Hoe Arizona ons het zwijgen wil opleggen
Om haar project van sociale afbraak te kunnen realiseren, zet de Arizona-regering een ongeziene aanval in op de democratische rechten in ons land. Van de gele hesjes tot de activisten voor Palestina, van de vakbonden over de vredesbeweging tot de mutualiteiten: het recht op protest komt in het vizier. Het doel is duidelijk: elke tegenmacht verzwakken en monddood maken.
![Foto van een actie tegen de anti-betogingswet.](https://images.pvda.be/styles/4a14fbeb86938daaa1358fd6e2a3b60c049bc360/2025-02/signal-2025-02-12-150050003-srkr2d.jpeg?style=W3sicmVzaXplIjp7ImZpdCI6ImNvdmVyIiwid2lkdGgiOjgyMCwiaGVpZ2h0Ijo4MjAsImdyYXZpdHkiOiJjZW50ZXIiLCJ3aXRob3V0RW5sYXJnZW1lbnQiOnRydWV9fSx7ImpwZWciOnsicXVhbGl0eSI6NzB9fV0=&sign=42a1709ffd619362e95c35d817b928ed8d8a8e6369f99012034135b0f0f32c67)
Dit is geen geïsoleerde aanval maar een bewuste strategie. Neoliberale regeringen wereldwijd hebben aangetoond dat sociale afbraak het best lukt als de werkende klasse en het middenveld hun stem verliezen. Arizona volgt dat draaiboek tot in de puntjes. Het is aan ons om die aanval te stoppen en onze democratische rechten te verdedigen.
Aanval op het recht op protest
Het recht op protest is een fundamenteel democratisch recht, maar Arizona wil mensen zoveel mogelijk ontmoedigen om hun mening te uiten tegen haar beleid. Onder meer door het voorstel van een betogingsverbod van onder het stof te halen. De Vivaldi-regering probeerde dat al eens in te voeren. Het wetsontwerp van toenmalig minister Van Quickenborne was bedoeld om rechters de mogelijkheid te geven een betogingsverbod van drie tot zes jaar op te leggen aan individuen die zich zouden hebben misdragen bij protestacties. Maar om relschoppers te bestraffen, zijn er vandaag al voldoende wetten. Daarvoor was de wet dus niet nodig. Het werkelijke doel was om activisten en syndicalisten van protestacties en stakingspiketten te weren en zodoende de sociale beweging te verzwakken en het protest te breken. Een brede coalitie van vakbonden, mensenrechtenorganisaties en verenigingen zoals Amnesty International en Greenpeace kon Vivaldi op haar stappen doen terugkeren.
Het Federaal Instituut voor de Rechten van de Mens (FIRM) reageert dan ook “bezorgd” op het voornemen van Arizona om dit slechte voorstel opnieuw op tafel te leggen: “Zo’n verbod roept immers veel vragen op. Over de proportionaliteit, maar ook over de handhaving ervan. Om te weten of iemand op een betoging aanwezig is, moet je iedereen gaan controleren, wat kan leiden tot een nog veel verdere inmenging in de fundamentele rechten en vrijheden van burgers, in het bijzonder op het vlak van privacy”.
Arizona wil mensen zoveel mogelijk ontmoedigen om hun mening te uiten tegen haar beleid. Onder meer door het voorstel van een betogingsverbod van onder het stof te halen
De laatste jaren hebben we ook gezien dat lokale besturen steeds vaker GAS-boetes inzetten om activisten te ontmoedigen. In steden als Brussel, Gent en Leuven kregen honderden betogers tegen de genocide in Gaza een boete, enkel omdat ze hun stem lieten horen. Tegen veel van die boetes werd met succes beroep aangetekend bij de gemeentelijke overheden, omdat de boetes de vrijheid van meningsuiting schenden. Arizona wil de GAS-boetes nu “optimaliseren” en dus de repressie verder uitbreiden, onder andere door de procedures te versnellen en te vereenvoudigen. Op die manier wordt mogelijk het beroep tegen GAS-boetes moeilijker gemaakt.
