“Erken Covid-19 voor álle werknemers als beroepsziekte”
“Alle werknemers die tijdens de coronapandemie moeten blijven doorwerken, moeten in geval van besmetting met het coronavirus, vlot een beroep kunnen doen op het stelsel van beroepsziekten.” Dat zegt huisarts en PVDA-volksvertegenwoordigster Sofie Merckx. In Frankrijk geeft de Nationale Academie voor Geneeskunde al hetzelfde advies. De PVDA dient daarvoor een wetsvoorstel in.
“In ons land is Covid-19 erkend als beroepsziekte voor bepaalde personeelsleden uit de gezondheidszorg, zoals ambulanciers en ziekenhuispersoneel dat in contact komt met coronapatiënten. Met de PVDA hebben we een wetsvoorstel uitgewerkt dat die erkenning uitbreidt naar werknemers uit andere sectoren zoals de voeding, het transport en een hele reeks niet-essentiële productieketens, die vandaag ook nog aan de slag zijn en zo het risico op besmetting lopen”, zegt Sofie Merckx.
Het statuut geeft recht op een schadeloosstelling en een terugbetaling van medische kosten. Ook nabestaanden van mensen die overlijden aan Covid-19, de ziekte veroorzaakt door het coronavirus, zouden hiermee recht krijgen op een aantal vergoedingen.
Werknemers die vandaag het land draaiende houden
Om de verspreiding van het coronavirus tegen te gaan zijn in België strenge maatregelen van kracht. Over het hele land is de bevolking ertoe gehouden thuis te blijven en mag men zich enkel om dringende redenen op de openbare weg en op openbare plaatsen begeven. Telethuiswerk wordt zoveel mogelijk verplicht en regels van social distancing maken dat men steeds een afstand van 1,50 meter met elkaar moet behouden.
“Deze strenge maatregelen staan in sterk contrast met een aantal situaties op de werkvloer”, stelt Sofie Merckx. “Een groot deel van de bevolking moet namelijk doorwerken. Het gaat om werknemers in de cruciale sectoren en de essentiële diensten – zoals de zorg, het transport, de voeding, enz. – die het land elke dag opnieuw draaiende houden. Maar ook heel wat werknemers in een aantal niet-essentiële productieketens blijven vandaag actief.”
“Die mensen gaan elke dag opnieuw gaan werken met gevaar voor hun gezondheid, want de maatregelen om de gezondheid van de werknemers te beschermen, worden niet altijd nauwlettend of tijdig opgevolgd. Bovendien bestaat er niet zoiets als een nulrisico: werknemers lopen altijd het risico besmet te raken”, aldus de PVDA-volksvertegenwoordigster.
Erkenning als beroepsziekte: een systeem om de werkende klasse te beschermen
Ons land kent een systeem van beroepsziekten die de werkende klasse een bescherming moet bieden tegen de financiële gevolgen van de risico’s die ze lopen bij het uitoefenen van hun job. Wanneer een werknemer als gevolg van zijn of haar job getroffen wordt door een erkende beroepsziekte, heeft hij of zij recht op een vergoeding (90% van het basisloon). Daarnaast wordt het remgeld van de medische kosten (waaronder de hospitalisatiekosten) die verband houden met de erkende beroepsziekte terugbetaald. Bij overlijden maken de nabestaanden aanspraak op een aantal vergoedingen en een tussenkomst in de begrafeniskosten.
De huidige wetgeving erkent Covid-19 als beroepsziekte voor “de leden van het personeel dat werkzaam is op het gebied van de preventieve gezondheidszorg, geneeskundige verzorging, verpleging aan huis of laboratoriumwerk en andere professionele activiteiten in verzorgingsinstellingen waar een verhoogd infectierisico bestaat”.1
Dat betekent dat Covid-19 als beroepsziekte erkend wordt bij een aantal beroepen en diensten:
-
de ambulanciers die coronapatiënten vervoeren;
-
het personeel in ziekenhuizen (op de spoeddienst, de diensten intensieve zorg, longziekten en infectieziekten, andere diensten waar patiënten met Covid-19 zijn opgenomen en/of diagnostische en therapeutische handelingen werden uitgevoerd bij patiënten met Covid-19);
-
Het personeel van andere diensten of verzorginstellingen, zoals woonzorgcentra, waar een uitbraak van het virus is.
