We brengen de PVDA dichter bij jou en jou dichter bij de PVDA.!

Download onze app

Didier Reynders, de fortuinfluisteraar

Is Didier Reynders schuldig aan het witwassen van geld? Waar kwam het miljoen euro aan contanten vandaan die de liberaal in zijn bezit had? Om antwoord te krijgen op deze vragen, moeten we zijn lange politieke carrière onder de loep nemen, die doorspekt is met bijzonder dubieuze praktijken. 

maandag 9 december 2024

Didier Reynders overhandigt de titel van grootofficier in de Orde van Leopold aan de steenrijke Belgische zakenman Albert Frère.

Didier Reynders remettant le titre de grand officier de l'ordre de Léopold au richissime homme d'affaires belge Albert Frère.

Image BELGA

Artikel geschreven door Marco Van Hees.

Een miljoen euro! Didier Reynders (MR), voormalig Europees commissaris en vicepremier, wordt verdacht van het witwassen van geld en moet de herkomst van een miljoen euro in contanten verklaren. De aanleiding was een melding van de Nationale Loterij aan de CFI (de Belgische antiwitwascel), die op haar beurt de informatie doorgaf aan de gerechtelijke autoriteiten. Dit roept een eerste vraag op: het Belgische antiwitwassysteem detecteert weliswaar de 200.000 euro die de liberaal investeert in kansspelen, maar niet de 800.000 euro in contanten die hij rechtstreeks op zijn bankrekeningen stort (die betalingen komen pas later, tijdens het onderzoek, aan het licht). Als prominente politicus zou hij echter onder verscherpt toezicht moeten staan.

Natuurlijk zijn de gebruikelijke voorzorgsmaatregelen van toepassing (vooral voor zij die macht hebben): in dit stadium van de procedure wordt uitgegaan van onschuld. Een ding staat echter vast: sinds het begin van zijn politieke carrière is Didier Reynders kampioen belangenconflicten en twijfelachtige banden tussen politiek en bedrijfsleven. In België is dit duidelijk taboe: een aantal voormalig ministers en premiers (zoals Jean-Luc Dehaene of Guy Verhofstadt) zetel(d)en in de raad van bestuur van bedrijven die eigendom zijn van grote kapitalisten. Geen haan die ernaar kraait...

Didier Reynders toont nog meer lef wanneer hij in de federale regering zetelt. Over het algemeen aanvaardt een minister geen geld uit het bedrijfsleven tijdens zijn ambtstermijn (maar vaak wel ervoor of erna). Dit is geen wettelijk verbod, maar een ongeschreven regel. Reynders, in 1999 pas benoemd tot minister van Financiën, blijft nog meer dan een jaar lid van de raad van bestuur van het coördinatiecentrum Carmeuse, een groep van kalkproducenten die eigendom is van de familie Collinet, het 28e vermogen van België.1

Coördinatiecentra - interne banken van grote bedrijven - profiteren van een zeer voordelig belastingregime dat België multinationals aanbiedt, maar dat is veroordeeld door de nochtans zeer liberale Europese Commissie. Reynders stort zich met hart en ziel in de strijd tegen de Europese Commissie (waar hij twintig jaar later lid van wordt) in een poging de coördinatiecentra te redden, met de dubbele pet op van minister van Financiën en bestuurslid betaald door het grootkapitaal.

Wetten opgesteld door multinationals

Didier Reynders heeft een ongewoon lange staat van dienst binnen de federale regering. Hij blijft twee decennia aan, waaronder twaalf jaar als minister van Financiën, wat hem het stigma oplevert van "de minister van de rijkaards" of "de rijkenfluisteraar". België mag dan een eeuwenoude traditie hebben van inschikkelijkheid wat betreft de rijken, de liberaal Reynders gaat hier nog een stap verder in. Hij komt met een arsenaal aan massale belastingvrijstellingen voor grote bedrijven.

Zelf bedacht heeft hij deze wapens echter niet: de begunstigden zelf stellen de wetten op, die de minister slechts ondertekent en door het parlement laat goedkeuren. In 2005 ontwikkelt Michel Alloo, hoofd fiscaliteit bij het Verbond van Belgische Ondernemingen (VBO), het systeem van de notionele interesten dat het stelsel van de coördinatiecentra moet vervangen. Het jaar daarvoor komt Isabel Verlinden van PricewaterhouseCoopers (PwC) met de "Excess profit rulings", een ander fiscaal gedrocht ten gunste van multinationals. In 2007 wordt de aftrek voor octrooi-inkomsten ontwikkeld door Linklaters, een advocatenkantoor dat werkt in opdracht van GSK, een farmamultinational. Het zal niemand verbazen dat deze belastingmaatregel vooral Big Pharma ten goede komt. Op maat gemaakt!