Aanval op vakbonden en stakingsrecht
Vakbonden vormen de ruggengraat van de sociale beweging in ons land. De vakbonden, dat zijn meer dan drie miljoen leden die samen een immens maatschappelijk tegengewicht vormen. Dat zijn duizenden afgevaardigden die het voor hun collega’s opnemen in de ondernemingsraden en comités voor preventie en bescherming op het werk. Dat zijn leerscholen en sociaal-culturele netwerken voor ontelbare arbeid(st)ers, bedienden en ambtenaren.
Zo goed als al onze sociale rechten hebben we te danken aan vakbonden die op straat kwamen, betoogden en stakingen organiseerden. En natuurlijk vormen de vakbonden ook de eerste dam tegen elke sociale afbraak. Daarom wil Arizona hen juridisch en financieel verzwakken met het invoeren van rechtspersoonlijkheid.
Rechtse partijen beweren al langer dat de vakbonden “verantwoordelijk gesteld moeten worden voor hun daden”. Deze framing slaat helemaal nergens op. Waarover hebben ze het eigenlijk? In geval van wetsovertredingen, kan men vandaag al de juridische vertegenwoordigers van de vakbonden dagvaarden. Van enige “straffeloosheid” is dus geen sprake. Het overgrote deel van de betogingen en stakingen verloopt bovendien vreedzaam en zonder vernielingen. Waar het Arizona werkelijk om te doen is, is de “economische schade” die deze acties teweeg brengen.
De vakbonden vormen de eerste dam tegen elke sociale afbraak, daarom wil Arizona hen juridisch en financieel verzwakken
Maar economisch verlies hoort nu eenmaal bij het stakingsrecht. Alle toegevoegde waarde, en dus alle welvaart in ons land, is afkomstig van de arbeid van werkende mensen. Toch hebben de werknemers in de bedrijven, in het sectoraal overleg en in het politieke debat een zwakkere positie dan de werkgevers. Staken is de enige manier voor het personeel in een bedrijf of de werkende klasse als geheel om af te dwingen dat er naar hen geluisterd wordt. Want als zij het werk neerleggen, wordt er geen waarde gecreëerd en maken de eigenaars en aandeelhouders geen winst. Zonder economische schade kan een staking of betoging geen druk zetten op de directies, de werkgeversfederaties of de overheid. In het kapitalisme is die druk het enige middel van de werkende klasse om haar stem te laten horen. Net daarom is het stakingsrecht een fundamenteel democratisch recht, inclusief het recht om “economische schade” te berokkenen.
De tactiek van rechtspersoonlijkheid komt recht uit het draaiboek van Margaret Thatcher, de Britse premier die in de jaren 1980 de vakbonden in haar land klein kreeg door onder meer deze maatregel in te voeren. Het doel is dat de vakbonden telkens verantwoordelijk worden gesteld voor de economische schade die volgt uit acties en zo voortdurend verwikkeld raken in dure en tijdrovende rechtszaken. Zodoende houden de bonden minder geld en tijd over voor de vertegenwoordiging van de werkende mensen.
In het regeerakkoord is enkel sprake van rechtspersoonlijkheid voor “acties zonder stakingsaanzegging” of “in het kader van hun rol binnen de bedrijven”. Deze formulering is onduidelijk en vaag en dus vatbaar voor een zeer brede interpretatie. Bovendien gebeurt de meerderheid van stakingen zonder stakingsaanzegging. Buschauffeurs die het werk neerleggen na een geval van zware agressie, winkelpersoneel dat de winkel sluit wanneer het te horen krijgt dat het filiaal sluit of verzelfstandigd wordt, fabrieksarbeiders die de band stilleggen na een arbeidsongeval. In al deze gevallen zou de vakbond aansprakelijk gesteld kunnen worden om de “economische schade” van de actie te vergoeden.
