De Rode Baron is vertrokken maar laat zijn sporen na
Wat zit er achter de privatisering van onze openbare diensten? Wat is de ware aard van Europa, wat de rol van de media? Wat zijn de risico's van de privatisering van het onderwijs, oorlogen op basis van leugens, ... ? Journalist en activist Gérard de Sélys behandelde een uitgebreid aantal onderwerpen die essentieel zijn om de wereld te begrijpen zoals hij is. Naar aanleiding van zijn overlijden op vrijdag 3 januari blikken we terug op zijn leven, waarin solidariteit tot de laatste dag het kompas was.
Gérard de Sélys kwam uit een aristocratische familie. Hij kon daar goed mee lachen, zeker als militant van de PVDA die bezig was een nieuwe wereld te bouwen waarin de privileges van enkelen ten koste van de meerderheid zouden verdwijnen. Hij accepteerde ook – in het begin niet zonder aarzeling – de bijnaam “Rode Baron”.
Gérard werd geboren op 29 maart 1944. Zijn professioneel leven begon enkele duizenden kilometers van zijn geboorteplaats Brussel in Phnom-Penh, Cambodja. Hij werkte in een lokaal ziekenhuis waar hij een reddingsnetwerk uitbouwde voor Vietnamese burgers die de vreselijke oorlog - Made in USA - ontvluchtten. Een jaar lang werd hij elke dag geconfronteerd met het imperialisme.
Na zijn terugkeer naar België werkte hij eerst als freelance journalist om in 1973 te beginnen bij wat toen de RTBF heette. Daar bouwde hij de volgende 30 jaar een gevarieerde carrière uit op radio, televisie en het internet.
Hij maakte radio- en televisiereportages, presenteerde het TV-journaal, maakte TV-documentaires en was verantwoordelijk voor de maatschappelijke rubriek van de website. En dat waren enkel de activiteiten in de schaduw van de Reyerstoren op het hoofdkwartier van de RTBF.
Medialeugens en fietstoerisme
Intussen publiceerde hij ook boeken. “Europa zoals het is”, “De medialeugen”, “Dossier privatiseringen. De kraak van de eeuw”, “Zwart bord, de privatisering van het onderwijs”, het zijn enkele van de publicaties waarmee hij zowel binnen als buiten onze grenzen bekendheid verwierf. Tijdens zijn RTBF-periode, die eindigde in 2004, werkte hij ook samen met het Franse maandblad Le Monde Diplomatique en publiceerde hij een gids over fietstoerisme in België. Hij was voorzitter van Infor-Jeunes en nog veel meer.
Daarna organiseerde hij workshops om het schrijven voor iedereen toegankelijk te maken. Hij was wetenschappelijk adviseur voor een universiteit en richtte een stichting op voor de bevordering van de toegang tot cultuur (Lire le Monde).
Kortom, zowel zijn professionele leven als zijn dagen als pensioneerde waren goed gevuld. Maar dat is niet alles. Hij was ook betrokken bij tal van organisaties en bij de PVDA. Een officieel journalist die het zelfs tot anker van het TV-journaal bracht en tegelijk lid is van een authentiek linkse partij? Dat was logisch voor Gérard. Terwijl je in al te veel opleidingen tot journalist leert dat je boven politieke meningen moet staan en neutraal moet blijven, vond Gérard, zoals veel linkse mensen, dat dit een pose is en een vorm van bedrog. Hij hield niet van journalisten die onder het mom van neutraliteit enkel het dominante discours van de machtigen herhalen. In het boek “De medialeugen”, dat hij samen met een aantal collega's schreef en waarvan hij de coördinatie deed, schreef hij: "De journalist staat in feite in dienst van de eigenaars van de media en verdedigt de 'vrijheid om te ondernemen', wat neerkomt op de vrijheid om mensen uit te buiten.” Gérard sprak over een opgedrongen rol, "wetende dat nogal wat journalisten proberen hun beroep uit te oefenen in een kritische en toegewijde geest."