Broederlijke relatie met Albert Frère

Didier Reynders knoopt banden aan met een aantal grote bazen. Bijzonder opmerkelijk is de miljardair Albert Frère (1926-2018), wiens kinderen nu de elfde en twaalfde plaats innemen onder de Belgische fortuinen2. Deze kapitalist afkomstig uit Charleroi is een van de grootste plunderaars van de overheidsfinanciën in België, maar ook in Frankrijk en zelfs in Brazilië. Om dit te bereiken onderhoudt hij een breed netwerk van betrekkingen met vooraanstaande Belgische en Franse politici.

Reynders kan het zo goed vinden met Frère dat deze hem en zijn vrouw uitnodigt voor een bezoek aan zijn weelderige villa in Marrakech. De minister is ook een goede vriend van Nicolas Sarkozy, Frans president van 2007 tot 2012. Albert Frère heeft zelf ook een duurzame band met de Franse politicus. Hoewel die laatste niet de enige president van de republiek is die in aanraking komt met justitie, is hij wel degene met de meeste problemen en de enige die tot een gevangenisstraf wordt veroordeeld. Dat schetst de achtergrond van het boosaardige trio Frère-Reynders-Sarkozy...

Reynders biedt de grootste Belgische bank aan aan BNP Paribas

In 2008 staat Fortis, de grootste bankinstelling van het land, op de rand van een faillissement. Minister Reynders en zijn kompanen (de bank- en beurscontroleorganen worden allemaal geleid door zijn voormalige kabinetschefs) leiden de "redding" van Fortis. Al vroeg wordt het definitieve besluit genomen om de bank te verkopen aan BNP Paribas. Het toeval wil dat dit ook de weg is die Albert Frère voorstelt, die al bijna een halve eeuw financieel partner is van de Franse groep. Frère geeft zijn telefonisch advies tegelijkertijd aan de twee onderhandelende partijen: de koper, Baudouin Prot, CEO van BNP Paribas, en de verkoper, Didier Reynders.

Gevolg? "Fortis werd overgenomen voor een habbekrats. Als financieel analist vind ik dat schandalig3", verklaart directeur Pierre Schohier, die zijn hele carrière voor Paribas en Frère heeft gewerkt. Het blijft niet bij anekdotes. In een rapport van de Amerikaanse investeringsbank Morgan Stanley van oktober 2008 wordt gesteld dat BNP Paribas de bankactiviteiten van Fortis "voor niets" overneemt4. En het Franse dagblad Le Monde kopt: "BNP Paribas mag de Belgische belastingbetaler bedanken5.

Eén kwestie gooit echter roet in het eten van dit cadeau van enkele miljarden euro's: een leger van aandeelhouders van Fortis stapt naar de rechter. Van kleine beleggers tot rijken met enorme portefeuilles, een half miljoen beleggers wordt namelijk zwaar getroffen door de deal van Reynders en Prot. De zaak ligt enkele maanden bij de rechtbank, terwijl de Belgische regering, die bereid is alles uit de kast te trekken om de transactie te valideren, schaamteloos de scheiding der machten schendt door druk uit te oefenen op de magistraten. Het "FortisGate"-schandaal zal premier Yves Leterme zijn baan kosten. Didier Reynders, de man achter de hele affaire, is niet bereid zijn ministerportefeuille op te geven.

Kazakhgate

De grote schaduw van Nicolas Sarkozy, de grote vriend van Reynders, hangt over België in de Kazakhgate-affaire. In 2009 onderhandelt de Kazachse president Nursultan Nazarbajev met zijn Franse ambtgenoot over een deal ter waarde van enkele honderden miljoenen euro's voor de aankoop van 45 helikopters van de Eurocopter-groep. Bij deze onderhandelingen legt Nazarbajev de tussenkomst van Sarkozy ten gunste van zijn miljardair-vriend Patokh Chodjev in de weegschaal. Laatstgenoemde is samen met zijn handlangers Alexandre Machkevitch en Alijan Ibragimov door het Belgische gerecht aangeklaagd voor valsheid in geschrifte, witwassen van geld en criminele samenzwering.