Het stakingsrecht is een fundamenteel democratisch recht, inclusief het recht om “economische schade” te berokkenen
In zijn communicatie over het akkoord spreekt George-Louis Bouchez (MR) over “het herstellen van de rechtspersoonlijkheid en financiële transparantie van de vakbonden”, alsook over het beperken van het stakingsrecht. De regering wil namelijk niet alleen de vakbonden sterk verzwakken, maar ook het stakingsrecht uithollen. Ten eerste met de rechtspersoonlijkheid voor spontane acties. Maar ten tweede staat in het nieuwe regeerakkoord ook dat de sociale partners tot 31 december 2025 de tijd krijgen om het stakingsrecht in de privésector te “moderniseren”, anders legt de regering zelf een nieuwe interpretatie op. De laatste keer dat een regering met N-VA en MR het stakingsrecht “moderniseerde”, was toen de regering-Michel minimale dienstverlening oplegde bij het spoor, het luchtverkeer en de gevangenissen. Sindsdien is het voor de werkers in die sectoren heel lastig en soms zelfs onmogelijk om hun stakingsrecht nog uit te oefenen. Arizona lijkt ook impliciet te verwijzen naar het precedent bij Delhaize, waar we hebben gezien hoe het bedrijf tientallen keren met succes naar de rechtbank stapte om gerechtsdeurwaarders met steun van politie te mogen inzetten om stakingspiketten op te breken. Tijdens het parlementair debat over de regeringsverklaring maakte MR-fractieleider Benoît Piedboeuf duidelijk dat voor hem het stakingsrecht zelfs helemaal op de schop mag: “In Japan doen ze gewoon een zwarte armband om en werken ze verder.” Kortom, als Arizona spreekt over het stakingsrecht “moderniseren”, bedoelt ze eigenlijk het stakingsrecht inperken.
Het regeerakkoord verwijst ook naar “regels van financiële transparantie”. Rechtspersoonlijkheid zou de vakbonden verplichten om hun jaarrekening aan te geven bij de Nationale Bank. Arizona vertoont een ongezonde nieuwsgierigheid in de financiën van de vakbonden, die ze bijvoorbeeld ook wil laten doorlichten door het Rekenhof. Ongetwijfeld wil men erachter komen hoe groot de stakingskassen zijn, zodat regering en patronaat kunnen uitrekenen hoe lang de bonden een staking kunnen volhouden.
Tot slot wordt ook de bescherming van syndicalisten afgebouwd. Niet-verkozen kandidaten voor de sociale verkiezingen zullen nog slechts zes maanden beschermd zijn tegen ontslag in plaats van twee jaar. Dit kan het vinden van kandidaten bemoeilijken. Het regeerakkoord schuift ook het gevaarlijke idee naar voren om in het geval van ontslag een beperking op te leggen aan de mogelijke beschermingsvergoedingen. Vandaag is het bijvoorbeeld zo dat een bedrijf dat een vakbondsafgevaardigde ontslaat, daarvoor bovenop de gewone ontslagvergoeding een extra beschermingsvergoeding moet betalen. Die extra kost dient natuurlijk als afschrikking. Als men daaraan tornt, dreigen we een toename te krijgen van ontslagen met syndicaal motief.
Als Arizona spreekt over het stakingsrecht “moderniseren”, bedoelt ze eigenlijk het stakingsrecht inperken
Aanval op mutualiteiten
Historisch gezien zijn de mutualiteiten hulpkassen die de werkende bevolking zelf heeft opgericht om elkaar te beschermen in geval van ziekte en invaliditeit. Na de Tweede Wereldoorlog kregen de mutualiteiten een centrale rol in de sociale zekerheid en het gezondheidssysteem, maar tegelijk zijn ze altijd blijven steunen op het engagement van gewone vrouwen en mannen. Nog altijd verdedigen ze de belangen van patiënten en blijven ze opkomen voor een hoogwaardige gezondheidszorg die voor iedereen toegankelijk is. Samen met de vakbonden zijn het de grootste organisaties van de werkende klasse (CM telt 4,5 miljoen leden en Solidaris 3,2 miljoen).
