Asiel en migratiebeleid Arizona: een plan van afschrikking en sociale uitsluiting
Terwijl Arizona spreekt over minder vluchtelingen, wordt er olie op het vuur gegooid. Welke strategie schuilt er achter dit beleid en wat betekent het voor de toekomst van sociale rechten in ons land? Een analyse.
Over asiel en migratie staat niets in de zogenaamde “supernota” van formateur Bart De Wever. De onderhandelingen hierover vinden plaats in een aparte werkgroep onder leiding van Theo Francken (N-VA). Wat daar wordt besproken, lekt slechts mondjesmaat naar de pers. Wel kon de pers reeds in augustus de budgettaire tabel van De Wever inkijken, waaruit blijkt dat er op de onderhandelingstafel van Arizona plannen liggen die opgeteld 1,58 miljard euro moeten opleveren:
Beleidsdomein | Maatregel | Opbrengst (€) |
Sociale rechten | Wachttijd van 5 jaar voor sociale uitkeringen | 662 miljoen |
Leefloon vervangen door ‘integratiesteun’ | 300 miljoen | |
Subtotaal: 962 miljoen | ||
Asiel | Beperken aantal opvangplaatsen tot Europese referentie | 469 miljoen |
Terugkeerbeleid | Efficiënter terugkeerbeleid | 150 miljoen |
Totaal: 1581 miljoen |
Olie op het vuur
“Over migratie hebben alle partijen van Arizona hetzelfde doel” zegt huidig staatssecretaris voor Asiel en Migratie Nicole De Moor, die voor haar partij CD&V deelneemt aan de onderhandelingen over dit thema. Dat doel is kennelijk dat er minder migratie moet zijn. Of beter gezegd: minder vluchtelingen. Aan selectieve economische migratie, om bedrijven in ons land van goedkope of specifiek geschoolde arbeid te voorzien, willen deze partijen niet tornen. Je zou dus mogen verwachten dat de onderhandelaars dan ook de vraag stellen waar vluchtelingen vandaan komen en hoe België kan bijdragen tot het aanpakken van de oorzaken van gedwongen migratie. Maar dat doen ze niet. Integendeel zelfs.
In de eerste “supernota” van Bart De Wever is een halvering voorzien van het federale budget voor ontwikkelingssamenwerking. Tegelijk wil de N-VA-voorzitter een jaarlijkse verhoging van de militaire uitgaven met 1,8 miljard euro, plus een eenmalige aankoop van oorlogstuig voor maar liefst 5 miljard euro. Geen geld voor ontwikkeling, wel voor wapens. In een open brief reageren de directeurs van 11.11.11 en andere ngo’s: “Als je echt wilt dat veiligheid en welzijn voor iedereen gerealiseerd worden, dan moet je ook durven te investeren in het aanpakken van de oorzaken van menselijke en economische onveiligheid. Dat doe je door te investeren in diplomatie en ontwikkelingssamenwerking. Met louter investeringen in defensie garandeer je geen duurzame veiligheid. Dat is een measure of last resort, we moeten net investeren in partnerschappen via diplomatie en ontwikkelingssamenwerking om oorlog en de inzet van defensie te vermijden.”
Door de barbaarse oorlog van Israël maken op dit moment Palestijnen de grootste groep asielzoekers uit in België. Intussen zijn ook de eerste Libanezen op weg naar Europa, ook op de vlucht voor Israëlische bommen. Hierover reppen de onderhandelaars echter met geen woord. Bart De Wever noemt Israël “de kant van het licht”. George-Louis Bouchez (MR) omschreef de Israëlische terroristische aanslag met gesaboteerde beepers in Libanon als “geniaal”. Op de Israëlische televisie noemde Francken het “schandalig” dat premier De Croo de Israëlische oorlogsmisdaden durfde vermelden bij een bezoek aan het land. Dit zijn maar enkele voorbeelden van hoe pro-Israël de hoofdonderhandelaars van Arizona over het thema asiel en migratie zijn.
Het doel is dus minder vluchtelingen, maar tegelijk gooit men olie op het vuur, zoals dat vroeger ook gebeurde met de steun aan de VS- en NAVO-oorlogen in Libïe en Afghanistan. Dat is geen ernstig uitgangspunt. Het is waar dat België in zijn eentje niet alle problemen in de wereld kan oplossen. Maar ontwikkelingswerk draagt wel degelijk bij tot de onderwijskansen en de gezondheidszorg in de ons omliggende continenten. En Israël kan zijn oorlogen niet volhouden zonder militaire, financiële en economische steun van het westen.
In de eerste āsupernotaā van Bart De Wever is een halvering voorzien van het federale budget voor ontwikkelingssamenwerking. Tegelijk wil de N-VA-voorzitter een jaarlijkse verhoging van de militaire uitgaven. Geen geld voor ontwikkeling, wel voor wapens.
