Drie keer gebuisd: op lonen, minimumlonen en eindeloopbaan
Nadat de Vivaldi-regering het loondebat naar zich toetrok, stelde ze op donderdag 6 mei een “loonakkoord” voor. Maar wat heeft dit voorstel te bieden aan de werknemers, die met drie actiedagen lieten voelen dat ze échte vooruitgang willen zien?
Tijdens de zware coronacrisis hield een moedige werkende klasse het land recht, na tien jaar stilstand in de loonontwikkelingen en jaren van almaar langer werken. Veel mensen werkten door, zodat heel wat bedrijven toch nog fenomenale winsten behalen en miljarden dividend aan aandeelhouders kunnen uitkeren.
Nadat ze dit allemaal op een rijtje hadden gezet, stelden de vakbonden drie nuchtere eisen. Ten eerste: hogere brutolonen, boven de schamele 0,4% die volgt uit de wet van 1996, met een indicatieve loonnorm in plaats van een plafond. Ten tweede: hogere minimumlonen, omdat die al twaalf jaar ter plaatse trappelen. Ten derde: geen verdere verhoging van de leeftijd voor eindeloopbaan. Het is voor oudere werknemers al zwaar genoeg. Het voorstel dat de regering donderdag op tafel legde, haalt een dikke buis op elk van deze drie punten.
Lonen: 0,4% kruimels en een onzekere consumptiecheque voor enkelen
De loonnorm, de maximum loonsverhoging voor de volgende twee jaar, blijft op 0,4% steken. Omdat die berekend wordt op basis van een wet die vol sjoemelsoftware zit, hadden de vakbonden reparaties verwacht. Niet dus. De regering blijft de lonen blokkeren en laat geen vrije loononderhandelingen toe. Winsten, dividenden en bonussen voor CEO’s blijven wel vrij.
Sterker nog, de regering legt nu ook een premieplafond op in de bedrijven. Niet bepaald een feestelijke primeur. Het voorstel is een premie van maximaal 500 euro. Dat bedrag is trouwens geen premie, maar eigenlijk een consumptiecheque, waarmee je in een beperkt aantal winkels gedurende een beperkte periode dingen kan kopen. De consumptiecheques tellen ook niet mee voor je pensioen, vakantiegeld, ziekte of werkloosheid. Het is een losse flodder die je eenmalig kan krijgen en dan weer weg is. Unizo liet trouwens al verstaan dat 9 op de 10 bedrijven geen consumptiecheques zullen geven. Er is dan ook geen enkele verplichting. De bedrijven mogen maximum 0,4% loonopslag geven maar zijn niets verplicht, ze mogen maximum 500 euro consumptiecheques geven maar zijn niets verplicht. Mooi voorstel.
Het enige wat de regering doet, is plafonds opleggen. De rest laat ze over aan de sociale partners. Die mogen binnenkort alleen nog onderhandelen over kruimels op bedrijfsniveau, daar waar er sterke delegaties zijn. De sectoren waar de vakbonden slagkracht hebben en onderhandelen voor alle werknemers van grote en kleine bedrijven, staan schaakmat. Een buis voor Vivaldi.
Hogere minimumlonen: niet voor nu
Een verhoging van de minimumlonen ziet de regering dit jaar niet mogelijk. Volgend jaar ook niet en het jaar daarna ook niet. Wat stelt de regering voor: een convergentietraject over meerdere IPA’s, te starten na de covidcrisis. Aan welke tijdslijn mogen we ons dan verwachten? Die aap kwam even later uit de mouw. Een mogelijke eerste verhoging van de minimumlonen zou er kunnen komen over 3 jaar, maar dan wel in ministapjes, zodat de vakbondseisen benaderd worden tegen…2033. Als klap op de vuurpijl wil de regering die verhoging dan ook nog eens gepaard laten gaan met “fiscale en parafiscale maatregelen’”. Codetaal voor subsidies aan het patronaat. De werkende klasse zal de verhoging van de minimumlonen dus grotendeels zelf moeten betalen. Een tweede buis voor Vivaldi.
Betere eindeloopbaan: geen woord
Ook op dat vlak geen vooruitgang. Integendeel. De vakbonden eisten een betere brugpensioenleeftijd voor zware beroepen en bedrijven in herstructurering. Daarover lees je geen woord in het regeringsvoorstel. De leeftijden voor brugpensioen zouden dus op standaard 62 jaar en voor bepaalde uitzonderingen op 60 jaar uitkomen.
De regering vermeldt alleen in vage termen dat ze het einde van de loopbaan werkbaar wil maken via de regeling van de landingsbanen. Halftijds of vier vijfde werken vanaf 55 jaar met een bijpassing van de RVA was tot vorig jaar nog mogelijk, sinds 1 januari niet meer. Mogelijk wordt dat systeem verlengd maar zeker is het niet. Wat wel klaar en duidelijk is: de regering wil het aantal overuren dat gepresteerd kan worden in de periode 2021-2022 uitbreiden. Werkbaar werk kan niet, overuren wel. Opnieuw een buis voor Vivaldi.
Het respect voor de werkende klasse is ver zoek. De drie belangrijkste dossiers op de regeringstafel draaien uit op een overwinning voor de grote bedrijven. De vakbonden blijven achter met lege handen en beraden zich over nieuwe acties.