Arizona wil de invloed van de mutualiteiten inperken door hun financiering te koppelen aan het succes waarmee ze langdurig zieken weer aan het werk krijgen. Hun budget hangt dus af van het behalen van de politieke (afbraak)doelstellingen van Arizona. Uit de begrotingstabellen blijkt ook dat de nieuwe regering 250 miljoen euro wil besparen op de werkingskosten van de mutualiteiten. Het gedeelte van de financiering dat afhankelijk is van het behalen van politieke doelstellingen (VARAK) wordt ook opgetrokken van 20% naar 30%.
Tegelijk vermeldt het regeerakkoord de intentie om een nieuw pact te sluiten met de mutualiteiten met als doel “een gelijk speelveld” te creëren met private verzekeraars. Dit zet de deur open naar een verdere afbouw van de sociale zekerheid en de privatisering van de gezondheidszorg. Een privaat systeem van ziekteverzekering zoals in de Verenigde Staten kost nochtans veel meer geld voor zowel overheid als burgers.
Ten slotte mogen mutualiteiten zich niet langer mengen in het maatschappelijke en politieke debat. Dat staat bijna letterlijk in het regeerakkoord. Acties zoals de campagne van Solidaris tegen woekerprijzen voor medicijnen zijn de rechtse partijen een doorn in het oog. De maatregel houdt ongetwijfeld ook verband met de klacht die George-Louis Bouchez vorig jaar indiende tegen Solidaris wegens het opstellen van een politieke barometer waaruit bleek dat het verkiezingsprogramma van zijn partij MR de minste bescherming bood voor zieke en invalide werkers. De boodschap is duidelijk: al wie sociale rechten verdedigt, wordt het zwijgen opgelegd.
Arizona wil de invloed van de mutualiteiten inperken door hun financiering te koppelen aan het succes waarmee ze langdurig zieken weer aan het werk krijgen
Aanval op Palestina-beweging en internationale solidariteit
Arizona heeft niet alleen een project van sociale afbraak, maar ook van militarisering. De regering van Bart De Wever wil de militaire uitgaven fors optrekken en militaire aankopen doen met het oog op interventies in het buitenland. Arizona kiest voor confrontatie en bewapening in plaats van diplomatie en samenwerking. Parallel daarmee vindt ook een militarisering van de geesten plaats. Men redeneert in twee kampen, vijanden en bondgenoten. “Ofwel ben je voor ons, ofwel ben je tegen ons.” Kritische stemmen worden verstomd, weggelachen of beschuldigd van mee te heulen met de tegenpartij (“bondgenoot van Poetin” of “steun aan terrorisme”). De militarisering heeft dus ook gevolgen voor het democratisch debat in eigen land.
In het wereldbeeld van de nieuwe minister van defensie Theo Francken (N-VA) bestaat de wereld niet uit gelijkwaardige volkeren die ernaar streven om in vrede samen te leven, maar uit blokken van landen die elkaar naar het leven staan: “Het Westen is in oorlog met Rusland, China en Iran. Israël is onze bondgenoot in die strijd”, zei Francken vorig jaar in een interview. Om die reden vond hij het logisch dat België en Europa achter Israël bleven staan tijdens de genocide in Gaza. En om die reden deed hij ook een oproep om een pro-Palestijnse organisatie te verbieden, een idee dat nu ook zwart op wit in het regeerakkoord staat.