Op 16 mei 2011 wordt een verruimde wet op minnelijke schikkingen uitgevaardigd: rijke criminelen kunnen hun rechtszaak zo afkopen. Op 17 juni sluit Patoch Chodjev een dergelijke schikking af, waarmee een einde komt aan zijn problemen met de Belgische justitie. Op 27 juni wordt het Frans-Kazachse contract officieel ondertekend.

Deze wet, die ruikt naar klassenjustitie, op maat gemaakt voor het Kazachse trio (maar ook, zo leren we later, voor de Antwerpse diamanthandelaars), komt voort uit een simpel amendement dat op het laatste moment werd ingediend in de Commissie Financiën van de Kamer. Wie dient dit amendement in? Het kabinet-Reynders! Dit is wat kamerlid Carina Van Cauter (Open VLD) later onthult: ze legt uit dat een kabinetsmedewerker van Didier Reynders haar kwam opzoeken. "Hij wist dat ik al sinds 2009 een voorstel voor minnelijke schikking voorstond. Hij stelde voor met een amendement te werken om de zaken te versnellen. Ik zag daar niets vreemds in".6

Een andere eminente liberaal zet zich eveneens in voor Patoch Chodjev: Armand De Decker (1948-2019), burgemeester van Ukkel en twee maal Senaatsvoorzitter. Hij presenteert zich daarbij als advocaat (hoewel hij zijn toga al jaren tevoren aan de haak had gehangen) en zou €740.000 hebben ontvangen om zijn netwerk van connecties aan te spreken ten voordele van de Belgisch-Kazachse miljardair. Nadat hij wordt aangeklaagd voor ongeoorloofde beïnvloeding legt hij al zijn mandaten neer. Dit in schrille tegenstelling tot zijn goede vriend Didier Reynders. De Decker en Reynders zijn zo close dat De Decker de Luikenaar overtuigt om naar Ukkel te verhuizen, om daar tussen zijn rijke vriendjes te gaan wonen in de beroemde wijk Prins van Oranje, de chicste buurt van de hoofdstad.

De familie Bertrand

Alexia Bertrand, vandaag staatssecretaris voor Begroting, staat op twee manieren centraal in het 22ste familiefortuin van België7, dat aandeelhouder is van de beursgenoteerde holding Ackermans & van Haaren (AvH). Haar moeder Fabienne Ackermans (en dus ook zijzelf) is een directe afstammeling van de oprichters Hendrik Ackermans (1855-1945) en Nicolaas van Haaren (1835-1904). En haar vader, Luc Bertrand, is voorzitter van AvH. Tot 2016 was hij ook CEO. Wanneer hij afscheid neemt als CEO, organiseert baron Bertrand een groots feest op de site van Thurn & Taxis, waarop hij zijn vrienden uitnodigt. Enkele van die vrienden zijn Gilles Samyn (de rechterhand van Albert Frère), Gérald Frère (de zoon van Albert Frère) en... Didier Reynders.

De banden tussen de minister en de baas van AvH worden waarschijnlijk verklaard door het feit dat ze allebei goede vrienden zijn van Albert Frère. Frère en Bertrand, respectievelijk uit Charleroi en Antwerpen, zijn inderdaad financiële partners in bepaalde zakendeals. Hun meesterzet is ongetwijfeld het Quick-dossier. De twee kopen de fastfoodketen op en verkopen ze door aan een Frans staatsbedrijf, een deal die aan de basis ligt van een schandaal dat wordt onthuld door de journalisten Robert Denis en Catherine Le Gall. Zij schrijven dat Frère en Bertrand erin slagen het bedrijf te verkopen voor meer dan het dubbele van de aankoopprijs, wat hen een winst van 364 miljoen euro oplevert8. Om de Franse overheidskas te plunderen - wat onmogelijk is zonder politieke medeplichtigen - slaagt het Waals-Vlaamse duo erin hamburgers te verkopen aan de prijs van kaviaar

In 2012 bezorgt Didier de dochter van zijn vriend Luc, Alexia dus, ook een job: ze mag het team van de minister vervoegen en wordt in 2015 zijn kabinetschef. Als medewerkster van een meester in belangenvermenging ziet ze er niets verkeerds in om vanaf 2013 ook in de raad van bestuur van AvH, de holding van haar familie, te zetelen (ze blijft in de RvB tot 2022, wanneer ze staatssecretaris wordt). AvH heeft echter tal van belangen in uiteenlopende sectoren. En omdat Alexia Bertand als kabinetschef van Reynders werkt terwijl die vice-eerste minister is, is ze betrokken bij elke beslissing van de regering. Dat is dus een vrijwel permanent belangenconflict. Zo vraagt het tijdschrift Le Vif-L'Express zich in 2017 af of Didier Reynders zich niet in een problematische situatie kan bevinden tijdens de delicate regeringsonderhandelingen over de ontwikkeling van het windmolenpark in de Noordzee, gezien de belangen van AvH in dat dossier.9