Gevangenisboot
Hoe wil Arizona dan wel aan minder vluchtelingen geraken? In de eerste plaats door de theorie van het “afschrikeffect” toe te passen. Door asielzoekers zo slecht mogelijk te behandelen, hoopt men dat in de landen van oorsprong het nieuws doordringt dat België geen wenselijke bestemming is. Daarvoor zoekt men de limieten op van het nieuwe Europese migratiepact. België zou echter niet het enige land zijn dat deze bedenkelijke tactiek toepast. Hongarije, Italië, Denemarken, Nederland en Polen gingen ons al voor. In onder meer Frankrijk en Duitsland gaan gelijkaardige stemmen op. Op termijn zal deze cynische competitie er alleen voor zorgen dat de rechten van vluchtelingen overal in Europa met de voeten worden getreden.
In de begrotingstabel van De Wever staat de doelstelling om 469 miljoen te besparen door het aantal opvangplaatsen naar beneden te halen. Juridisch gezien kan dat niet: volgens het internationaal recht is elk land verplicht om bed, bad en brood te geven aan alle asielzoekers op het territorium, zolang de asielprocedure loopt. Maar Arizona kan terugvallen op een precedent van Vivaldi. Staatssecretaris De Moor vaardigde in augustus 2023 een besluit uit dat alleenstaande mannen tijdelijk geen opvang meer konden krijgen. Dat besluit was illegaal en bovendien het gevolg van een zelf veroorzaakt gebrek aan opvangplaatsen. De federale regering werd meer dan 7.000 keer veroordeeld door Belgische rechters en nog eens ruim 1.000 keer door het Europees Hof voor de Rechten van de Mens, maar staatssecretaris De Moor legde al deze veroordelingen gewoon naast zich neer. Waarom zou de volgende regering dan geen stapje verder gaan en doelbewust duizenden asielzoekers op straat laten slapen?
Nog eens 150 miljoen zouden De Wever en de regering Arizona willen besparen met een “efficiënter terugkeerbeleid”. Die doelstelling is twijfelachtig, aangezien het uitwijzingsbeleid vooral veel geld kost: de gesloten centra alleen al kosten ruim 70 miljoen euro per jaar. Het aantal gesloten centra verhogen, zoals MR voorstelt, of de detentietermijn in gesloten centra optrekken naar 18 maanden, zoals N-VA vraagt, zal de kosten alleen maar doen toenemen. Ook het opdrijven van politiecontroles om mensen zonder papieren op te sporen, vergt extra middelen en brengt niets op, aangezien het overgrote deel van deze mensen werkt, een woning huurt, taksen betaalt en bijdraagt aan de economie. Toch wil Arizona kunnen uitpakken met meer deportaties. Daarvoor komen maatregelen in het vizier die fundamentele democratische rechten met de voeten treden: opsluiting van minderjarigen in gesloten centra, woonstbetreding door de politie zonder gerechtelijk bevel en zelfs een gevangenisboot om ongedocumenteerde veroordeelden in op te sluiten.
Het Deens model: niet meer tewerkstelling, wel meer armoede
De maatregel waar De Wever en co het meest van verwachten, is de invoering van een apart sociaal statuut voor nieuwkomers. Bijna 1 miljard euro wil men besparen door nieuwkomers vijf jaar lang uit te sluiten van sociale uitkeringen en hun leefloon te vervangen door een voorwaardelijke “integratie-uitkering” (die wellicht ook lager zou liggen, aangezien het voor een besparing van 300 miljoen moet zorgen). Deze voorstellen zijn gekopieerd van Denemarken, waar het leefloon in 2002 (en na een korte onderbreking opnieuw in 2015) werd vervangen door zo’n integratie-uitkering. Ook het kindergeld is in Denemarken lager voor migranten. Het zogenaamde Deense model kwam tijdens de kiescampagne geregeld ter sprake bij N-VA, MR en zelfs Vooruit. Het is die laatste partij die in haar programma het voorstel had staan van een integratie-uitkering gekoppeld aan voorwaarden zoals Nederlands leren en werk zoeken, net zoals in Denemarken.
Maar wat is dat Deens model? Denemarken is als enige EU-lidstaat niet gebonden aan de Europese regelgeving rond asiel en migratie. Opeenvolgende Deense regeringen hebben daarvan gebruik gemaakt om steeds meer toegevingen te doen aan de druk van de extreemrechtse Deense Volkspartij. Behalve een korte periode van gedoogsteun heeft die partij echter nooit bestuurd in Denemarken en zijn het conservatieve, liberale en uiteindelijk sociaaldemocratische partijen die het extreemrechtse programma hebben uitgevoerd. De Deense Volkspartij omschrijft het doel van haar migratievoorstellen als volgt: “Een: we willen het onaantrekkelijk maken om naar hier te komen. Twee: we willen hen in een situatie brengen waarin het in hun eigen belang is om zo snel mogelijk zelfvoorzienend te worden.”
Arizona wil kunnen uitpakken met meer deportaties. Daarvoor komen maatregelen in het vizier die fundamentele democratische rechten met de voeten treden.