Arizona wil namelijk wetgeving invoeren die het mogelijk maakt om “gevaarlijke radicale organisaties” te verbieden. Als voorbeeld spreekt het akkoord over organisaties die “banden met terreur” zouden hebben of “antisemitisme” zouden verspreiden. Antisemitisme (jodenhaat) is een vorm van racisme en dat is gelukkig vandaag al strafbaar. Daarvoor is geen nieuwe wetgeving nodig. Tenzij men natuurlijk de definitie van antisemitisme wil verbreden naar kritiek op het beleid van Israël, zoals N-VA in 2023 voorstelde in een parlementaire resolutie. De Nederlandse regering nam vorig jaar dezelfde omstreden definitie aan als in de N-VA resolutie. In de Verenigde Staten wint die definitie al jaren steeds meer terrein. Duitsland en Frankrijk ondernamen zelfs al pogingen om de Boycott, Divestment & Sanctions (BDS) beweging te criminaliseren met het absurde argument dat een oproep om producten uit door Israël bezette gebieden te boycotten “antisemitisch” zou zijn.
Arizona kiest voor confrontatie en bewapening in plaats van diplomatie en samenwerking
In het kader van de eerste kwalificatie, “banden met terreur”, verwijst het regeerakkoord naar de Europese terreurlijst. Maar dat is een politieke lijst, geen juridische. Ooit werd Nelson Mandela afgeschilderd als terrorist omdat hij opkwam tegen Apartheid in Zuid-Afrika. Zijn naam en die van zijn partij stonden zelfs tot 2008 nog op de Amerikaanse terreurlijst. Vandaag bevat de Europese terreurlijst nog altijd communistische partijen uit Palestina en de Filipijnen. Het gaat hier dus niet over wetgeving die werkelijk terrorisme moet helpen bestrijden, maar opnieuw om een voorwendsel om politiek ongewenste organisaties te verbieden.
Het recht op vereniging en het recht op vrije meningsuiting zijn fundamenteel. Men mag organisaties niet verbieden gewoon omwille van de kant die ze kiezen. Maar in de oorlogslogica zijn alle rechten en vrijheden ondergeschikt aan de strijd tegen de “vijand”. Dat is een bedreiging voor de vredesbeweging en iedereen die zich “schuldig” maakt aan opkomen voor vrede of internationale solidariteit. En daar hoeft het niet te stoppen. Op basis van zulke vage en politieke begrippen in de wetgeving zou men allerlei organisaties kunnen verbieden waar de regering een politiek eitje mee te pellen heeft. Vlaams Belang diende bijvoorbeeld ooit een resolutie in om Extinction Rebellion, Antifa en Black Lives Matter op te nemen in de nationale terreurlijst. Met deze wetgeving zou dat zomaar kunnen.
Het recht op vereniging en het recht op vrije meningsuiting zijn fundamenteel. Men mag organisaties niet verbieden gewoon omwille van de kant die ze kiezen
Aanval op verenigingen en middenveld
Het is ook geen toeval dat de nieuwe regering ook het mes wil zetten in subsidies voor het middenveld. Arizona wil 200 miljoen euro besparen op federale subsidies, al is het niet duidelijk hoe men dat wil bereiken. De middelen voor ontwikkelingshulp zouden alvast met 25% dalen en tegelijk zou de administratieve controle op organisaties en verenigingen die uit dit budget subsidies ontvangen, verhogen. Het gaat dus niet alleen over een besparing, maar ook opnieuw over een manier om het middenveld monddood te maken. Vzw’s die subsidies ontvangen of ngo’s die aan ontwikkelingshulp doen, zoals 11.11.11 of Damiaanactie, hebben namelijk ook het recht om zich kritisch uit te spreken over de Belgische regering. Arizona is echter niet van plan kritiek op haar beleid te dulden en wil het middenveld op droog zaad zetten en doen smeken om subsidies. Om dezelfde reden staat er ook in het regeerakkoord dat de werkingsmiddelen van Unia, het centrum voor gelijke kansen, met een kwart zullen verminderen.