Wanneer er een Belgische commissaris-generaal moet aangesteld worden voor het tweejaarlijkse festival Europalia in Turkije in 2015, nomineert Didier Reynders zijn vriend Luc Bertrand. Hij kiest Bertand ook als lid van het adviescomité dat de initiële lijst met voorstellen over het verlenen van adellijke gunsten opstelt. Bij zijn terugkeer van een missie naar Peru en Colombia aarzelt de minister niet om een lange omweg te maken via de residentie van de Belgische ambassadeur in Panama, waar hij een receptie organiseert voor de twee Belgische bedrijven die werken aan het kanaal: Jan De Nul en Deme, een van de belangrijkste dochterondernemingen van AvH. Het doel: de geschillen die voortvloeien uit hun onderlinge concurrentie gladstrijken. Als gevolg daarvan wordt hij bekritiseerd als "koppelaar van baggeraars".10

In 2017, nauwelijks een jaar na de onthullingen van de Panama Papers, keert Didier Reynders terug naar Panama, dit keer voor een ontmoeting met de vicepresident om "de banden op alle gebieden te verdiepen, met name op het gebied van handel en investeringen", aldus het persbericht van Buitenlandse Zaken. Iets waarover het management van Deme, alsook diens aandeelhouders, de familie Bertrand, zich verheugd tonen. De minister laat ook een fiscale overeenkomst tussen België en de Seychellen, een ander berucht belastingparadijs waar Deme actief is, door het parlement stemmen.

De Chicago school, versie Milton Friedman en versie Al Capone

In 2019 beschuldigt Nicolas Ullens de Schooten, een voormalig agent van de Staatsveiligheid, Didier Reynders en zijn trouwe rechterhand Jean-Claude Fontinoy van het witwassen van geld en corruptie. Het geld zou dit keer niet witgewassen zijn met door kraslotjes van de Nationale Loterij, maar door kunstwerken te verkopen of vastgoedtransacties uit te voeren aan sterk overdreven prijzen. Het onderzoek wordt echter snel geseponeerd en nog datzelfde jaar wordt de minister zonder problemen benoemd tot Europees Commissaris voor Justitie.

Twee jaar later publiceert journalist Philippe Engels 'Le clan Reynders', een boek dat ook ook focust op Reynders en Fontinoy, die worden beschuldigd van belangenvermenging, handel met voorkennis, oneerlijke gunning van overheidsopdrachten... De opeenstapeling van feiten die in het boek worden genoemd is indrukwekkend, en we komen er ook opnieuw de familie Bertrand tegen. Verwijzend naar Fontinoy's voorzitterschap van de NMBS, schrijft de journalist: "Toen in 2012 de dochter van baas Luc Bertrand, Alexia genaamd, Jean-Claude Fontinoy vervoegde in het kabinet van Didier Reynders, toonde de Antwerpse reus dat hij zich niets aantrok van de door de media aangewakkerde vermoedens van vriendjespolitiek. De groep lijkt goed geïnformeerd te worden door Fontinoy, die geregeld uitstapjes maakt naar de havenstad. Op zoek naar een mooie deal. In de stationsbuurt van Ottignies, bijvoorbeeld, hadden Luc Bertrand en de managers van AvH de verdienste het juiste moment af te wachten om discreet te verschijnen.

Wat volgt, laat zich raden. "CEO Luc Bertrand levert een opmerkelijke prestatie: zijn groep wordt gevraagd een grote, onafhankelijke voorstudie over de toekomst van de stationsbuurt van Ottignies te financieren. [...] Vermist de groep AvH het vastgoed en de terreinen in handen heeft, is het die groep die de bouwprojecten toegewezen krijgt." En de vriendendienst wordt beloond: "In 2014 en 2015 sponsorden dochterondernemingen van AvH discreet de vzw 'Les Plus Beaux Villages de Wallonie', waarvan de penningmeester... Fontinoy heet"11

Opnieuw wordt Reynders niet aan de tand gevoeld door het gerecht. Het aantal feiten dat zich gedurende zijn hele loopbaan blijft opstapelen, is echter zodanig groot dat je de liberaal ervan zou kunnen verdenken tegelijkertijd geïnspireerd te zijn door twee bekende scholen uit Chicago: de school van Milton Friedman, de vader van het neoliberalisme, en die van Al Capone, de emblematische gangster uit Chicago.