Trots op zijn overtuiging
Hij maakte er geen geheim van dat hij streed voor een betere wereld, vrij van kapitalisme. Hij was klaar en duidelijk daarover en dat leverde hem in bepaalde kringen agressieve reacties op, maar ook de sympathie van de arbeidersklasse en authentiek links. Het volstaat zijn boeken te herlezen om dat te begrijpen: "Het zijn niet de wind of de zee of andere natuurelementen maar de rijken die armoede en werkloosheid veroorzaken. Niets en niemand anders. Ze proberen onze aandacht af te leiden door te spreken over 'fenomenen', zoals zakkenrollers de aandacht van hun slachtoffers afleiden.” ('Zwart bord, 1998).
Hij was een van de eersten om in begrijpelijke taal uit te leggen wat er achter de Europese instellingen schuilgaat. Hij legde uit wat de rol is van de Europese werkgevers die zich organiseren in de ERT, een rondetafel van industriëlen van wie de Europese Commissie haar orders krijgt bij de oprichting van de voorloper van de Europese Unie. Die werd voorgesteld als een kans voor werknemers, terwijl precies het tegenovergestelde waar is. Hij legde dat waarschijnlijk voor het eerst in België op een duidelijke manier uit: "Elke diepgaande analyse of kritiek zou onvermijdelijk leiden tot de conclusie dat de Europese instellingen niet werken volgens algemeen aanvaarde normen van democratie maar integendeel volgens algemeen aanvaarde normen van dictatuur. Het is een oligarchische dictatuur van de rijken en de multinationals. (“Europa zoals het is”, 1993).
Gezonde woede
De decennia die hij militeerde voor de PVDA hebben verschillende generaties beïnvloed. Eerst in Brussel, daarna in Namen, eind jaren 1990. Provinciaal voorzitter Thierry Warmoes herinnert zich nog goed zijn aankomst in de lokale partijafdeling in Namen: "Gérard had overal een mening over. Gelukkig voor ons heeft hij altijd zijn onafhankelijkheid van geest behouden. Een ontmoeting met hem was daarom altijd geanimeerd. Tot grote vreugde van de aanwezige kameraden die daaruit altijd iets leerden. Gérard was een levende encyclopedie.”
Zijn activiteiten bij de PVDA bleven niet beperkt tot deelname aan vergaderingen. "In die jaren was Gérard aanwezig bij alle gevechten. Ook op lokaal niveau in Namen, waar zijn hulp van onschatbare waarde was bij het analyseren van het gemeentelijk beleid en de begrotingen. In 2000 zette de PVDA haar eerste stappen in de gemeentelijke politiek van Namen. Gérard was lid van de enige basisgroep in die tijd. Zo legden we zelf oversteekplaatsen voor voetgangers aan om aan te klagen dat er te weinig waren. De creativiteit van Gérard was grenzeloos. Zijn schrijverstalent maakte hem zowel auteur als bewaker van de kwaliteit van onze folders en artikels."
Hij kon boos worden over onrecht maar hij kon ook afstand nemen als dat nodig was. Op de avond van de historische doorbraak van de PVDA in de parlementen in mei 2014 schrijft Gérard: "Tienduizenden kiezers hebben ons een missie toevertrouwd. De taak die een aanvang neemt zal zwaar zijn. Het is geen overwinning maar een podium. Miljoenen mensen in heel Europa zullen zien hoe een kleine communistische partij het verschil kan maken. Het is een klein sprankeltje hoop waarmee we, stap voor stap, een nieuw antwoord geven aan de verschrikking die ons omringt. Of we worden verscheurd en verpletterd door de krachten die nog steeds het vermogen bezitten om ons te beschadigen. Voor het eerst zullen revolutionaire stemmen worden gehoord in het parlement. Voor het eerst sedert lang zal niet enkel extreemrechts van zich laten horen en angst zaaien om de grondslagen van solidariteit te ondermijnen en te vernietigen. Er komen nu andere stemmen die onvermoeibaar de mens verdedigen en het vertrouwen herstellen bij degenen die een andere wereld willen. Het zal een werk zijn van dag tot dag dat moed, verbeeldingskracht en vastberadenheid eist. De dag van de overwinning zal er pas komen na lange tijd, na een lange weg die misschien vandaag begint."
Gérard heeft ons verlaten op vrijdag 3 januari 2020, op 75-jarige leeftijd. Hij laat vier kinderen en zeven kleinkinderen achter. Een nieuwe generatie die hij koesterde. Zij zal deze lange weg afleggen.