Niet alleen de bestaansmiddelen die het middenveld ontvangt van de overheid komen in het gedrang. Vandaag zijn giften voor een goed doel fiscaal aftrekbaar voor 45% voor elke donatie vanaf 40 euro. Arizona wil die belastingaftrek verlagen naar 30%. Voor veel maatschappelijk geëngageerde organisaties zou dat een groot verschil kunnen maken in hun financiering. Patrick Dejace is directeur van “Les Restos du Coeur” België. Dat is een federatie van sociale restaurants, opgericht in 1985 in navolging van een initiatief van de Franse komiek Coluche. Hij windt er geen doekjes om: “La réforme va nous faire mal.”(De hervorming zal ons pijn doen) Volgens Dejace is het risico groot dat veel donateurs gewoon helemaal geen giften meer gaan doen en dat het financieel verlies dus groter zal zijn dan de 15% waarmee de belastingaftrek vermindert.
Het is ook geen toeval dat de nieuwe regering ook het mes wil zetten in subsidies voor het middenveld
Migranten als proefkonijn voor autoritaire maatregelen
De rechtse partijen in Arizona kloppen zich op de borst voor het “strengste migratiebeleid ooit”. Maar “streng” ben je voor mensen die zich misdragen. Asiel aanvragen is gewoon een fundamenteel mensenrecht. In werkelijkheid gaat het over een meedogenloos en onrechtvaardig migratiebeleid. Men wil duizenden opvangplaatsen sluiten terwijl er vandaag al asielzoekers op straat moeten slapen. Verschillende maatregelen die vandaag in het regeerakkoord staan, zijn rechtstreeks overgenomen uit het 70-puntenplan van het Vlaams Blok: het splitsen van de sociale zekerheid in A- en B-burgers (terwijl de Conventie van Genève gelijke behandeling voor vluchtelingen eist op vlak van sociale bijstand), het invoeren van een burgerschapsproef voor het verwerven van de nationaliteit, het onder voorbehoud toekennen van de nationaliteit, strenge grenscontroles invoeren, … Het waren allemaal ooit redenen om een cordon sanitaire in te voeren tegen extreemrechts, maar vandaag staan ze gewoon in het regeerakkoord.
Het doel van dit beleid, en de stoere communicatie erover, is om de indruk te wekken dat migranten het echte probleem zijn en dat de regering hen durft “aanpakken”. Op die manier probeert men de werkende klasse te verdelen en dus te verhinderen dat we eensgezind een vuist maken tegen de afbraak van onze pensioenen, de aanval op de lonen of het uitblijven van eerlijke belastingen. Het is de aloude tactiek van verdeel-en-heers.
Maar er is ook een ander doel, namelijk autoritaire maatregelen doorvoeren die momenteel onbespreekbaar zijn voor de rest van de bevolking. Denk bijvoorbeeld aan woonstbetredingen. De politie zou van Arizona toestemming krijgen om binnen te vallen bij mensen om te controleren of ze geen onderdak verlenen aan migranten zonder papieren. Niet alleen criminaliseert men zo een vorm van solidariteit, men schept ook een precedent van legale huisvredebreuk, wat indruist tegen fundamentele rechten en ook verboden is volgens het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens. Zodra de maatregel gangbaar zou worden voor migranten, is het natuurlijk veel gemakkelijker om hem nadien ook toe te passen voor andere groepen.
Op vraag van toenmalig staatssecretaris Theo Francken probeerde de regering-Michel deze maatregel al eens door te voeren, maar het protest tegen deze “Achterhuiswet” was zo groot dat de regering moest inbinden.
Men probeert de werkende klasse te verdelen en dus te verhinderen dat we eensgezind een vuist maken tegen de afbraak van onze pensioenen, de aanval op de lonen of het uitblijven van eerlijke belastingen
Neoliberaal samenlevingsmodel
De aanval op democratische rechten is geen op zichzelf staand fenomeen, maar een kernonderdeel van het neoliberale samenlevingsmodel van De Wever en Bouchez. Nadat Margaret Thatcher de macht van de vakbonden brak, ging ze verder met de ontmanteling van de gezondheidszorg, de privatisering van de openbare diensten, de ontregeling van de arbeidsmarkt en eigenlijk de ontbinding van het hele sociale weefsel. Arizona past dezelfde strategie toe: collectieve bescherming afbreken en individuele concurrentie opdrijven.