Variaties op een thema: corruptie

De gevaarlijke relaties tussen het bedrijfsleven en de politiek, die inherent zijn aan het functioneren van het kapitalistische systeem, nemen de vorm aan van verschillende vormen van corruptie12

Wat we "legale corruptie" zullen noemen, is het feit dat een politieke vertegenwoordiger officieel wordt betaald door een kapitalist. Dit is typisch het geval met politici (m/v) die de weg kennen richting de draaideuren en die bijvoorbeeld zitting hebben in de raad van bestuur van grote bedrijven. In dat geval is de riskante praktijk van enveloppes die onder de tafel worden doorgegeven overbodig: een kapitalist kan een publieke madataris legaal en boven tafel betalen om de privébelangen van zijn bedrijf te verdedigen

Maar er bestaat ook een subtiele vorm van beïnvloeding, de zogenoemde ideologische corruptie. In tegenstelling tot pure corruptie hoeft hier niet echt betaald te worden om de gunsten van een publieke mandataris te verkrijgen. Het gaat erom dat de betrokkene het gevoel heeft dat hij of zij zich in de kringen van de economisch dominante klasse mag bewegen en dat het daarom niet onlogisch is om de belangen, collectief of individueel, te dienen van een kaste waarvan hij of zij de waarden en ideologie uiteindelijk eervol deelt. Een techniek die kleine giften niet uitsluit.

Didier Reynders heeft duidelijk de watertjes van de legale en ideologische corruptie doorgezwommen. Het valt nog te bezien hoe het zit met de klassieke corruptie, de envelop onder de tafel, waarbij men dan weer wel zijn toevlucht tot witwassen moet nemen. Een miljoen euro lijkt misschien veel geld, maar het verbleekt bij de honderden miljoenen of zelfs miljarden die gemoeid zijn met transacties zoals de verkoop van Fortis aan BNP Paribas.

Philippe Engels onthult dat hij veel getuigenissen heeft verzameld waaruit blijkt dat Reynders "het salaris van een minister of vice-premier veel te laag vindt in verhouding tot de werklast en verantwoordelijkheden. Hij is altijd jaloers geweest op grote bedrijfsleiders zoals Luc Bertrand, wiens dochter Alexia op zijn kabinet werkte. Hij moet ervan gedroomd hebben om betaald te worden zoals mensen als Albert Frère". En de journalist voegde eraan toe: "Een vooraanstaand persoon in de MR, wiens naam ik niet zal noemen, vertelde me nadat mijn boek was verschenen: "Als je niet wordt aangevallen met je insinuaties over corruptie, dan is dat omdat iedereen bij MR weet dat de waarheid helaas nog erger is."13

De tijd zal uitwijzen of Reynders weer door de mazen van het net zal glippen. Sommige kwade tongen suggereren dat als hij wordt aangeklaagd, hij een rechtszaak zou kunnen vermijden door zijn toevlucht te nemen tot de beroemde minnelijke schikking waarvan hij een van de bedenkers is...

 

1Zie https://derijkstebelgen.be/vermogende/familie-collinet

2Zie https://derijkstebelgen.be/vermogende/albert-frere en https://derijkstebelgen.be/vermogende/segolene-frere-gallienne

3Geciteerd in Vincent Delcorps, Anne-Sophie Gijs, Vincent Dujardin, Paroles de patrons - Que sont devenus nos fleurons nationaux ?, Brussel, Éditions Racine, 2017, p. 338.

4L'Écho, 16 januari 2010.

5Le Monde, 11 maart 2009.

6Le Vif-L'Express, 18 november 2016

7Zie https://lesgrandesfortunes.be/fortunes/ackermans-van-haaren

8Zie Robert Denis en Catherine Le Gall, Les prédateurs - Des milliardaires contre les Etats, Éditions Cherche Midi, 2018.

9Le Vif-L'Express, 11 mei 2017.

10L'Écho, 5 september 2015.

11Philippe Engels, Le clan Reynders, Éditions Kennes, 2021, pp 87-88.

12Zie: Marco Van Hees, Le guide du richard - Voyage au cœur du capitalisme belge, Éditions Couleur livres, 2024.

13Interview met Sud-Presse kranten, 6 december 2024.