De PVDA vraagt Rekenhof hiaten in effectentaks in kaart te brengen
Deze namiddag zal Peter Mertens, voorzitter van de PVDA, voorstellen in de commissie Financiën van de Kamer om de economen Thomas Piketty en Paul De Grauwe uit te nodigen. Die commissie bespreekt straks het wetsontwerp tot invoering van een jaarlijkse effectentaks. De PVDA zal ook het Rekenhof vragen om de hiaten van deze taks in kaart te brengen.
De effectentaks van de Vivaldi-regering is geen taks op de grootste vermogens. De regering schrapte zelf, na het advies van de Raad van State, in de toelichting van het wetsontwerp de zinnen waarin stond dat de taks bedoeld was voor degenen met de grootste draagkracht.
De twijfelachtige keuze van de regering om zich alleen te richten op effectenrekeningen heeft veel ongewenste effecten, grote hiaten, waardoor de taks opnieuw door het Grondwettelijk Hof dreigt te worden vernietigd. Het voorstel dat voorligt lijkt eerder op een "effectloze taks".
Dit heeft gevolgen die in directe tegenspraak zijn met de doelstelling van de regeringsverklaring. Daarin staat dat "een billijke bijdrage zal worden gevraagd van de personen met de grootste draagkracht". Dat blijkt niet het geval:
- Een groot deel van het patrimonium van de allerrijksten ontsnapt aan de taks: de onroerende goederen, niet-financiële roerende goederen (jachten, privé-jets, juwelen, antiek, meesterwerken, enz.) en vooral de financiële activa die niet via effectenrekeningen worden aangehouden. Het probleem stelt zich vooral voor aandelen op naam, die niet onder de taks vallen, ook al zijn ze het favoriete instrument van de rijksten onder de rijken. Daardoor zullen de superrijken "de effectentaks niet betalen", zoals professor Paul De Grauwe (London School of Economics) onlangs in herinnering bracht.
- Omgekeerd zal de effectentaks kleine spaarders met minder dan een miljoen euro vermogen treffen. Dit is het geval voor de medehouders van een effectenrekening die in totaal meer dan een miljoen euro bedraagt, maar waarvan het aandeel van elk onder die drempel liggen. Denk aan de kleine spaarders die in financiële producten van tak 23 beleggen.
De PVDA vraagt het Rekenhof deze twee grote hiaten te meten voordat over het wetsontwerp wordt gestemd. Wij vragen het Rekenhof de volgende vragen te beantwoorden:
- Hoeveel niet-miljonair spaarders zullen worden getroffen door de effectentaks? En voor welk totaalbedrag?
- In de verdeling van het vermogen, binnen het 10de deciel van de bevolking, welke percentielen en tienden van een percentiel zouden voornamelijk worden getroffen door de taks en welke niet. En voor welk bedrag?
- Hoeveel bedraagt het vermogen van de rijkste 1 % van de bevolking en hoeveel van dat vermogen zou door de taks worden aangesproken?
- De 500 grootste fortuinen in België hebben een gigantisch vermogen van tussen de 100 en 200 miljard euro. Welk deel van dit vermogen zou aan de taks worden onderworpen?
De PVDA vraagt ook een hoorzitting met de economen Paul De Grauwe en Thomas Piketty. De eerste, hoogleraar aan de London School of Economics, formuleerde een sterk geargumenteerde kritiek op de effectentaks. De tweede, met een onbetwiste internationale reputatie, heeft in principe al ingestemd om via een videoconferentie voor de commissie Financiën te verschijnen en er te analyseren hoe men de grote vermogens het beste belast. Wij willen ook juristen kunnen horen over het risico dat het wetsontwerp van de regering zou vernietigd worden door het Grondwettelijk Hof, net zoals dat het geval was voor de effectentaks van de regering Michel.