Dit model is desastreus voor de werkende klasse. In plaats van een sterke sociale zekerheid krijgen we dure private verzekeringen. In plaats van sociaal overleg worden loon- en arbeidsvoorwaarden individueel onderhandeld. Inspraak wordt beperkt tot één keer om de vijf jaar een bolletje kleuren en voor de rest moeten we zwijgen. Een samenleving van ieder voor zich, waar men wel twee keer nadenkt alvorens de regering, de bedrijfsleiders of de aandeelhouders tegen te spreken.
Strijden voor onze democratische rechten
De geschiedenis leert dat rechten nooit cadeau worden gedaan maar afgedwongen door strijd. Het algemeen stemrecht, de 40-urenweek, het recht op sociale zekerheid en het stakingsrecht zijn allemaal verworvenheden die enkel bestaan dankzij actie en mobilisatie.
Vandaag staan we op een keerpunt. Arizona wil de georganiseerde tegenmachten breken om hun neoliberale agenda zonder weerstand door te voeren. Maar een breed front van vakbonden, mutualiteiten, sociale organisaties en burgers kan deze aanval stoppen. Net zoals we het betogingsverbod hebben kunnen tegenhouden onder de vorige regering.
Samen moeten we opkomen voor het recht op protest, het stakingsrecht en de kritische rol van het middenveld. Want zonder democratische rechten kan er geen sociale vooruitgang zijn en zonder sociale strijd kan er geen echte democratie zijn.
Twintig maatregelen uit het regeerakkoord van Arizona met betrekking tot democratische rechten
- Invoering van het betogingsverbod (kan ook gebruikt worden tegen stakingspiketten)
- De procedure voor GAS-boetes (ook gebruikt tegen actievoerders) vereenvoudigen en versnellen om het gebruik te “optimaliseren”
- Rechtspersoonlijkheid voor vakbonden om hen financieel verantwoordelijk te stellen voor acties zonder stakingsaanzegging
- Heronderhandeling van het Herenakkoord uit 2002 met betrekking tot het stakingsrecht
- Doorlichting van de financiën van de vakbonden door het Rekenhof
- Inperking van de ontslagbescherming van niet-verkozen kandidaten bij sociale verkiezingen van 2 jaar tot 6 maand
- Beperking van het aantal beschermingsvergoedingen in het kader van ontslag (cf. vakbondsafgevaardigden)
- Inperking van de maatschappelijke rol van de mutualiteiten en een verbod om over politiek te communiceren
- Besparing op de financiering van de mutualiteiten en verhoging van het variabele deel (afhankelijk van behalen regeringsdoelstellingen) van 20% naar 30% van de toelage
- Financiering werkingskosten mutualiteiten meer afhankelijk maken van de activering van langdurig zieken
- Actieplan om een gelijk speelveld te creëren tussen ziektefondsen en private verzekeraars
- Inspraak van mutualiteiten en vakbonden in beheerraden en commissies van het RIZIV beperken
- Mogelijk maken om organisaties te verbieden, onder andere de Palestina-beweging
- Toestaan van administratieve woonstbetredingen door de politie om wie opvang geeft aan ongedocumenteerde vluchtelingen op heterdaad te betrappen
- GSM’s van asielzoekers standaard laten uitlezen door Dienst Vreemdelingenzaken
- Uitbreiding van de onderzoeks- en interventiemethodes van de geheime diensten (zoals “disruptie” en berichten traceren) en informatie meer delen met politie, parket en gerecht
- Besparing van 200 miljoen euro op federale subsidies
- Besparing van 25% op de werkingsmiddelen van Unia; audit van het Instituut voor de Gelijkheid van Vrouwen en Mannen (IGVM) door het Rekenhof
- Besparing van 25% en verhoogde administratieve controle op de financiering voor ngo’s en verenigingen in het kader van ontwikkelingssamenwerking
- De belastingaftrek van giften aan een goed doel daalt van 45% naar 30%