Ambitieus plan voor betaalbaar wonen? Daarvoor moet je bij de PVDA zijn
De PVDA stelt vandaag in Antwerpen haar plan voor betaalbaar wonen voor. Dat is een deel van haar stadsprogramma voor de gemeenteraadsverkiezingen.
In de inleiding van het stadsprogramma schrijft lijsttrekker Peter Mertens het al: “Wij kiezen partij voor een stad die niet palavert over betaalbaar wonen, maar er ook echt een punt van maakt. De opwaardeerders van het Schoon Verdiep hebben een heilige schrik om in te grijpen op de privé. Ze durven de waanzinnige prijzen niet blokkeren. Nieuwe woningen kosten vaak 300.000, 400.000 euro of meer. Veel te duur. Zo wordt wonen in die buurten voor heel wat mensen onbetaalbaar.”
In 2012 voerde de PVDA campagne dat de wooncrisis moest aangepakt worden. Toen werden we door bijna iedereen weg gelachen. Vandaag zijn er nog weinigen die durven ontkennen dat er een probleem is.
Het moet en kan anders. De stad moet de sleutels terug in eigen handen nemen.
Dromen van wonen
Op de A Gedachtavonden in 13 wijken waar de PVDA haar programma voorstelde, kreeg Nadine Peeters, woonexpert van de PVDA, de opmerking van een jonge, werkende mama dat “je in Antwerpen niet meer kan dromen van wonen.”
“Dat willen wij anders”, zegt Peeters. “Alle mensen, jong en oud, van alle kleuren en gezindten, moeten kunnen dromen van een goede, betaalbare en fijne woning in onze stad.”
De PVDA heeft dan ook een ambitieus plan voor betaalbaar wonen in Antwerpen uitgewerkt. Een plan dat wil ingrijpen op de verschillende delen van de woonmarkt.
De visie op sociale huisvesting omkeren
“In een niet zo ver verleden kenden we een publieke huisvesting voor werkende mensen,” zegt Peeters. “De afgelopen jaren is er vooral ingezet om die visie te veranderen in het beeld dat sociale woningen tijdelijke oplossingen zijn voor sukkelaars. Wij willen dat omkeren. Een veel groter aanbod sociale woningen is de eerste en enige grondige oplossing voor de wooncrisis.”
Leen Swinnen, zelf sociale huurster en lid van de PVDA-werkgroep Wonen vult aan: “Wij kiezen duidelijk voor een groei van sociale huisvesting, om te beginnen naar 9% per district. Dat is een stijging van 5.200 wooneenheden en dan komen we op 12,6% sociale woningen in de stad. Een flinke vooruitgang ten aanzien van de bouw van 278 wooneenheden in 2017 onder deze legislatuur. Daarnaast willen wij versnelde renovaties van de woningen die nu leeg staan. En uiteraard, het moet gedaan zijn met zich te verschuilen achter allerlei drogredenen: in nieuwbouwprojecten kiezen we heel duidelijk voor een derde sociale woningen.”
Stedelijke wooncoöperatie voor betaalbaar en innovatief wonen
“De PVDA wil de inhaalbeweging in sociale huisvesting aanvullen met een extra aanbod betaalbare woningen. Die kunnen gerealiseerd worden door de Stedelijke Wooncoöperatie. We willen zelf het heft in handen nemen. We willen niet dat gronden verkocht worden, om dan nadien te onderhandelen met de projectontwikkelaars of ze toch niet een school of sociale woningen willen voorzien.
We houden publieke gronden in eigen handen en geven die via de wooncoöperatie in erfpacht.
Deze wooncoöperatie is een zeer democratische dienst, samengesteld uit gemeenteraad, bewoners van de coöperatie en het middenveld. Met open en transparante besluitvorming die voor iedereen toegankelijk is. Gedaan met schimmige deals,” legt Nadine Peeters uit.
Deze wooncoöperatie kan zelf bouwen en verbouwen, leegstaande en onbewoonbare woningen opknappen en/of in beheer nemen en kan innovatieve projecten uitwerken.
Weense inspiratie
In Wenen deden Peeters en Swinnen inspiratie voor ‘SMART-woningen’. Een enthousiaste Leen Swinnen vertelt “modulaire woningen tussen 40 à 100 m2 voor die doelgroepen die nu het meest in de penarie zitten op de huurmarkt in Antwerpen: eenoudergezinnen, senioren en alleenstaanden. Modulair wil zeggen dat de oppervlakte kan wijzigen naargelang de gezinssituatie. Met genoeg voorzieningen in de directe woonomgeving. Kortom, ons R4’tje voor de woningmarkt.”
Peeters vult aan: “Met een veel groter aanbod sociale woningen, nemen we de druk op de private huurmarkt al een deel weg. Door zelf bij te bouwen en aan écht betaalbare prijzen te werken, ook. Maar ondertussen huurt meer dan de helft van de Antwerpenaars. Negen op tien van hen huurt op de private huurmarkt. En vandaag is dat een Far West, zelfs zonder sheriff. Ook hier willen wij dat de stad dit in handen neemt. Elke woning die verhuurd wordt, zou een woonkwaliteitslabel moeten hebben. Net zoals een auto de baan niet op mag zonder keuring, mag een woning de huurmarkt niet op zonder attest. De stad kan dit niet verplichten, maar kan inzetten op systematische controles. Via een website van de stad kan ze de huurpanden met een label duiden. Daarnaast kan de stad duiding geven over richthuurprijzen op basis van objectieve criteria.”