Alle categorieën van werknemers komen hierbij in aanmerking, zowel het medisch, paramedisch, logistiek als het schoonmaakpersoneel.2 Zij moeten een aanvraag indienen bij Fedris, het Federaal Agentschap voor beroepsrisico’s, waar ze onder andere de resultaten van de labotest aan moeten toevoegen. Werknemers die patiënten behandelen of verzorgen in diensten waar zich geen uitbraak heeft voorgedaan, komen ook in aanmerking, maar moeten dan wel een professioneel contact met een COVID-19-patiënt kunnen bewijzen.
“De situatie is heel anders voor werknemers die niet in de gezondheidssector werken”, zegt Sofie Merckx. “Zij kunnen een aanvraag indienen via het zogenaamde ‘open systeem’, waarbij ze een vrij zware procedure moeten doorlopen en, vooral, de bewijslast bij de werknemer ligt om onweerlegbaar aan te tonen dat ze blootgesteld werden aan het beroepsrisico van Covid-19 enerzijds, maar dat ze die ziekte ook daadwerkelijk door het werk hebben opgelopen, anderzijds.
In de feiten zal deze zware procedure, die bovendien vaak onbekend is bij heel veel werknemers, zelden tot een erkenning leiden”, zegt Sofie Merckx. “De bestaande regelgeving volstaat met andere woorden niet om de risico’s te dekken van alle werknemers die met gevaar voor hun gezondheid elke dag opnieuw gaan werken tijdens deze pandemie.”
Uitbreiding naar alle werknemers
Met dit wetsvoorstel voegt de PVDA een nieuwe categorie van beroepsziekte toe aan het Koninklijk Besluit van 28 maart 1969. Het breidt de erkenning van infectieziekten, zoals Covid-19, als beroepsziekte uit naar alle besmette werknemers die tijdens de uitbraakfase van een epidemie aan de slag moesten blijven en hierbij fysiek contact hadden met collega’s of derden.
“Voor personen die langer ziek zijn, zoals de meest ernstige gevallen die een hospitalisatie vergen, betekent deze erkenning een serieuze verlichting van de financiële zorgen”, stelt Sofie Merckx.
De vergoeding ligt ten eerste hoger in het stelsel van de beroepsziekten (90% van het basisloon) dan in dat van de ziekteverzekering en de arbeidsongeschiktheid, waar de uitkering na een periode van gewaarborgd loon na een maand3 terugvalt op 65% (voor gezinshoofden, voor samenwonenden zelfs tot 40%). Daarnaast is er natuurlijk ook de terugbetaling van de medische en hospitalisatiekosten door Fedris.
Ook Franse Nationale Academie voor Geneeskunde stelt dit voor
De PVDA staat niet alleen met haar eis. In Frankrijk hield de Académie Nationale de Médecine op 3 april 2020 een pleidooi om de erkenning van Covid-19 als beroepsziekte uit te breiden naar alle “gezondheidswerkers en werknemers die werkzaam zijn voor de essentiële werking van het land (voeding, openbaar vervoer, veiligheid ...) en die zijn blootgesteld aan en ernstige gevolgen hebben ondervonden van Covid-19. De Académie stelt dat niet alleen werknemers die op plaatsen werken waar een uitbraak plaatsvindt, een ernstig risico lopen. Dat is ook het geval voor beroepen waar men veel meerdere mensen ontmoet. “Ook andere beroepen lopen risico op blootstelling, bijvoorbeeld in onthaal- of loketfuncties (bijvoorbeeld werknemers in de voedingssector), in contact met andere personen in besloten ruimten (bijvoorbeeld buschauffeurs) en veiligheidsberoepen.”4
Financiering
“Om deze maatregel te financieren is bijkomende financiering van het Fedris-fonds noodzakelijk”, besluit Sofie Merckx. “De erkenning van Covid-19 als beroepsziekte mag niet ten koste gaan van andere beroepsziekten. We willen de uitkering ook optrekken naar 100% van het laatste verdiende loon. Het is belangrijk dat de regering die financiering voorziet. En één piste die we daarvoor naar voren schuiven, is het heffen van een bijkomende bijdrage van winstgevende bedrijven die aan de slag blijven.”
1 Vastgelegd in het Koninklijk Besluit van 28 maart 1969 houdende vaststelling van de lijst van beroepsziekten die aanleiding geven tot schadeloosstelling en tot vaststelling van de criteria waaraan de blootstelling aan het beroepsrisico voor sommige van deze ziekten moet voldoen, laatst gewijzigd bij het KB van 22 januari 2013
2 https://www.fedris.be/nl/node/2702
3 En voor arbeiders zelfs al na twee weken.
4 http://www.academie-medecine.fr/wp-content/uploads/2020/04/20.4.3-Covid-19-et-sant%C3%A9-au-travail.pdf