Het aparte sociale statuut voor vreemdelingen is de kern van het Deense migratiebeleid. Aanvankelijk werd het lagere leefloon “integratie-uitkering” genoemd en dus expliciet gekoppeld aan de verwachting dat vluchtelingen dankzij de maatregel sneller zouden integreren en zelfvoorzienend zijn. Om permanent verblijf te krijgen, moesten nieuwkomers ook een minimale periode gewerkt hebben en examens over de Deense taal, cultuur en geschiedenis afleggen. Met het aantreden van de huidige sociaaldemocratische regering in 2019 brak echter een nieuwe fase aan. Het nieuwe paradigma luidt dat vluchtelingen zich sowieso niet blijvend in Denemarken mogen vestigen en dus niet eens hoeven te integreren. Voortaan maken ze zo goed als geen kans meer op een permanente verblijfsstatus en is het statuut van beschermd vluchteling dus per definitie tijdelijk (een unicum in Europa). Het is nu al terugkeer wat de klok slaat. Het verlaagde leefloon kreeg ook een veelzeggende nieuwe naam: “terugkeer-uitkering”.
Dat een lager sociaal statuut en sanctionerend integratiebeleid zouden helpen om nieuwkomers sneller te doen integreren, is in Denemarken dan ook een mythe gebleken. Uit studies blijkt dat er in de eerste jaren effectief sprake was van een versnelde toegang tot de arbeidsmarkt (althans voor mannen), maar na enkele jaren was dat effect al volledig verdwenen. Wat wel een blijvend effect is gebleken, is dat veel meer vluchtelingen onder de armoedegrens zijn beland: van bijna nul voor de verlaging van het leefloon tot ongeveer de helft.. De stijging vond vooral plaats bij vrouwen. En op lange termijn blijken de gevolgen vooral voor de kinderen nefast: kinderen van de migranten met een lager leefloon doen het opmerkelijk slechter op school; eenmaal volwassen kennen ze ook een lagere tewerkstellingsgraad en een verhoogde kans om in de criminaliteit te belanden.
Misschien is de reden dat het accent sinds 2019 is verschoven van integratie naar terugkeer wel simpelweg dat het Deense beleid contraproductief heeft gewerkt voor de integratie van vluchtelingen. De integratie in de arbeidsmarkt verloopt slechter in Denemarken dan in buurlanden Noorwegen en Zweden, waar de regels minder streng zijn en de overheid net investeert in bijscholing en aanvullend onderwijs om nieuwkomers op weg te helpen. En ook de kennis van de Deense taal van nieuwe Denen is niet verbeterd: de strenge regels zorgen er net voor dat veel vluchtelingen het opgeven om aan de voorwaarden voor permanent verblijf te voldoen. Partijen in België die zich spiegelen aan het Deense model, bereiden dus hun eigen falen voor.
Onpopulaire maatregelen doorvoeren tegen migranten kan een manier zijn om het taboe erop te doorbreken en ze geleidelijk uit te breiden naar andere groepen in de samenleving.
Migratie binnen het grotere plaatje van Arizona
De voorstellen rond asiel en migratie kunnen niet los gezien worden van de andere maatregelen in de supernota. Arizona bereidt een grote aanval voor op de lonen, pensioenen en arbeidsvoorwaarden van alle werkende mensen in dit land. Maar tegelijk zet ze maatregelen in de verf die specifieke groepen nog harder viseren, zoals langdurig zieken, werkzoekenden en migranten. Voor N-VA is dat een manier om de mensen tegen elkaar op te zetten en zo het verzet tegen Arizona te verzwakken.
Bovendien kan de regering migranten als proefkonijn gebruiken voor de afbraak van sociale en democratische rechten. Enerzijds doordat zij als nieuwkomers vaak minder mondig zijn, hun rechten minder kennen en geïsoleerd leven. Anderzijds doordat jarenlange xenofobe en racistische propaganda, ook vanuit N-VA kopstukken als Theo Francken, de solidariteit van de rest van de maatschappij met deze groep verzwakken. Onpopulaire maatregelen als eerste doorvoeren tegen migranten kan een manier zijn om het taboe erop te doorbreken en later de maatregelen geleidelijk uit te breiden naar andere groepen in de samenleving.
Voorbeelden zijn de woonstbetredingen zonder gerechtelijk bevel, het recht op sociale bijstand voorwaardelijk maken of het dreigement om lokale besturen “onder federaal toezicht te plaatsen” als ze het nieuwe gespierde terugkeerbeleid niet toepassen. Het is allesbehalve ondenkbaar dat de rechtse partijen in Arizona deze precedenten in de toekomst zouden aangrijpen om bijvoorbeeld politiecontroles uit te voeren bij vakbonden en politieke tegenstanders, of om de toegang tot het leefloon voor iedereen voorwaardelijk te maken. Dat is precies de reden waarom mensenrechtenverdragen zoals de Conventie van Genève duidelijk stellen dat erkende vluchtelingen dezelfde rechten en plichten moeten hebben als staatsburgers. Het alternatief is een land met A- en B-burgers, hetgeen in het verleden al heeft geleid tot een neerwaartse spiraal waarbij uiteindelijk alle mensenrechten op losse schroeven stonden.