gaat dus om een grootschalig overheidsinitiatief om de facturen te verlagen, de industrie en de werknemers te ondersteunen, en onze afhankelijkheid van fossiele brandstoffen af te bouwen.
Kom massaal de straat voor het klimaat, voor vrede en tegen de dictatuur van de multinationals
“Het zal u verbazen, maar op een gegeven moment komt de planeet op de tweede plaats, want er woedt daar nu oorlog. Het is duidelijk dat oorlog het milieu vernietigt, maar we moeten ze voeren.” Het zijn de woorden van Olivier Deleuze, medeoprichter en ex-voorzitter van de groene partij Ecolo, in mei 2022. Is het dus tijd om te betogen? Ja, meer dan ooit!
Kort na de Russische inval in Oekraïne verscheen een nieuw rapport van het internationale klimaatpanel IPCC. De alarmkreet van de klimaatwetenschappers werd grotendeels overstemd door het oorlogsgebulder. Maar de situatie is uiterst ernstig. De gemiddelde jaarlijkse wereldwijde uitstoot is met 12% gestegen ten opzichte van 2010. Wetenschappers denken dat de scenario’s die moeten voorkomen dat nze aarde gemiddeld minder dan 1,5°C opwarmt, steeds moeilijker te realiseren zijn. Dat is de drempel waarbij we spreken van een oncontroleerbare verandering van het klimaat. Nu al smelten gletsjers, sterven koraalriffen, verdwijnen plant- en diersoorten, sterven mensen door mislukte oogsten, oververhitting, rampen ...
Toch dreigt de oorlog de – volstrekt ontoereikende – klimaatinspanningen van onze regeringen nog verder te vertragen. Vorig jaar gaven de wereldleiders meer dan 2.000 miljard dollar uit aan militaire activiteiten en ze investeerden slechts 750 miljard in klimaatmaatregelen. De rijke landen zijn er zelfs niet in geslaagd de schamele 100 miljard te vinden die zij hadden beloofd om de ontwikkelingslanden bij hun klimaattransitie te steunen. Door de oorlog in Oekraïne willen onze regeringen hun militaire budgetten verder verhogen. Duitsland besliste om 100 miljard extra te besteden aan militaire uitgaven. Ook de Vivaldi-regering legt 14 miljard extra op tafel. Meer dan tien jaar geleden zei toenmalig VN-secretaris-generaal Ban Ki-moon: “De wereld is overbewapend en de vrede is ondergefinancierd.” Helaas geldt deze uitspraak in 2022 nog altijd.
In tegenstelling tot wat Olivier Deleuze zei, is het dus meer dan dringend en noodzakelijk om in beweging te komen voor een klimaatbeleid dat opgewassen is tegen de uitdagingen. Een eis die moet weerklinken in een vredesdiscours en die de echte verantwoordelijken en profiteurs van de huidige crisis aanpakt.
Als we niet langer afhankelijk willen zijn van vervuilende en onbetaalbare energiebronnen, zit er maar één ding op: we moeten de energiesector uit de handen van de multinationals halen. We hebben een openbaar en democratisch plan nodig om de investeringen te richten op wat de samenleving echt nodig heeft: hernieuwbare energie, ecologische landbouw, openbaar vervoer, publieke watervoorziening, sterke gezondheidszorg, kwaliteitsvol onderwijs en alle andere sociale noden. Het is een gevecht tegen machtige belangen. En we kunnen dat gevecht alleen winnen met een brede gemobiliseerde sociale en klimaatbeweging, die de krachten bundelt van de vakbonden, de vredesbeweging en de klimaatbeweging. Daarom komen we op 23 oktober in Brussel met hen op straat. En ook lang daarna zullen we blijven actievoeren.